Typologie(ën)
burgerwoning
opbrengsthuis
opbrengsthuis
Ontwerper(s)
Paul LE BON – architect – 1932
René GILLION – aannemer – 1932
Stijlen
Modern classicisme
Inventaris(sen)
- Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
- Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
- Het monumentale erfgoed van België. Elsene (DMS-DML - 2005-2015)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek
- Esthetisch
- Historisch
- Stedenbouwkundig
Onderzoek en redactie
2005-2007
id
Urban : 16409
Beschrijving
Klassiek modernistische woning met huurwoonst i.o.v. Dr. Maurice De Laet (zie ook nr. 19), gesigneerd op de sokkel links ‘Paul Le Bon / architecte' en rechts ‘Rene Gillion / entrepreneur', 1932.
Smeedwerk en binnentuin zouden verwijzen naar voorliefde van opdrachtgever voor Spaanse architectuur.
Drie bouwlagen en vier traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Symmetrische witstenen gevel met hard- en bakstenen elementen onder pseudo-mansardedak. Eerste twee bouwlagen in witsteen; gestileerde ingesneden motieven op omlijstingen. Op benedenverdieping centraal vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. en garagepoort en lateraal rondboogdeuren. Op eerste verdieping centraal rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. en lateraal kleine erkersRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. op getande lampetNeerwaartse beëindiging, afhangende versiering als aanzet van een balkon of erker., met getralied vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. en onder frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening.. In derde bouwlaag rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. tussen bakstenen pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. (al of niet gekoppeld). Houten kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). op laterale consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief.. Leien dakvlak met inspringende dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap.. Bewaard schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... .
Interieur. Eigenlijke woning in eerste twee bouwlagen, appartement op tweede verdieping. Woning toegankelijk via rechter deur; op benedenverdieping o.m. garage, salon, grote hall met achterliggend trappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht. (zenithaal verlicht) en diensttrap naar mansardeverdieping; op eerste verdieping grote hall met trappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht., ‘living-room' aan tuinzijde, badkamer en slaapkamers.
Bijhorende binnentuin afgesloten door U-vormige zuilengalerij onder lessenaardaken.
Appartement met vooraan slaapkamers en achteraan leefruimtes. Mansardeverdieping deels voor woning en deels voor appartement.
Smeedwerk en binnentuin zouden verwijzen naar voorliefde van opdrachtgever voor Spaanse architectuur.
Drie bouwlagen en vier traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Symmetrische witstenen gevel met hard- en bakstenen elementen onder pseudo-mansardedak. Eerste twee bouwlagen in witsteen; gestileerde ingesneden motieven op omlijstingen. Op benedenverdieping centraal vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. en garagepoort en lateraal rondboogdeuren. Op eerste verdieping centraal rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. en lateraal kleine erkersRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. op getande lampetNeerwaartse beëindiging, afhangende versiering als aanzet van een balkon of erker., met getralied vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. en onder frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening.. In derde bouwlaag rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. tussen bakstenen pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. (al of niet gekoppeld). Houten kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). op laterale consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief.. Leien dakvlak met inspringende dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap.. Bewaard schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... .
Interieur. Eigenlijke woning in eerste twee bouwlagen, appartement op tweede verdieping. Woning toegankelijk via rechter deur; op benedenverdieping o.m. garage, salon, grote hall met achterliggend trappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht. (zenithaal verlicht) en diensttrap naar mansardeverdieping; op eerste verdieping grote hall met trappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht., ‘living-room' aan tuinzijde, badkamer en slaapkamers.
Bijhorende binnentuin afgesloten door U-vormige zuilengalerij onder lessenaardaken.
Appartement met vooraan slaapkamers en achteraan leefruimtes. Mansardeverdieping deels voor woning en deels voor appartement.
Bronnen
Archieven
GAE/DS 110-23.
Tijdschriften
« Ce numéro… », Le Document, 1, 1934, pp. 2-3.
GAE/DS 110-23.
Tijdschriften
« Ce numéro… », Le Document, 1, 1934, pp. 2-3.