Typologie(ën)

burgerwoning

Ontwerper(s)

J. PIRARTarchitect1906

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Eclectisme

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

1993-1995

id

Urban : 13573
lees meer

Beschrijving

Eclectisch huis, gedateerd (1906) en getekend door arch. PIRART.

Drie bouwlagen + souterrainHoge kelder of half verzonken verdieping. en drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder zadeldakDak met twee hellende dakvlakken. (leien). Lijstgevel in witte baksteen horizontaal geleed door banden in blauwe hardsteen onder andere ter hoogte van lekdrempels en imposten. Hoge arduinen gebosseerde sokkel met twee getraliede souterrainvensters. Rechthoekige muuropeningen van afnemende grootte onder bewerkte rechte latei en met uitstekende lekdrempel. Op verdiepingen centrale traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) voorzien van balkons in afnemende grootte op consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief., stenen balustradesHekwerk van spijlen of balusters.. Alle overige traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) met respectievelijk panelen, balustersVaasvormige spijl van een borstwering. en panelen met neuten op borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Hoge paneeldeur onder gestrekte waterlijstVooruitspringende rand in het gevelvlak die regenwater buiten gevel laat afdruppelen. en rechthoekig bovenvenster met houten radmotief en art-nouveauglasraam. Geriemde architraafHoofdbalk; het onderste, dragende deel van een klassiek hoofdgestel, meestal geleed door banden.. FriesHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…). met bedekte steigergatenGat aan de bovenzijde van een gevel waarin de horizontale dwarsbalken van een steiger werden bevestigd; vaak afgedekt door smeedijzeren (sier)deksel.. Overkragende kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). op uitgelengde consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief..
Twee klimmende dakkapellenDakkapel met overkapping die in dezelfde richting helt als het dakvlak. uit 1947 n.o.v. arch. M. SCHMITZ.

Bronnen

Archieven

GAEtt./OW/DS 969 (1906), 1032 (1947).