Typologie(ën)

herenhuis

Ontwerper(s)

Georges DHAEYERarchitect1890

Juridisch statuut

Beschermd sinds 24 maart 2004

Stijlen

Neogotiek

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2013-2014

id

Urban : 23070
lees meer

Beschrijving

Op de hoek met de Haachtsesteenweg, herenhuis de neogotische stijl, wellicht n.o.v. architect Georges Dhaeyer en gebouwd in 1890.

Gebouw van twee bouwlagen onder twee haakse zadeldakenDak met twee hellende dakvlakken.. Eén traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) aan de Haachtsesteenweg, een hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw. en vier traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) aan de Ooststraat, gevolgd door een lager volume onder plat dak, blindZonder opening; blind venster, schijnopening. aan de straatkant, en dan door een garage van één bouwlaag, oorspronkelijk een gewone omheiningsmuur. Bakstenen gevel versierd met hardstenen elementen. OnderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen. met rustica. VenstersLicht- en/of luchtopening in een muur. met enkel of dubbel kruisraam onder een latei met een spitsboog met drielobbig binnenwelfvlakWelfvlak aan de binnenzijde van een boog of gewelf.. Op de hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw., vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. met latei met gebeeldhouwde accolade en een houten erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. met stenen borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. met drielobbige boogfriezenReeks van kleine (decoratieve) bogen, vaak steunend op kraagstenen., onder een drieledig dak. ErkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. op drie consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief., de laterale met mascaronGehouwen versiering onder de vorm van een (fantastisch) mensen- of dierenmasker., rustend op een fijn zuiltje. In de derde traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) aan de Ooststraat, deur onder een luifelAfdak boven de ingang van een huis of handelszaak. met korbelen1. Diagonale houten balk ter ondersteuning van overkragende elementen zoals een luifel, een kroonlijst,…; 2. Balk om de verbinding tussen trekker en spantbeen in een kapspant te versterken.; de vierde traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), in risalietRisaliet (Italiaans, van risalto: uitstekend deel), vooruitspringend volume van een gevel dat over de hele hoogte doorloopt en soms hoger is; naar gelang de positie worden er midden-, zij- en hoekrisalieten onderscheiden., wordt bekroond door een imposante trapgevelGevel met een driehoekige bekroning die trapsgewijs versmalt. met een muuropening met moneelStenen vensterstijl.. Achtergevel van twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...); kruisvenstersVenster, door een moneel en een tussendorpel in vier vlakken verdeeld. op de tweede verdieping van het bijgebouw, venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. met moneelStenen vensterstijl. in de laatste bouwlaag van het hoofdgebouw. Gemetselde dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. onder trapgevelGevel met een driehoekige bekroning die trapsgewijs versmalt., afgewisseld met kleinere houten dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. met zichtbare dakstoelMeestal driehoekig samenstel van dragende onderdelen van een kap, in één vlak, haaks op het dakvlak en veelal opgebouwd uit één of meerdere elementen op elkaar (kapgebinten).. Ankers, makelaars1. Versiering op de nok van een dak in de vorm van een decoratieve metalen, terracotta of houten stang; - 2. Middenstijl van een dakspant. en vorstkamKamvormige, geajoureerde bekroning in steen of metaal op de nok van een dak. van het dak versierd met klaverbladmotief. BoogfriesReeks van kleine (decoratieve) bogen, vaak steunend op kraagstenen. en kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). met lambrekijn op het bijgebouw. Oorspronkelijk schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  met glas-in-loodramen; garagepoort met hengselsSmeedijzeren beslag waarmee deuren, ramen of luiken worden opgehangen..

Interieur. Kleine hal met marmeren trap. Mozaïekvloer. Houten lambriseringWandbetimmering, meestal bestaande uit paneelwerk, aangebracht tegen een binnenmuur (vaak het onderste gedeelte ervan); later ook in marmer, stucwerk, …. Muren bekleed met behangselpapier in imitatie Cordobaleder. TrappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht. met beschilderde muren, onder daklicht met glas-in-loodraam. Op de hoek, salon met lage eikenhouten lambriseringWandbetimmering, meestal bestaande uit paneelwerk, aangebracht tegen een binnenmuur (vaak het onderste gedeelte ervan); later ook in marmer, stucwerk, …, muren met geschilderd decor en een monumentale schoorsteen. Rechts van de ingang bevindt zich een vertrek dat wellicht als eetkamer dienstdeed, met bewaarde lambriseringWandbetimmering, meestal bestaande uit paneelwerk, aangebracht tegen een binnenmuur (vaak het onderste gedeelte ervan); later ook in marmer, stucwerk, …, tapijtwerk, beschilderd plafond en schoorsteen. Ook het decor op de eerste verdieping is heel verzorgd.

Beschermd 27.03.2003.

Bronnen

Publicaties en studies
MERTENS, A., ROZEZ, “Est (rue de l')”, Annuaire du Commerce et de l'Industrie de Belgique, Province de Brabant, Bruxelles et sa banlieue, Brussel, Établissements généraux d'imprimerie, 1890.
VANDENBREEDEN, J., VAN SANTVOORT, L., DE THAILLE, P., et al., Encyclopédie de l'Art nouveau. Tome premier. Le quartier Nord-Est à Bruxelles, CIDEP, Brussel, 1999, p. 70.

Kaarten / plannen
Bruxelles et ses environs, Militair Cartografisch Instituut, 1881.
Bruxelles et ses environs
, Militair Cartografisch Instituut, 1893.