Typologie(ën)

woning

Ontwerper(s)

Stijlen

Neoclassicisme

Inventaris(sen)

  • Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
  • Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
  • Urgentie-inventaris van het bouwkundig erfgoed van de Brusselse agglomeratie (Sint-Lukasarchief 1979)
  • Het monumentale erfgoed van België. Brussel Uitbreiding Oost (Apeb - 2006-2009)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

2006-2008

id

Urban : 18363
lees meer

Beschrijving

Geheel van drie huizen met neoclassicistische inslag, in spiegelbeeld, 1863.

Interieur van eerste twee in 1963 gewijzigd, waarbij deur van eerste huis tot vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. werd verbouwd. In 1988 werd geheel, samen met nr. 6 verbouwd tot kinderdagverblijf. Op gevels na uiteindelijk volledig gesloopt in 1995 (architect Marc Lacour, Les Ateliers de Bruxelles), samen met twee andere woningen, namelijk Josef II straat nr. 82-86 en Stevinstraat nr. 19-23, en het kantoorgebouw op Stevinstraat nr. 1-11 en Josef II straat nr. 68-80.

Drie bepleisterdeMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen. gevels met symmetrische compositieTypische gevelopstand bestaande uit drie gelijke traveeën; in Brussel komt dit geveltype vaak voor met drie bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie; de centrale travee wordt in vele gevallen rijker uitgewerkt en benadrukt door haar licht te laten uitspringen en/of door één of meerdere balkons; het grondplan bestaat over het algemeen uit een aaneenschakeling van kamers.. Benedenverdieping met bossageIn oorsprong een gevelbehandeling waarbij ruwgehakte, rechthoekige blokken natuursteen uit de loodlijn steken en de gevel op die manier een fors, rustiek (rustica) karakter verleent; later op gevel vormelijk geïmiteerd door middel van uitspringend al dan niet bepleisterde bakstenen blokken of banden (doorlopende schijnvoegen). die ook verdiepingen flankeert. Centrale traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) in risalietRisaliet (Italiaans, van risalto: uitstekend deel), vooruitspringend volume van een gevel dat over de hele hoogte doorloopt en soms hoger is; naar gelang de positie worden er midden-, zij- en hoekrisalieten onderscheiden. en bekroond met frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening.; balkon onderaan belijnd met guirlande. Centrale venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. geflankeerd door pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel., dat van eerste verdieping onder entablementHoofdgestel of onderdeel ervan (vb. kroonlijst) als bekroning van muuropening; entablement vaak op consoles. met leeuwenkop. Centrale gevel met koetspoort en laterale venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. van eerste verdieping onder cartoucheOmlijsting van een uitspringend vlak in de vorm van ingesneden en omkrullend papier of leer; vaak met opschrift of intern versierd.. Zijgevels op verdiepingen met pilastervormige stijlen. DakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. van na 1988. SchrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  en ijzerwerkVerzameling van alle metalen elementen van een gebouw. vervangen.

Bronnen

Archieven
SAB/OW 19452 (1863), 79970 (1963), 90809 (1988), 106648 (1995-1996), 106653 (1996), 107223 (1996).