Oud Korenhuis 38

Diephuis van drie bouwlagen en drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), met zandstenen halsgevel in Lodewijk XIV-stijl, uit het begin van de 18^e eeuw.

Oorspronkelijk zadeldakDak met twee hellende dakvlakken. vervangen door een mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken. in 1929; gerestaureerd ca. 1985, waarbij reconstructie van de pui en frontonbekroning. Horizontale registerindeling door geprofileerde waterlijstenVooruitspringende rand in het gevelvlak die regenwater buiten gevel laat afdruppelen. en een klassiek hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel.. Middenrisaliet, doorgetrokken in de geveltop : op de eerste verdieping geaccentueerd door schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren., een rondbogig deurvenster met kwarthol beloop en een ondiep balkon met voluutconsoles doch vernieuwd hek; op de tweede verdieping geleed. Verkleinende rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. met ingediepte borstwering. Eenledige geveltop gemarkeerd door brede volutenSpiraalvormig ornament; meestal gebruikt als aanzetstuk van topgevels, bij deur- en vensteromlijstingen of als steunbeer., waarin vlak omlijst rechthoekige vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. met gebogen frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening. tussen pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. ; geprofileerd entablement en driehoekig frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening.. Tot 1853 enkelhuisopstand met twee vensters onder entablement en rondboogdeur; huidige pui met dubbelhuisopstand.