Typologie(ën)

burgerwoning

Ontwerper(s)

Joseph PRÉMONTarchitect1912

Stijlen

Beaux-Artsstijl

Inventaris(sen)

  • Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
  • Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
  • Urgentie-inventaris van het bouwkundig erfgoed van de Brusselse agglomeratie (Sint-Lukasarchief 1979)
  • Het monumentale erfgoed van België. Etterbeek (DMS-DML - 1994-1997)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

1993-1995

id

Urban : 15474
lees meer

Beschrijving

Drie bouwlagen + souterrainHoge kelder of half verzonken verdieping. + attiekverdiepingVerdieping (soms halve verdieping), gelegen net boven de kroonlijst of als terugspringende hoogste verdieping van een gebouw.  en twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). (Simili)natuurstenen lijstgevel met talrijke gesculpteerde elementen op arduinen sokkel met twee rechthoekige souterrainvensters. Brede getraliede vleugeldeur met bovenvenster in rondboogomlijsting, gedeeltelijk volgens kwarthol beloop, bewerkte guirlandesleutel ; rechts twee rondboogvensters in platte omlijsting, panelen met trigliefen en dropmotief op borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Op eerste verdieping rechthoekig vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. ; rechts trapezoïdale bow-windowErker (afk. Engels, van bow: buiging, en window: venster) die door haar gebogen vorm integrerend deel uitmaakt van de gevel en de achterliggende ruimte. met drie rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. tussen pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel., balustersVaasvormige spijl van een borstwering. op borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust., bekronend balkon met ijzeren leuning. Derde bouwlaag verlicht door rechthoekig drielichtGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere. met centraal deurvenster onder gestrekte waterlijstVooruitspringende rand in het gevelvlak die regenwater buiten gevel laat afdruppelen. op consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. ; links rechthoekig deurvenster met ijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Een brede bewerkte friesHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…). scheidt deze verdieping van attiekverdiepingVerdieping (soms halve verdieping), gelegen net boven de kroonlijst of als terugspringende hoogste verdieping van een gebouw. . Hierin twee kleine rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. tussen uitgelengde consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. die kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). schragen, verder modillonsRechthoekig kraagstuk, ter versiering van een kroonlijst..

Bronnen

Archieven
GAEtt./OW 1917 (1912).