Typologie(ën)

burgerwoning

Ontwerper(s)

J.-J. VAN DEN ENGarchitect1928

Stijlen

Eclectisme
Neobarok
Beaux-Artsstijl

Inventaris(sen)

  • Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
  • Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
  • Het monumentale erfgoed van België. Schaarbeek (Apeb - 2010-2015)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Landschappelijk
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

2012-2013

id

Urban : 21907
lees meer

Beschrijving

Op de hoek met de Jan Stobbaertslaan, geheel van twee verschillende huizen, het eerste in eclectische stijl met barokinvloed, het tweede in Beaux-ArtsstijlArchitectuurstroming (ca. 1905-1930) met reminiscenties aan de grote Franse architectuurstijlen uit de 18e eeuw. Rijk en zorgvuldig gedecoreerde gevels in natuursteen en/of simili of in combinatie met baksteen. Borstweringen en poorten in fraai uitgewerkt smeedwerk., ontworpen voor eenzelfde eigenaar door architect J. J. Van Den Eng, 1928.

Bakstenen gevels met elementen in similiBepleistering ter imitatie van natuursteen.; trapezoïdale of veelhoekige voorbouwen vanaf de begane grond. De architect verkreeg een afwijking van de bouwvoorschriften om die voorbouwen te bouwen op de samenkomst van de twee gevels, “wegens de bijzondere indeling van het terrein” op nr. 173, “waarvan de rooilijnen elkaar in heel stompe hoeken snijden”. Deuren achter een trappenpartij. Garages in de kelderverdieping.

Op nr. 173, gelegen op een driehoekig perceel, huis van twee bouwlagen onder mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken.. Twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder grote klokgevelGevel waarvan de top klokvormig is., in de Jan Stobbaertslaan met een smal muurvlak dat de schoorsteenkoker vormt en in de hoge schoorsteen uitmondt. Toegang tussen de twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Voorbouwen onder leien schilddakDak met twee driehoekige dakvlakken aan de smalle zijde en twee trapeziumvormige aan de lange zijde., die links als torentje. VenstersLicht- en/of luchtopening in een muur. met monelenStenen vensterstijl., die van het torentje met parelmotieven, of met kruisraam. TrapgevelGevel met een driehoekige bekroning die trapsgewijs versmalt. en pinakelSlanke beëindiging in de vorm van een gotisch torentje.. Ankers en cartoucheOmlijsting van een uitspringend vlak in de vorm van ingesneden en omkrullend papier of leer; vaak met opschrift of intern versierd.. Twee dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. in het ondervlak, de twee overige klimmend in het bovenschild. Bewaarde deuren. RaamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. met roedeverdeling grotendeels bewaard. Hek van de achteruitbouwstrook bewaard.

Op nr. 175, opstand met asymmetrische compositieTypische gevelopstand bestaande uit twee ongelijke traveeën; in Brussel komt dit geveltype vaak voor met drie bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie; de hoofdtravee is meestal breder, rijker uitgewerkt en wordt verder benadrukt door licht vooruit te springen en/of door één of meer balkons; de kelders zijn meestal hoog, wat zich vertaalt in een hoge onderbouw; het grondplan bestaat over het algemeen uit een aaneenschakeling van kamers.. Voorbouw van twee bouwlagen bekroond door een terras met borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. met postamenten1. Rechthoekig voetstuk van een standbeeld; - 2. Balkvormige stenen bekroning; - 3. Stenen zijstukken van een balkonborstwering. en smeedijzeren traliewerk. Kleine gebeeldhouwde versieringen. Beglaasde smeedijzeren deur geflankeerd door een klein spiegelboogvormig vensterLicht- en/of luchtopening in een muur.. RaamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. bewaard in de eerste twee bouwlagen, overwegend met roedeverdeling. DakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. (2002).

Bronnen

Archieven
GAS/DS 173, 175: 140-173-175; 173: 140-173; 175: 140-175.