Franklin Rooseveltlaan 242, 244

Geheel van twee vrijstaande appartementsgebouwen in internationale stijlIn de internationale stijl primeert het functionele op de vorm. Dit komt tot uiting in een rationeel grondplan, eenvoudige geometrische vormen, platte daken en het gebruik van moderne materialen zoals gewapend beton. De term internationale stijl duidt eerder het na-oorlogs modernisme aan., n.o.v. arch. René Stapels, 1960.

Betonnen structuur met vanaf sokkel vertrekkende dragende betonnen palen. In voor- en achtergevels galerijen met deels opengewerkte borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. met aluminium leuning. VensterregistersDoorlopende horizontale aaneenschakeling van vensters. met schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  met fijne verdeling. In zijgevels alleen muuropeningen in twee smalle centrale traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) waarvan een lichtjes uitspringend en afgeschermd door betonraster. Oorspronkelijk houten schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... .

Nr. 242. Vier bouwlagen waarvan hoogste inspringend. In voorgevel acht traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Inkom in zuidgevel. Twee appartementen per verdieping.

Nr. 244. Groter gebouw met vleugel in Woudlaan. Vijf bouwlagen, waarvan hoogste inspringend en in voor- en achtergevel vijftien traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Centrale portiek1. Open galerij of zuilengang waarvan het dak op zuilen of arcades rust; - 2. Classicistische ruimte vóór een toegangsdeur die terugspringt of niet gelijk is met de voorgevel; - 3. Samenstel van twee zuilen onder architraaf die overgang tussen twee ruimtes accentueert.. Vier appartementen per verdieping.