Typologie(ën)

opbrengsthuis
gelijkvloers met handelszaak

Ontwerper(s)

H.L.F. PARTOES1849

F. BELLEFLAMME1874

Philippe DE BLOOSarchitect1990-1991

Jean-Pierre HOAarchitect1990-1991

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Neoclassicisme
Postmodernisme

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2016

id

Urban : 31673
lees meer

Beschrijving

Kopgebouw in neoclassicistischeArchitectuurstroming (vanaf eind 18e eeuw tot ca. 1914) met voorliefde voor orde en symmetrie, gekenmerkt door bepleisterde en wit beschilderde lijstgevels die het stadsbeeld uniformiseren. Verhoudingen en vormentaal van deze stroming evolueren met de tijd. stijl naar een ontwerp van architect H.L.F. Partoes, 1849.

Vier bouwlagen en driemaal drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder afgesnuit zadeldakDak met twee hellende dakvlakken.. BepleisterdeMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen. en beschilderde gevel met registermarkering door hardstenen hoekkettingenAfwisselende opeenvolging van lange en korte zijden van natuurstenen hoekblokken of neggen (geprofileerd) in een bakstenen gevel. en geprofileerde kordonvormende lekdrempels. Op benedenverdieping rondbogenBoog waarvan de kromming een halve cirkel beschrijft. met geprofileerde booglijst op doorgetrokken imposten, en gediepte penantenParement tussen twee muuropeningen (vensters of deuren) in dezelfde bouwlaag.; centrale winkeldeur en doorlopende  hardstenen sokkelHoge plint van een gevel; fungeert als voetstuk in ordonnantie van de gevel.. Verdiepingen met rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. in geriemde omlijsting, op de eerste twee verdiepingen onder entablementHoofdgestel of onderdeel ervan (vb. kroonlijst) als bekroning van muuropening; entablement vaak op consoles., breder en op voluutconsoles op de eerste verdieping; ijzeren vensterleuningenLage, versierde leuning boven een onderdorpel, meestal in metaal.. Gevelbeëindiging door kordonUitspringende, horizontale geleding over de hele breedte van een gevel, om verdiepingen te markeren of als verlenging van de (lek)dorpels., vlakke friesHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…). en op de hoeken kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). met klossenKraagstuk van een kroonlijst met verfijnd uitgesneden en/of gefreesd hangend element of drop. en tandlijst, heden vervangen.

Duquesnoystraat nr. 40. In oorsprong burgerwoning in neoclassicistischeArchitectuurstroming (vanaf eind 18e eeuw tot ca. 1914) met voorliefde voor orde en symmetrie, gekenmerkt door bepleisterde en wit beschilderde lijstgevels die het stadsbeeld uniformiseren. Verhoudingen en vormentaal van deze stroming evolueren met de tijd. stijl n.o.v. architect F. Belleflamme, 1847.
Vier bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie, en drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder zadeldakDak met twee hellende dakvlakken.. BepleisterdeMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen. en beschilderde gevel geleed door kordonvormende lekdrempels. Rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. in geriemde omlijsting; gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. vensterleuningenLage, versierde leuning boven een onderdorpel, meestal in metaal.. Centraal balkon op voluutconsoles en met gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.; glasdeurDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat. onder
entablement, bijkomende orenUitstekend deel van sommige bouwelementen of -constructies, meestal louter decoratief. op twee hoogste verdiepingen. Klassiek hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel.. Pui met zijingang en gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel..

Duquesnoystraat nr. 42. In oorsprong burgerwoning in neoclassicistische stijl, 1847.
Drie bouwlagen en twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder zadeldakDak met twee hellende dakvlakken.. BepleisterdeMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen. en beschilderde gevel gemarkeerd door hoekkettingenAfwisselende opeenvolging van lange en korte zijden van natuurstenen hoekblokken of neggen (geprofileerd) in een bakstenen gevel.. Rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. in geriemde omlijsting met later toegevoegde sleutelSluitsteen van een opening; weerhoudt de gewelfstenen in een boog of gewelf.; breed balkon, oorspronkelijk op voluutconsoles, heden gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. en borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. in art nouveauInternationale beweging (1893 - ca. 1914) als reactie op de ‘neo’-stijlen, maar met sterk lokale verschillen. In België kent de stijl twee stromingen, namelijk de florale art nouveau met Victor Horta als boegbeeld en anderzijds de geometrische art nouveau beïnvloed door Paul Hankar of de Wiener Secession. uit begin 19
e eeuw. Doorgetrokken, geprofileerde lekdrempels op hoogste verdieping. KroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). met tandlijst boven friesHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…). en kordonUitspringende, horizontale geleding over de hele breedte van een gevel, om verdiepingen te markeren of als verlenging van de (lek)dorpels.. Benedenverdieping oorspronkelijk met geblokte rondbogenBoog waarvan de kromming een halve cirkel beschrijft., heden winkelpui.

Grondige renovatie van het geheel door architectenbureau ARC (architecten Ph. De Bloos en J.-P. Hoa, 1990-1991), gepaard met wederopbouw van de belendende panden.

Bronnen

Archieven
SAB/OW 26175 (1849); Duquesnoystraat 40: 10347 (1847); Duquesnoystraat 42: 10356 (1847).