Typologie(ën)

woning

Ontwerper(s)

INCONNU - ONBEKEND1884-1886

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Neoclassicisme

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

1993-1995

id

Urban : 14749
lees meer

Beschrijving

Ensemble van dertien neoclassicistischeArchitectuurstroming (vanaf eind 18e eeuw tot ca. 1914) met voorliefde voor orde en symmetrie, gekenmerkt door bepleisterde en wit beschilderde lijstgevels die het stadsbeeld uniformiseren. Verhoudingen en vormentaal van deze stroming evolueren met de tijd. enkelhuizen volgens repeterend schema, gebouwd tussen 1884 en 1886.

Telkens twee bouwlagen + souterrainHoge kelder of half verzonken verdieping. en twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder zadeldakDak met twee hellende dakvlakken. ; Nr. 30 en 34 met drie bouwlagen en licht afwijkende decoratie. OnderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen. meestal in blauwe hardsteen met bossageIn oorsprong een gevelbehandeling waarbij ruwgehakte, rechthoekige blokken natuursteen uit de loodlijn steken en de gevel op die manier een fors, rustiek (rustica) karakter verleent; later op gevel vormelijk geïmiteerd door middel van uitspringend al dan niet bepleisterde bakstenen blokken of banden (doorlopende schijnvoegen)., doch op Nr. 16, 18, 20, 24 arduinen plintHoge plint van een gevel; fungeert als voetstuk in ordonnantie van de gevel. met bossageIn oorsprong een gevelbehandeling waarbij ruwgehakte, rechthoekige blokken natuursteen uit de loodlijn steken en de gevel op die manier een fors, rustiek (rustica) karakter verleent; later op gevel vormelijk geïmiteerd door middel van uitspringend al dan niet bepleisterde bakstenen blokken of banden (doorlopende schijnvoegen).. BepleisterdeMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen. en beschilderde lijstgevels ; horizontaal geleed door kordonvormende lekdrempels. Begane grond met getralied souterrainvenster en rechthoekig vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. ; tweede bouwlaag met deurvenster en balkon op consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. ; muuropeningen op de verdiepingen in geriemde omlijsting met sleutelSluitsteen van een opening; weerhoudt de gewelfstenen in een boog of gewelf.. Typische deurtravee met houten paneeldeur en bovenlichtBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden. ; op de verdieping getoogdBoog die minder dan een halve cirkel beschrijft; boog in de vorm van een cirkelsegment. Bij vensters spreekt men dan van een getoogd venster of steekboogvenster. vensterLicht- en/of luchtopening in een muur.. Klassiek hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel.. Houten kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). met tandlijst en klossenKraagstuk van een kroonlijst met verfijnd uitgesneden en/of gefreesd hangend element of drop.
Op Nr. 10 werd in 1929 het souterrainHoge kelder of half verzonken verdieping. verbouwd tot garage en in 1932 werd een dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. bijgebouwd. 
Op Nr. 28 werd het souterrainHoge kelder of half verzonken verdieping. in 1973 verbouwd ,op Nr. 30 in 1974.

Bronnen

Archieven

GAEtt./OW 95630, 95851 (1884), 101896, 102960, 186706 (1885), 150347, 153989 (1886), 4932 (1895), 3868 (1929), 236 (1932), inschr.reg. 2598 (1973), 2679 (1974).