Typologie(ën)

driegevelvilla

Ontwerper(s)

Ernest TONDEURarchitect1911

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Eclectisme

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2014-2016

id

Urban : 29032
lees meer

Beschrijving

Driegevelvilla in eclectische stijl n.o.v. architect Ernest Tondeur, 1911.

Maakt deel uit van een ensemble gebouwen i.o.v. grootgrondbezitter Armand Fraiteur die in de bocht van de Villalaan en de Clementinelaan zijn eigen villa, vier dubbelvilla’s en één enkele villa voorzag. Slechts een deel van zijn bouwplannen werden verwezenlijkt. De persoonlijke villa in de Villalaan werd in 1895 gebouwd. Dit neoclassicistisch gebouw bevond zich achter de rooilijn en was afgesloten door een tuinhek. Het werd in 1966 afgebroken en vervangen door een hoog appartementsgebouw. Op nr. 81, 83 van de Villalaan (zie dit adres) werd in 1911 een dubbelvilla gebouwd, conform bovenstaande vastgoedoperatie. De volgens het ontwerpplan drie centrale dubbelvilla’s werden nooit gebouwd.

Drie bouwlagen op hoge souterrainHoge kelder of half verzonken verdieping. in breuksteenMetselwerk bestaande uit brokken onregelmatige natuursteen., onder gecombineerde bedaking. Straatgevel in gevlamde baksteen met similibanden en hardstenen elementen. Hoogste bouwlagen bepleisterdMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen.. Zijgevel thans volledig bepleisterdMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen., oorspronkelijk identieke aanpak dan straatgevel.
Rechthoekige of getoogde muuropeningen. Borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust., ontlastingsbogenBoog boven een venster- of deuropening die druk van het muurwerk op de stijlen afwentelt en zo het linteel ontlast. en band in hoogste bouwlaag in geelgekleurde baksteen. Langs straatgevel, hoofdtravee onder puntdak met segmentvormig vensterLicht- en/of luchtopening in een muur.. Rechtertravee inspringend, met terras afgesloten door bakstenen postament1. Rechthoekig voetstuk van een standbeeld; - 2. Balkvormige stenen bekroning; - 3. Stenen zijstukken van een balkonborstwering. en ijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Op derde verdieping klein driehoekig balkon. Hoofdingang langs zijgevel met luifelAfdak boven de ingang van een huis of handelszaak. onder arduinen dak en bakstenen pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel.. SchrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  vervangen. BreukstenenMetselwerk bestaande uit brokken onregelmatige natuursteen. tuinmuur bewaard, ijzeren hek verdwenen.

Bronnen

Archieven
GAV/DS 77, 1040 (1895),4323 (?), 4953 (1909), 18911 (1966), 81, 5491 (1911), 11084 (1930), 13055 (1936), 16399 (1954), 24063 (2008), 83, 5491 (1911), 13201 (1936), 13555 (1937), 15378 (1949), 16643 (1955), 21511 (1933), 22467 (1994).