Typologie(ën)

woning

Ontwerper(s)

Léon DENISarchitect1912

Stijlen

Eclectisme
Art nouveau

Inventaris(sen)

  • Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
  • Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
  • Het monumentale erfgoed van België. Etterbeek (DMS-DML - 1994-1997)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

1993-1995

id

Urban : 13905
lees meer

Beschrijving

Ensemble van drie huizen opgetrokken in 1912 n.o.v. arch. Léon DENIS. Enkel nr. 6 is getekend. Gevels in witte baksteen van twee of drie bouwlagen op arduinen sokkel met fraaie kelderopeningen (nr. 4 en 6).

Nr. 2. Twee bouwlagen onder mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken.. Op begane grond groot korfboogvenster uit 1928 dat oorspronkelijke garagepoort vervangt ; rechts rechthoekige deur en twee getraliede zijlichten onder gemeenschappelijke brede waterlijstVooruitspringende rand in het gevelvlak die regenwater buiten gevel laat afdruppelen. en korfboogvenster. Verdieping ingeschreven tussen twee tot aan het dak doorlopende  pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. ; drie schouderboogopeningen waaronder centraal deurvenster met balkon voorzien van ijzeren leuning ; lekdrempels met waterspuwersUitstekende buis of gooteinde voor de afvoer van hemelwater, vaak in de vorm van een dierlijk of diabolisch monster. en schijfmotief. Geriemde architraafHoofdbalk; het onderste, dragende deel van een klassiek hoofdgestel, meestal geleed door banden., casementenfries en licht gebogen kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement).. Centraal breed dakvensterUit het dakvlak opgaand stenen venster dat met de gevel in verbinding staat of er enkel door een kroonlijst van gescheiden is..

Nr. 4. Drie bouwlagen onder zadeldakDak met twee hellende dakvlakken.. Op begane grond breed korfboogvenster, rechts beglaasde, deels getraliede rondboogdeur. Eerste verdieping gedomineerd door bow-windowErker (afk. Engels, van bow: buiging, en window: venster) die door haar gebogen vorm integrerend deel uitmaakt van de gevel en de achterliggende ruimte. waarin drie identieke steekboogvensters met waterspuwersUitstekende buis of gooteinde voor de afvoer van hemelwater, vaak in de vorm van een dierlijk of diabolisch monster. op lekdrempel ; bekronend balkon met ijzeren leuning. In laatste bouwlaag drie rondboogopeningen, waaronder centraal deurvenster, aan weerszijden geflankeerd door lisenenDecoratieve, uitspringende, verticale geleding, vaak met andere liseen verbonden door boog(fries). verbonden door bekronende boogfriesReeks van kleine (decoratieve) bogen, vaak steunend op kraagstenen.. Geriemde architraafHoofdbalk; het onderste, dragende deel van een klassiek hoofdgestel, meestal geleed door banden.. Houten kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). op uitgelengde consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief..

Nr. 6. Drie bouwlagen onder mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken.. In eerste bouwlaag rondboogvenster ; rechts ingang tussen zijlichten met waterspuwersUitstekende buis of gooteinde voor de afvoer van hemelwater, vaak in de vorm van een dierlijk of diabolisch monster. op lekdrempel, het geheel getralied en bekroond door een rondboogvormig bovenvenster ; muuropeningen onder waterlijstVooruitspringende rand in het gevelvlak die regenwater buiten gevel laat afdruppelen. met volutenSpiraalvormig ornament; meestal gebruikt als aanzetstuk van topgevels, bij deur- en vensteromlijstingen of als steunbeer.. Eerste verdieping voorzien van kleine houten trapezoïdale erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. met drie rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. boven ingang ,links geflankeerd door balkon op consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. voorafgaand aan rondboogopening met centraal deurvenster ; fraaie ijzeren leuning. Laatste verdieping verlicht door getoogd drielichtGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere. onder korfboogBoog samengesteld uit een aantal ineenvloeiende cirkelbogen die samen nagenoeg een liggende ellips vormen., doorlopende  lekdrempel en paneel op borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. met neuten en schijfmotief ; rechts rondboogvormig deurvenster met Frans balkonBorstwering tussen de dagkanten van een naar binnen openslaand venster dat tot de vloer doorloopt. voorzien van smeedijzeren leuning. Afgeronde houten kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). op uitgelengde consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief.. Twee dakvenstersUit het dakvlak opgaand stenen venster dat met de gevel in verbinding staat of er enkel door een kroonlijst van gescheiden is..

Bronnen

Archieven

GAEtt./OW 2209, 3167 (1912), 2988 (1928).