Typologie(ën)

kantoorgebouw

Ontwerper(s)

Franz DE VESTELarchitect1926

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Eclectisme
Neorenaissance

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2016

id

Urban : 30148
lees meer

Beschrijving

Op hoek met Boomstraat. MonumentaalZuilen of pilasters die over de volle hoogte of over meer dan één verdieping opgaan, onafhankelijk van de door vensters en bouwlagen gegeven maten. kantoorgebouw voor de verzekeringsmaatschappij La Belgique, geïnspireerd op Italiaanse renaissanceVlaams renaissance (vanaf 16e eeuw). Stijl die elementen uit de Italiaanse renaissance toepast op de traditionele bak- en zandsteenstijl. De neo-Vlaamse renaissance (ca 1860-1914) grijpt vanuit een nationalistische tendens terug naar de Vlaamse renaissance en haar specifieke ornamentiek. De stijl kenmerkt zich door een polychroom materiaalgebruik en een volumespel d.m.v. erkers, torentjes, trapgevels, enz. palazzi, n.o.v. architect F. De Vestel, 1926.

 Drie bouwlagen op hoge gebosseerde kelderverdieping en tien traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Strakke, horizontaal gelede, asymmetrische opstandBouwkundige tekening op schaal van een verticaal vlak van een gevel, een binnenmuur,…; in ruime zin het verticaal vlak van een gevel of muur. van natuursteen. Verhoogde begane grond met schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren. en verdiepte venstersLicht- en/of luchtopening in een muur.; hoge rondboogpoort en deur met frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening.. Verdiepingen geritmeerd door kolossaleZuilen of pilasters die over de volle hoogte of over meer dan één verdieping opgaan, onafhankelijk van de door vensters en bouwlagen gegeven maten. Korinthische pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. en vier traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) brede zijrisaliet; venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. met geriemde omlijsting en op middelste bouwlaag
entablement. Breed klassiek hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel. en attiekbalustradeMuur of bouwlaag boven de kroonlijst die meestal het dak aan het gezicht onttrekt. ; bijkomende attiekverdiepingVerdieping (soms halve verdieping), gelegen net boven de kroonlijst of als terugspringende hoogste verdieping van een gebouw.  en mansarde in attiekMuur of bouwlaag boven de kroonlijst die meestal het dak aan het gezicht onttrekt..

Vrijstaande vleugel in Boomstraat, in eclectischeVeel voorkomende stijl (ca. 1850-1914) die inspiratie put uit verschillende architectuurstijlen uit het verleden. Komt door de combinatie van enerzijds verschillende stijlelementen en anderzijds nieuwe technieken en materialen tot een unieke eigentijdse creatie. stijl n.o.v. architect E. Janlet, 1916. Inmiddels gesloopt.
Natuurstenen opstandBouwkundige tekening op schaal van een verticaal vlak van een gevel, een binnenmuur,…; in ruime zin het verticaal vlak van een gevel of muur. van vier bouwlagen en tien gebundelde traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), geritmeerd door pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel., gebost in benedenverdieping, composiet op de verdiepingen. TweelichtenTweedelige lichtopening, door deelzuiltje gesplitst. met ontlastingsbogenBoog boven een venster- of deuropening die druk van het muurwerk op de stijlen afwentelt en zo het linteel ontlast.; klassiek hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel.; hoogste verdieping als attiekMuur of bouwlaag boven de kroonlijst die meestal het dak aan het gezicht onttrekt..

Bronnen

Archieven
SAB/OW 35387 (1926), 31999 (1916).