Typologie(ën)

burgerwoning

Ontwerper(s)

Franz VAN RUYSKENSVELDEarchitect1921

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Beaux-Artsstijl

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

1993-1995

id

Urban : 13627
lees meer

Beschrijving

Woning in Beaux-ArtsstijlArchitectuurstroming (ca. 1905-1930) met reminiscenties aan de grote Franse architectuurstijlen uit de 18e eeuw. Rijk en zorgvuldig gedecoreerde gevels in natuursteen en/of simili of in combinatie met baksteen. Borstweringen en poorten in fraai uitgewerkt smeedwerk., gedateerd "1921" en getekend door arch. Fr. VAN RUYSKENSVELDE.

Drie bouwlagen en drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder zadeldakDak met twee hellende dakvlakken. (pannen). GecementeerdeMet portlandcement bestrijken. lijstgevel met imitatievoegen op arduinen plint met kelderopeningen. Begane grond met schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren. tot aan de imposten van de rondboogopeningen, panelen op borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust., waterlijstVooruitspringende rand in het gevelvlak die regenwater buiten gevel laat afdruppelen., imposten met schijfmotief, sleutelSluitsteen van een opening; weerhoudt de gewelfstenen in een boog of gewelf. met cartoucheOmlijsting van een uitspringend vlak in de vorm van ingesneden en omkrullend papier of leer; vaak met opschrift of intern versierd. voorzien van het initiaal "M" van de eerste eigenaar, mevrouw Meunier, dat ook in het ijzerwerkVerzameling van alle metalen elementen van een gebouw. ter hoogte van het bovenvenster van de ingang voorkomt. Verdiepingen ingeschreven tussen twee hoekpilasters met cartouchesOmlijsting van een uitspringend vlak in de vorm van ingesneden en omkrullend papier of leer; vaak met opschrift of intern versierd. bovenaan. Eerste verdieping gedomineerd door bow-windowErker (afk. Engels, van bow: buiging, en window: venster) die door haar gebogen vorm integrerend deel uitmaakt van de gevel en de achterliggende ruimte. op lampetvormige uitbuiging met cartoucheOmlijsting van een uitspringend vlak in de vorm van ingesneden en omkrullend papier of leer; vaak met opschrift of intern versierd. en gestileerde eikenbladeren ; drieledig vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. met tusendorpel bekroond door friesHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…). met cartouchesOmlijsting van een uitspringend vlak in de vorm van ingesneden en omkrullend papier of leer; vaak met opschrift of intern versierd. en guirlandes ; bekronend balkon met ijzeren leuning. In laatste bouwlaag drie rechthoekige deurvensters met gecanneleerde sleutelSluitsteen van een opening; weerhoudt de gewelfstenen in een boog of gewelf.. FriesHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…). met ronde steigergatenGat aan de bovenzijde van een gevel waarin de horizontale dwarsbalken van een steiger werden bevestigd; vaak afgedekt door smeedijzeren (sier)deksel., kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). met tandlijst en modillonsRechthoekig kraagstuk, ter versiering van een kroonlijst.. Eén dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap..

Bronnen

Archieven

GAEtt./OW 1043 (1921).