Typologie(ën)

appartementsgebouw

Ontwerper(s)

Paul LE BONarchitect1935

René GILLIONaannemer1935

Stijlen

Modernisme

Inventaris(sen)

  • Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
  • Urgentie-inventaris van het bouwkundig erfgoed van de Brusselse agglomeratie (Sint-Lukasarchief 1979)
  • Het monumentale erfgoed van België. Elsene (DMS-DML - 2005-2015)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

2005-2007

id

Urban : 16407
lees meer

Beschrijving

Modernistisch appartementsgebouw i.o.v. Maurice De Laet (zie ook nr. 23-25), door aannemer René Gillion en n.o.v. arch. Paul Le Bon, 1935.

Vijf bouwlagen en drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Betonnen gevel op hardstenen sokkel. Centraal portaal1. In muur uitgespaarde ruimte voor een deur of toegang; - 2. Meer gesloten, voor of achter een gebouw geplaatste beschutting (voorbouw, vestibule). met afgerond dagkantenBinnenkant (tussen muurvlak en kozijn) van de stijlen van een muuropeningen; soms geprofileerd of afgeschuind. en getralied vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. en glasdeurDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat. binnen hardstenen parementGevel- of muurbekleding. en met torusomlijsting; op verdiepingen gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. met halfzuilenZuil die met het muurwerk verbonden is, maar slechts over de halve dikte uitspringt. tegen dagkantenBinnenkant (tussen muurvlak en kozijn) van de stijlen van een muuropeningen; soms geprofileerd of afgeschuind.. Zijtraveeën met op benedenverdieping breed vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. met halfzuilenZuil die met het muurwerk verbonden is, maar slechts over de halve dikte uitspringt. tegen dagkantenBinnenkant (tussen muurvlak en kozijn) van de stijlen van een muuropeningen; soms geprofileerd of afgeschuind.; op verdiepingen gestapelde erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. met lateraal afgeronde hoek. HoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel. met afgeronde hoeken overkraagt middentravee. Oorspronkelijk metalen schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... . HalfzuilenZuil die met het muurwerk verbonden is, maar slechts over de halve dikte uitspringt. oorspronkelijk boven en onderaan geringdVoorzien van een fijne, horizontale band. met goud en zwart gekleurde mozaïek, maar enkel op benedenverdieping nog zichtbaar.
Interieur. Telkens twee appartementen per bouwlaag.

Bronnen

Archieven
GAE/DS 110-19.

Tijdschriften

FLOUQUET, P.L., « Détruire pour créer…! », Bâtir, 49, 1936, p. 954.
« Œuvres de l'architecte Paul Le Bon », Le Document, 5, 1939, p. 79.