Typologie(ën)

herenhuis

Ontwerper(s)

Fernand PETITarchitect1927

Adolphe PIRENNEarchitect1905

Statut juridique

Beschermd sinds 21 juni 2001

Stijlen

Art deco
Eclectisme
Historicisme
Neorenaissance

Inventaris(sen)

  • Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
  • Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
  • Urgentie-inventaris van het bouwkundig erfgoed van de Brusselse agglomeratie (Sint-Lukasarchief 1979)
  • Het monumentale erfgoed van België. Sint-Gillis (DMS-DML - 1997-2004)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

1997-2004

id

Urban : 6769
lees meer

Beschrijving

Pelgrimshuis. Prestigieus herenhuis in eclectische stijl met neo-Vlaamse renaissance-elementen i.o.v. de familie Colson en n.o.v. arch. Adolphe Pirenne, 1905; later uitgebreid en grondig gewijzigd i.o.v. apotheker Pelgrims en n.o.v. arch. Fernand Petit, 1927.

Exterieur uitgebreid in dezelfde stijl als oorspronkelijk gebouw, interieur eerder in eclectische stijl en art decoTendens tot de geometrisering van vormen en architecturale ornamenten die zich uitdrukt in het materiaal- en kleurgebruik.. In oorsprong Les Cascatelles genoemd vanwege uitzicht op haar landschapspark met kleine watervallen. Deze tuin maakt nu deel uit van het Pierre Pauluspark. De woning zelf is sinds 1963 eigendom van gemeente Sint-Gillis.

Gevels geïnspireerd op traditionele bak- en zandsteenstijl. MansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken. met rechthoekige dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap., soms onder tentdak. Lange voorgevel met twee bouwlagen met soms onregelmatig ingebrachte muuropeningen. Lateraal benadrukt door twee indrukwekkende puntgevelsGevel waarvan de top driehoekig is., links groter en rechts doorkruist door schoorsteenmantelHouten of natuurstenen bekleding rond de opening of mond van een schouw.. Op verdiepingen links bow-windowErker (afk. Engels, van bow: buiging, en window: venster) die door haar gebogen vorm integrerend deel uitmaakt van de gevel en de achterliggende ruimte. van twee bouwlagen op lampetNeerwaartse beëindiging, afhangende versiering als aanzet van een balkon of erker.. Centraal torenvormige uitbouw op lampetNeerwaartse beëindiging, afhangende versiering als aanzet van een balkon of erker. en onder tentdak. Fraaie eiken vleugeldeur binnen geringdeVoorzien van een fijne, horizontale band. omlijsting en onder rondboogvormig impostvensterVenster boven een deur en ervan gescheiden door een stenen dorpel, een entablement of een muurvlak. met waaierWaaiervormige roedeverdeling van een bovenlicht, in houtsnijwerk of in smeedijzer..

Pelgrimshuis (foto 2004).

Rechter zijgevel bekroond door klokgevelGevel waarvan de top klokvormig is. en uitgebreid met wintertuin met één bouwlaag. DrielichtGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere. van dit volume voorzien van traliewerk in art-decostijl en keek oorspronkelijk uit op, thans verdwenen exotische serreBroeikast..

Linker zijgevel functioneert in oorsprong als wachtmuur.

Achtergevel met onregelmatige hoogte. Links voorzien van loggiaOverdekte, halfopen ruimte; schaduwrijke inham in de gevel van een gebouw. en met park verbonden via stenen trap met dito borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. versierd met lofwerkmotieven. Links hoogste volume met erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. en onder puntgevelGevel waarvan de top driehoekig is.. Gevel rechts benadrukt door uitspringend volume van twee bouwlagen onder terras met borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. met lofwerkVersiering van beeld- en houtsnijwerk in de vorm van bladeren..

Pelgrimshuis, achtergevel (foto 2004).

Oorspronkelijk volume besloeg slechts ca. een derde van oppervlakte van huidig gebouw. Het betrof een klein gebouw met twee bouwlagen onder zadeldakDak met twee hellende dakvlakken. en is, hetzij verbouwd, links in het huidig gebouw terug te vinden. Enkel erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld., venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. links van erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. en gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. eronder bewaard. Deur is ook bewaard maar werd naar rechts verplaatst. Ook de huidige klokgevelGevel waarvan de top klokvormig is. (stenen bekroning uitgezonderd) werd heropgebouwd en fungeerde als rechter zijgevel van het oorspronkelijk volume.

Interieur met historiserende aankleding en o.a. verwijzend naar Vlaamse renaissance, naast zuivere art decoTendens tot de geometrisering van vormen en architecturale ornamenten die zich uitdrukt in het materiaal- en kleurgebruik., 1927. Enkel fraaie eiken eretrap in neo-Vlaamse renaissanceVlaams renaissance (vanaf 16e eeuw). Stijl die elementen uit de Italiaanse renaissance toepast op de traditionele bak- en zandsteenstijl. De neo-Vlaamse renaissance (ca 1860-1914) grijpt vanuit een nationalistische tendens terug naar de Vlaamse renaissance en haar specifieke ornamentiek. De stijl kenmerkt zich door een polychroom materiaalgebruik en een volumespel d.m.v. erkers, torentjes, trapgevels, enz. dateert van 1905.

Pelgrimshuis, <a href='/nl/glossary/248' class='info'>trappenhuis<span>Gedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht.</span></a>, arch. Adolphe Pirenne, 1905 ([i]Vers l'Art[/i], 12, 1906, pl. 70).

In hall, geometrisch glas-in-lood in pasteltinten. Vloer in dambordpatroon met carrara- en zwarte marmer.

Toiletkamer in art-decostijl; vloer met waaiervormig mozaïek; lambriseringWandbetimmering, meestal bestaande uit paneelwerk, aangebracht tegen een binnenmuur (vaak het onderste gedeelte ervan); later ook in marmer, stucwerk, … in hout of in beige marmer met zwarte boord.

In verlengde van hal, neorenaissanceArchitectuurstijl (ca. 1860-1914) die zich inspireert op de renaissance, een kunststroming ontstaan in het Italië van de 15e eeuw en die er o.m. op gericht was de bouwkunst van de Grieks-Romeinse oudheid te doen herleven. salon met rozenmotieven of kooflijst van plafond, herhaald in decoratie van witstenen schoorsteenmantelHouten of natuurstenen bekleding rond de opening of mond van een schouw.. Parket met ruitvormige motieven. Eiken schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... . Rechts van hal overwelfde gang naar eetkamer in neorenaissanceArchitectuurstijl (ca. 1860-1914) die zich inspireert op de renaissance, een kunststroming ontstaan in het Italië van de 15e eeuw en die er o.m. op gericht was de bouwkunst van de Grieks-Romeinse oudheid te doen herleven., afgesloten door beglaasde metalen art-decodeur onder rondboogBoog waarvan de kromming een halve cirkel beschrijft.. Eetkamer met cassetteplafond, witstenen schoorsteenmantelHouten of natuurstenen bekleding rond de opening of mond van een schouw. met haardplaat uit XVII met mythologische voorstelling.

Wintertuin in art decoTendens tot de geometrisering van vormen en architecturale ornamenten die zich uitdrukt in het materiaal- en kleurgebruik. en onder betonnen koepelstructuur met moreske openingen gevuld met blauw-opaalachtig glas-in-lood. Sokkel, bloembakken, hoeknissen en centrale fontein bekleed met veelkleurige mozaïek (wit, blauw en goudkleurig van aannemer H. Baudoux). Gepolijste hardstenen vloer met centraal stermotief in goudkleurig, geel en groen marmer. Verfijnde metalen vleugeldeur, grote spiegel, afgeknotte zuilen en buste van Pan.

Pelgrimshuis, wintertuin (foto 2004).

Op verdiepingen drie kamers; twee met in eiken lambriseringWandbetimmering, meestal bestaande uit paneelwerk, aangebracht tegen een binnenmuur (vaak het onderste gedeelte ervan); later ook in marmer, stucwerk, … gevatte wandtapijten. Drie badkamers, waarvan twee met bewaarde lambriseringWandbetimmering, meestal bestaande uit paneelwerk, aangebracht tegen een binnenmuur (vaak het onderste gedeelte ervan); later ook in marmer, stucwerk, … in beige en zwart marmer; ingebouwde kasten en spiegels. Prachtig glasramen in art decoTendens tot de geometrisering van vormen en architecturale ornamenten die zich uitdrukt in het materiaal- en kleurgebruik..
 
Bijhorend meubilair verkocht.

Bescherming 21.06.2001.
 

Bronnen

Publicaties en studies
DUBUISSON, E., EGGERICX, L., Beschermde monumenten en landschappen, Brussels Hoofdstedelijk Gewest, La Renaissance du Livre, 2003, p. 120-122.

Tijdschriften
La Revue documentaire, 5, 1931, p. 73.
« Maison située rue de Parme, architecte Ad. Pirenne », Vers L'Art, 12, 1906, pl. 67-71.