Typologie(ën)

burgerwoning

Ontwerper(s)

Gaston PATERaannemer1907

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Eclectisme

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2011-2013

id

Urban : 21535
lees meer

Beschrijving

Burgerwoning in eclectischeVeel voorkomende stijl (ca. 1850-1914) die inspiratie put uit verschillende architectuurstijlen uit het verleden. Komt door de combinatie van enerzijds verschillende stijlelementen en anderzijds nieuwe technieken en materialen tot een unieke eigentijdse creatie. stijl n.o.v. architect Gaston Pater, 1907.

Sobere similigevel van drie bouwlagen en vier traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) op hardstenen onderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen.. MansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken. met dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. en œils-de-bœufKleine ronde, ovale of achthoekige dakkapel; meestal in zink... RondboogvormigeBoog waarvan de kromming een halve cirkel beschrijft. muuropeningen. Op de eerste verdieping, doorlopend  balkon met ijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. voor de twee centrale venstersLicht- en/of luchtopening in een muur.. SchrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  bewaard.

Gevel achter een achteruitbouwstrook bestemd voor een tuintje dat moest bijdragen tot het landelijkeVoorbeelden van landelijke architectuur, treffen we voornamelijk aan in de verstedelijkte rand van Brussel. Ze verwijzen in dat geval vaak naar het ruraal verleden van dat gebied, nu opgeslorpt door de stad. Meestal gaat het om een zeer bescheiden architectuur, met gevels in witgekalkte baksteen en pannendaken. Naast woningen vinden we ook oude boerderijen. De belangrijkste voorbeelden stammen uit de 17e-18e eeuw. en pittoreskeCottagestijl (eind 19e tot midden 20e eeuw): Verwijst naar de Engelse ‘cottage’ en is aldus geinspireerd op landelijke architectuur. Gekenmerkt door het decoratief aanwenden van hout in puntgevels, balkons, loggia’s, enz. Pittoreske vormgeving en volumewerking vaak benadrukt in het dakenspel. karakter van de wijk van de Vijvers. SmeedijzerenTaai, ‘kneedbaar’ ijzer dat ambachtelijk wordt ‘gesmeed’ (gehamerd bij hoge temperatuur) tot decoratieve bouwonderdelen als tuinhekken, borstweringen… traliewerk en hardstenen sokkelHoge plint van een gevel; fungeert als voetstuk in ordonnantie van de gevel. bewaard.

Bronnen

Archieven
GAE/DS 227-28.