Typologie(ën)

woning

Ontwerper(s)

Henri WELLENSarchitect1908

Henri CARONarchitect1908

Stijlen

Art nouveau

Inventaris(sen)

  • Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
  • Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
  • Urgentie-inventaris van het bouwkundig erfgoed van de Brusselse agglomeratie (Sint-Lukasarchief 1979)
  • Het monumentale erfgoed van België. Etterbeek (DMS-DML - 1994-1997)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

1993-1995

id

Urban : 13216
lees meer

Beschrijving

Ensemble van drie panden onder zadeldakDak met twee hellende dakvlakken. in art-nouveaustijl uit 1908, gedateerd en getekend door arch. Henri WELLENS en aannemer en eigenaar Henri CARON. Bouwaanvraag gelijktijdig ingediend met die van de de Haernestraat Nr. 12 (zie aldaar). Bakstenen lijstgevels met contrasterende banden in baksteen en blauwe hardsteen, van telkens drie bouwlagen + souterrainHoge kelder of half verzonken verdieping. en twee ongelijke traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Oorspronkelijk houtwerk. Gekorniste kroonlijstenStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement)., al dan niet op uitgelengde consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief..

Nr. 11. Verspringende traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). HoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. in risalietRisaliet (Italiaans, van risalto: uitstekend deel), vooruitspringend volume van een gevel dat over de hele hoogte doorloopt en soms hoger is; naar gelang de positie worden er midden-, zij- en hoekrisalieten onderscheiden. op hoge bewerkte arduinen sokkel met groot vierkant souterrainvenster voorzien van art-nouveautraliewerk. Op begane grond en in ingangstravee steekbogige muuropeningen met polychrome boogfronten. Deur met bovenlichtBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden. en smal zijlicht boven fraaie, bewerkte stenen brievenbus. Muuropening van bel-étage ingeschreven in polychrome cirkel: deurvenster tussen twee zijlichten op lekdrempels met spuwersUitmonding van een goot of waterbekken waarlangs overtollig water wordt afgevoerd., die cirkelvorm volgen; halfrond balkon op consoleVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. met ijzeren leuning. In laatste bouwlaag twee lichten onder rechte stenen latei en bakstenen boogConstructie waarvan de beschrijvende lijnen delen van cirkels of gebogen lijnen zijn en waarin alle drukkrachten optreden. en oculusKlein rond, ovaal of polygonaal venster..

Nr. 13. Gelijkvormige sokkel doch met getralied hoefijzerboogvormig souterrainvenster. Steekboogvensters op lekdrempel. Linker traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) in risalietRisaliet (Italiaans, van risalto: uitstekend deel), vooruitspringend volume van een gevel dat over de hele hoogte doorloopt en soms hoger is; naar gelang de positie worden er midden-, zij- en hoekrisalieten onderscheiden.; op bel-étage korfbogig balkon op centrale consoleVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. met ijzeren leuning, twee gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur., muurdamParement tussen twee muuropeningen (vensters of deuren) in dezelfde bouwlaag. in polychrome baksteen voorzien van kleine muuropening met roedenverdeling bovenaan. Rondbogig tweelicht in laatste bouwlaag. Rechthoekige deur met cirkelvormig bovenvenster bekroond door verdiepte steekbogige muuropening met lekdrempel voorzien van geometrische motieven.

Nr. 15, (21 en 23). Sokkel zoals die van Nr. 11. Linker traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) ingeschreven tussen pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel.; op bel-étage deurvenster met zijlichten ingeschreven in hoefijzerboogBoog die meer dan een halve cirkel beschrijft; boog in de vorm van een hoefijzer., rechthoekig balkon op consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. met ijzeren leuning. Deur identiek aan die van Nr. 13. Alle overige muuropeningen steekbogig. Nr. 21, 23 identiek aan Nr. 15, n.o.v. aannemer Henri CARON ,1909.

Bronnen

Archieven

GAEtt./OW 4584 (1908), 3418 (1909).