Typologie(ën)

café/brasserie/taverne
burgerwoning
opbrengsthuis

Ontwerper(s)

Henri VAN MASSENHOVEarchitect1893

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Neo-Vlaamse renaissance
Eclectisme

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

1993-1995

id

Urban : 10512
lees meer

Beschrijving

Ensemble van twee huizen met een derde pand bestemd voor bierhandel, n.o.v. arch. Henri VAN MASSENHOVE. "1893" gedateerd op centrale puntgevelGevel waarvan de top driehoekig is. van Nr. 17.

Nr. 15 oorspronkelijk met woonfunctie, smalle gevel van drie bouwlagen, twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) op begane grond en een centrale traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) op verdiepingen. Nr. 17 aanvankelijk een herberg, met drie bouwlagen en drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Beide panden onder mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken. (leien).
Eclectische lijstgevels - geïnspireerd door de neo-Vlaamse renaissanceVlaams renaissance (vanaf 16e eeuw). Stijl die elementen uit de Italiaanse renaissance toepast op de traditionele bak- en zandsteenstijl. De neo-Vlaamse renaissance (ca 1860-1914) grijpt vanuit een nationalistische tendens terug naar de Vlaamse renaissance en haar specifieke ornamentiek. De stijl kenmerkt zich door een polychroom materiaalgebruik en een volumespel d.m.v. erkers, torentjes, trapgevels, enz. - van baksteen geleed door speklagen in natuursteen. Decoratief gebruik van blauwe hardsteen voor o. a. sokkel, vensteromlijsting met sleutels, aanzetstukken en uitstraling. Overvloedig gedecoreerd middenrisaliet eindigend op een puntgevelGevel waarvan de top driehoekig is. (Nr. 17). Getoogde muuropeningen met hoekstenen en bewerkte sleutelSluitsteen van een opening; weerhoudt de gewelfstenen in een boog of gewelf.. Doorlopende  balkon op eerste verdieping, centraal balkon op tweede verdieping (Nr. 17); ijzeren leuningen. Overige traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) met geornamenteerde borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. FriesHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…). met bedekte steigergatenGat aan de bovenzijde van een gevel waarin de horizontale dwarsbalken van een steiger werden bevestigd; vaak afgedekt door smeedijzeren (sier)deksel., metopenAl of niet versierd vlak tussen de trigliefen van een fries. of geëmailleerde panelen. PuntgevelGevel waarvan de top driehoekig is. met arduinen aandak en vleugelstukken, aan weerszijden geflankeerd door twee dakvenstersUit het dakvlak opgaand stenen venster dat met de gevel in verbinding staat of er enkel door een kroonlijst van gescheiden is., Nr. 15 eveneens met grote dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap..

Interieur: Nr. 17 bevat rechts een inrijpoort met overdekte doorgang en bewaard stucwerkModelleerbare, snel hardende massa van gips, kalk en zand; in gepolijste vorm ter vervanging van marmer. die naar de opslagplaats voor bier leidt.

Bronnen

Archieven
GASJ/DS/OW 4516 (1893).