Typologie(ën)
burgerwoning
Ontwerper(s)
Antoine BORGERS – architect – 1914
Stijlen
Eclectisme
Inventaris(sen)
- Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
- Het monumentale erfgoed van België. Vorst (DPC-DCE - 2014-2020)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek
- Esthetisch
- Historisch
- Stedenbouwkundig
Onderzoek en redactie
2016-2019
id
Urban : 38972
Beschrijving
Burgerwoning in eclectische stijl, naar ontwerp
van architect Antoine Borgers, 1914.
Opstand in geelkleurige baksteen met hardstenen elementen. Drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), de eerste met één bouwlaag, de volgende met twee bouwlagen. Op de benedenverdieping van de zijtraveeën, trapezoïdale erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. vanaf de begane grond, de erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. aan de rechterkant bekroond door een terras met ijzeren borstwering waarop een drielichtGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere. uitgeeft. Deur achter bordes1. Verhoogd platform vóór de ingang van een gebouw, bereikbaar via een aantal treden; - 2. Vloertje, boven aan of midden in een trap.. Houten dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap.. Schrijnwerk (waaronder het raamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. met roedeverdeling) en ijzerwerkVerzameling van alle metalen elementen van een gebouw. bewaard.
Huis achter een achteruitbouwstrook aangelegd als voortuintje en afgesloten door het oorspronkelijke ijzeren hek.
Opstand in geelkleurige baksteen met hardstenen elementen. Drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), de eerste met één bouwlaag, de volgende met twee bouwlagen. Op de benedenverdieping van de zijtraveeën, trapezoïdale erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. vanaf de begane grond, de erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. aan de rechterkant bekroond door een terras met ijzeren borstwering waarop een drielichtGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere. uitgeeft. Deur achter bordes1. Verhoogd platform vóór de ingang van een gebouw, bereikbaar via een aantal treden; - 2. Vloertje, boven aan of midden in een trap.. Houten dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap.. Schrijnwerk (waaronder het raamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. met roedeverdeling) en ijzerwerkVerzameling van alle metalen elementen van een gebouw. bewaard.
Huis achter een achteruitbouwstrook aangelegd als voortuintje en afgesloten door het oorspronkelijke ijzeren hek.
Bronnen
Archieven
GAV/DS 6505 (1914), 21568.
