Armand Steurssquare 8, 9, 10, 11, 12, 13, 14, 15, 16, 17, 18, 19
Molenstraat 214
Typologie(ën)
opbrengsthuis
burgerwoning
gelijkvloers met handelszaak
burgerwoning
gelijkvloers met handelszaak
Ontwerper(s)
INCONNU - ONBEKEND – 1902-1904
Stijlen
Eclectisme
Inventaris(sen)
- Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
- Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
- Het monumentale erfgoed van België. Sint-Joost-ten-Node (DMS-DML - 1994-1997)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek Het ontwerp van een onroerend goed (gebouw) door een gerenommeerde kunstenaar (architect) kan maar zeer zelden als criterium worden beschouwd. Om het belang van de selectie van dit onroerend goed te beoordelen, en de plaats dat het inneemt in het oeuvre van een kunstenaar (architect), is dit een criterium dat moet worden afgewogen met de architectonische kwaliteit (compositie en interne structuur), de uitvoering (materialen, technische beheersing), de plaats in de architectuurgeschiedenis dewelke een getuigenis zijn van een fase of aspect van landschapsarchitectuur of de bouwkunst in het verleden. Zodoende gelden koppelingen naar volgende criteria: zeldzaamheid (typologie, stijl, materiaalgebruik, bronnen), representativiteit (idem), authenticiteit (idem + de kwaliteit van de uitvoering) en integriteit (bewaringstoestand, oorspronkelijke elementen)). Een goed bevat ook artistieke waarde als het kunstwerken omvat (beeldhouwwerken, reliëfs ontworpen voor het goed, enz.) of decoratieve elementen uit de oorspronkelijke bouwperiode of met bijzondere kwaliteit (gesigneerd glasramen, sgraffito, lichtbeuk, enz.).
- Esthetisch Historisch gezien werd die waarde aangewend om waardevolle groene ruimten en natuurlijke of halfnatuurlijke gebieden aan te duiden. De waarde kan ook gelden voor grote gehelen van gebouwen in een stedelijk gebied, met of zonder natuurlijke elementen, of monumenten die het stadslandschap markeren. Een afweging met andere waarden dringt zich tevens op: de artistieke, de landschappelijke (integratie van het werk in het stedelijk landschap, oriëntatiepunten in de stad) en de stedenbouwkundige waarde (spontane of rationele stedelijke gehelen). De volgende selectiecriteria worden er eveneens aan gekoppeld: de ensemblewaarde en de contextuele waarde.
- Historisch Het onroerend goed heeft een historische waarde : - als het getuigt van een bijzondere periode in de geschiedenis van de streek of de gemeente; - of als getuigenis van een periode en/of een zeldzame ontwikkeling van een periode (bv. tuinstad die representatief is voor een bouwwijze die werd toegepast in het kader van de grote bouwcampagnes na de Tweede Wereldoorlog; dorpskernen die de eerste gegroepeerde bouwwerken van de gemeenten van de tweede ring illustreren; de Hallepoort als overblijfsel van de tweede omwalling; - of als getuigenis van een bepaalde stedelijke (en/of landschappelijke) ontwikkeling van de stad (bv. gebouwen aan de centrale lanen of in de Leopoldswijk); - of wanneer het een band vertoont met een belangrijke historische figuur – met inbegrip van persoonlijke huizen van architecten en kunstenaarsateliers (bv. het geboortehuis van Constantin Meunier, het huis van Magritte); - of in verband kan worden gebracht met een belangrijke historische gebeurtenis (bv. huizen van de wederopbouw na het bombardement van 1695, de Congreskolom); - of een typologische representativiteit vertoont die kenmerkend is voor een commerciële of culturele beroepsactiviteit (bv. kerken, bioscopen, industriële architectuur, apotheken); - of als het representatief is van het oeuvre van een belangrijke architect in de architectuurgeschiedenis op internationaal, nationaal, regionaal of lokaal niveau (dit betreft zowel befaamde architecten als V. Horta, V. Bourgeois, M. Polak als secundaire architecten, die lokaal verbonden worden aan een gemeente zoals Fernand Lefever in Koekelberg of Emile Hoebeke in Sint-Agatha-Berchem).
- Stedenbouwkundig Sommige bouwkundige goederen of landschappen hebben in het verleden een prominente rol gespeeld in de planmatige inrichting van de bebouwde ruimte en de stedelijke ruimte. Meestal bepalen zij andere stedenbouwkundige (plan)vormen zodat er zich een wisselwerking voortdoet tussen bebouwde en niet-bebouwde (of open) ruimte. Die inrichting omvat ook de samenhang tussen verschillende schaalniveaus. Een onroerend goed heeft stedenbouwkundige waarde wanneer het daarin een rol speelt, bijvoorbeeld : - hoekgebouwen; - coherente pleinen of homogene huizenrijen (gevels die een ensemble vormen van dezelfde stijl, periode en volume); - tuinwijken, - deskundig ingeplante torens (hoogbouw) en hun relatie tot hun onmiddellijke kwaliteitsvolle omgeving die coherent kan zijn, maar ook contrastrijk, - relicten van stedenbouwkundige concepten en hoe die architecturaal (en typologisch) zijn of werden ingevuld, zoals bijvoorbeeld de nog bewaarde eclectische stadspaleizen en/of herenhuizen in de Leopoldswijk.
Onderzoek en redactie
1993-1995
id
Urban : 10923
Beschrijving
Geheel van tien burgerwoningen van drie bouwlagen + souterrainHoge kelder of half verzonken verdieping. en twee ongelijke traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), aan weerszijden geflankeerd door twee huurpanden van vier bouwlagen. Gebouwd tussen 1902 en 1904 voor eenzelfde eigenaar.
Uitgezonderd nr. 9 - in gele baksteen - en nr. 15 - bovenbouw in rode baksteen - zijn alle gevels in witte baksteen, afgewisseld met banden in blauwe hardsteen.
Nr. 8. Huurpand op de hoek met de Oogststraat, volgens bouwaanvraag van 1902.
Drie bouwlagen + entresol en twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) in Oogststraat + hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw. + vier traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Commerciële begane grond met drie brede winkelramen waarboven een entresol. HoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw. met winkelingang in arduinen omlijsting en onder driehoekig frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening.; op de verdiepingen rechthoekige gestapelde erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. in blauwe hardsteen op consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief., met rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. tussen pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. die een kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). schragen en vierzijdig koepeldakDak waarvan de buitenomtrek die van een koepel is. met kleine dakvenstersUit het dakvlak opgaand stenen venster dat met de gevel in verbinding staat of er enkel door een kroonlijst van gescheiden is..
Privé-ingang met gelijkaardig decoratie in laatste smallere en verspringende traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) op Armand Steurssquare; vier venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. verlichten het hierachter gelegen trappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht.. Muuropeningen onder metalen I-balkIJzeren latei met I-profiel. met rozetdecoratie. Lekdrempels en hoekblokken in blauwe hardsteen.
Nr. 9. Burgerwoning (1903) in eclectische stijl met verspringende traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Rustiek gebosseerde sokkel, consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief., hoekblokken en lekdrempels in blauwe hardsteen. HoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. geaccentueerd door een erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. op consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief.; vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. met houten roedenverdeling gevat tussen twee gecanneleerde arduinen pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel.; houten panelen op borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Overige traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) met rechthoekige muuropeningen onder ijzeren lateien en steekbogige ontlastingsboogBoog boven een venster- of deuropening die druk van het muurwerk op de stijlen afwentelt en zo het linteel ontlast.. KroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). op klossenKraagstuk van een kroonlijst met verfijnd uitgesneden en/of gefreesd hangend element of drop..
Nr. 10 tot 18. Geheel in eclectische stijl met gelijkaardige opstand maar onderling verschillende decoratie. De hoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. is links (nr. 13 tot 18) of rechts gesitueerd. Sokkels in blauwe hardsteen, al dan niet met schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren., bossageIn oorsprong een gevelbehandeling waarbij ruwgehakte, rechthoekige blokken natuursteen uit de loodlijn steken en de gevel op die manier een fors, rustiek (rustica) karakter verleent; later op gevel vormelijk geïmiteerd door middel van uitspringend al dan niet bepleisterde bakstenen blokken of banden (doorlopende schijnvoegen). of paneeldecoratie. Souterrainvensters met smeedijzeren tralies, omgebouwd tot garagepoorten (nr. 11, 13 en 17). Muuropeningen met afwisselende vormen: rechthoekig of steekbogig in eerste en tweede bouwlaag; op laatste verdieping rechthoekig (nr. 15 en 17) of rondbogige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur., in de hoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. gekoppeldTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. en ingeschreven in een korfbogige nis met eventuele waterlijstVooruitspringende rand in het gevelvlak die regenwater buiten gevel laat afdruppelen. waardoor ze verwijzen naar de romaanse bouwkunst. Balkons op consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. met gebuikteMet een buik staand; welvend oppervlak dat een ongelijkmatige boogwerking vertoont. gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. leuning op eerste verdieping. Smalle ingangstravee, soms in risalietRisaliet (Italiaans, van risalto: uitstekend deel), vooruitspringend volume van een gevel dat over de hele hoogte doorloopt en soms hoger is; naar gelang de positie worden er midden-, zij- en hoekrisalieten onderscheiden. (nr. 10, 14 en 18) met deuren ingeschreven tussen pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. die een klassieke arduinen kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). schragen waarboven een vensterLicht- en/of luchtopening in een muur.; bekroning gevormd door smalle achthoekige toren met lantaren en spits (nr. 10 en 18) of polygonale koepelBolvormig gewelf op cirkelvormige, elliptische, vierkante of veelhoekige basis. (nr. 14).
Nr. 18 met sgraffitofries. KroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). op klossenKraagstuk van een kroonlijst met verfijnd uitgesneden en/of gefreesd hangend element of drop..
Nr. 19. Huurpand op de hoek met de Molenstraat. Gevelopstand analoog aan die van nr. 8 doch met acht traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) (twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) + hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw. + vijf traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) in Molenstraat).
Winkelpui met slechts twee winkelramen. Privé-ingang in Molenstraat. Rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur., op entresolverdieping onder gestrekte boogConstructie waarvan de beschrijvende lijnen delen van cirkels of gebogen lijnen zijn en waarin alle drukkrachten optreden., op overige verdiepingen onder I-balkIJzeren latei met I-profiel. en steekbogige ontlastingsboogBoog boven een venster- of deuropening die druk van het muurwerk op de stijlen afwentelt en zo het linteel ontlast. met sleutels, aanzetstukken en hoekblokken in blauwe hardsteen. Oorspronkelijke bedaking van de erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. vervangen door een moderne dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap.; daarnaast nog zes andere dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap.. KroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). op klossenKraagstuk van een kroonlijst met verfijnd uitgesneden en/of gefreesd hangend element of drop..
Bescherming 04.03.1999
Uitgezonderd nr. 9 - in gele baksteen - en nr. 15 - bovenbouw in rode baksteen - zijn alle gevels in witte baksteen, afgewisseld met banden in blauwe hardsteen.
Nr. 8. Huurpand op de hoek met de Oogststraat, volgens bouwaanvraag van 1902.
Drie bouwlagen + entresol en twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) in Oogststraat + hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw. + vier traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Commerciële begane grond met drie brede winkelramen waarboven een entresol. HoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw. met winkelingang in arduinen omlijsting en onder driehoekig frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening.; op de verdiepingen rechthoekige gestapelde erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. in blauwe hardsteen op consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief., met rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. tussen pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. die een kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). schragen en vierzijdig koepeldakDak waarvan de buitenomtrek die van een koepel is. met kleine dakvenstersUit het dakvlak opgaand stenen venster dat met de gevel in verbinding staat of er enkel door een kroonlijst van gescheiden is..
Privé-ingang met gelijkaardig decoratie in laatste smallere en verspringende traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) op Armand Steurssquare; vier venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. verlichten het hierachter gelegen trappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht.. Muuropeningen onder metalen I-balkIJzeren latei met I-profiel. met rozetdecoratie. Lekdrempels en hoekblokken in blauwe hardsteen.
Nr. 9. Burgerwoning (1903) in eclectische stijl met verspringende traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Rustiek gebosseerde sokkel, consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief., hoekblokken en lekdrempels in blauwe hardsteen. HoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. geaccentueerd door een erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. op consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief.; vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. met houten roedenverdeling gevat tussen twee gecanneleerde arduinen pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel.; houten panelen op borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Overige traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) met rechthoekige muuropeningen onder ijzeren lateien en steekbogige ontlastingsboogBoog boven een venster- of deuropening die druk van het muurwerk op de stijlen afwentelt en zo het linteel ontlast.. KroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). op klossenKraagstuk van een kroonlijst met verfijnd uitgesneden en/of gefreesd hangend element of drop..
Nr. 10 tot 18. Geheel in eclectische stijl met gelijkaardige opstand maar onderling verschillende decoratie. De hoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. is links (nr. 13 tot 18) of rechts gesitueerd. Sokkels in blauwe hardsteen, al dan niet met schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren., bossageIn oorsprong een gevelbehandeling waarbij ruwgehakte, rechthoekige blokken natuursteen uit de loodlijn steken en de gevel op die manier een fors, rustiek (rustica) karakter verleent; later op gevel vormelijk geïmiteerd door middel van uitspringend al dan niet bepleisterde bakstenen blokken of banden (doorlopende schijnvoegen). of paneeldecoratie. Souterrainvensters met smeedijzeren tralies, omgebouwd tot garagepoorten (nr. 11, 13 en 17). Muuropeningen met afwisselende vormen: rechthoekig of steekbogig in eerste en tweede bouwlaag; op laatste verdieping rechthoekig (nr. 15 en 17) of rondbogige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur., in de hoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. gekoppeldTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. en ingeschreven in een korfbogige nis met eventuele waterlijstVooruitspringende rand in het gevelvlak die regenwater buiten gevel laat afdruppelen. waardoor ze verwijzen naar de romaanse bouwkunst. Balkons op consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. met gebuikteMet een buik staand; welvend oppervlak dat een ongelijkmatige boogwerking vertoont. gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. leuning op eerste verdieping. Smalle ingangstravee, soms in risalietRisaliet (Italiaans, van risalto: uitstekend deel), vooruitspringend volume van een gevel dat over de hele hoogte doorloopt en soms hoger is; naar gelang de positie worden er midden-, zij- en hoekrisalieten onderscheiden. (nr. 10, 14 en 18) met deuren ingeschreven tussen pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. die een klassieke arduinen kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). schragen waarboven een vensterLicht- en/of luchtopening in een muur.; bekroning gevormd door smalle achthoekige toren met lantaren en spits (nr. 10 en 18) of polygonale koepelBolvormig gewelf op cirkelvormige, elliptische, vierkante of veelhoekige basis. (nr. 14).
Nr. 18 met sgraffitofries. KroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). op klossenKraagstuk van een kroonlijst met verfijnd uitgesneden en/of gefreesd hangend element of drop..
Nr. 19. Huurpand op de hoek met de Molenstraat. Gevelopstand analoog aan die van nr. 8 doch met acht traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) (twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) + hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw. + vijf traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) in Molenstraat).
Winkelpui met slechts twee winkelramen. Privé-ingang in Molenstraat. Rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur., op entresolverdieping onder gestrekte boogConstructie waarvan de beschrijvende lijnen delen van cirkels of gebogen lijnen zijn en waarin alle drukkrachten optreden., op overige verdiepingen onder I-balkIJzeren latei met I-profiel. en steekbogige ontlastingsboogBoog boven een venster- of deuropening die druk van het muurwerk op de stijlen afwentelt en zo het linteel ontlast. met sleutels, aanzetstukken en hoekblokken in blauwe hardsteen. Oorspronkelijke bedaking van de erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. vervangen door een moderne dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap.; daarnaast nog zes andere dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap.. KroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). op klossenKraagstuk van een kroonlijst met verfijnd uitgesneden en/of gefreesd hangend element of drop..
Bescherming 04.03.1999
Bronnen
Archieven
nr. 8: GASJ/DS/OW 6330 (1902).
nr. 10 tot 18: GASJ/DS/OW 6680 (1904).
nr. 8: GASJ/DS/OW 6330 (1902).
nr. 10 tot 18: GASJ/DS/OW 6680 (1904).
Opmerkelijke bomen in de nabijheid