Overblijfselen van de oude spoorwegbrug van de lijn Brussel-Gent
Paleizenstraat over de Bruggen ,
Typologie(ën)
Spoorwegerfgoed
Ontwerper(s)
INCONNU - ONBEKEND – 1890-1910
Juridisch statuut
Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024
Inventaris(sen)
- Inventaris van de Industriële Architectuur (AAM - 1980-1982)
- Het monumentale erfgoed van België. Laken (Archistory - 2016-2019)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek Het ontwerp van een onroerend goed (gebouw) door een gerenommeerde kunstenaar (architect) kan maar zeer zelden als criterium worden beschouwd. Om het belang van de selectie van dit onroerend goed te beoordelen, en de plaats dat het inneemt in het oeuvre van een kunstenaar (architect), is dit een criterium dat moet worden afgewogen met de architectonische kwaliteit (compositie en interne structuur), de uitvoering (materialen, technische beheersing), de plaats in de architectuurgeschiedenis dewelke een getuigenis zijn van een fase of aspect van landschapsarchitectuur of de bouwkunst in het verleden. Zodoende gelden koppelingen naar volgende criteria: zeldzaamheid (typologie, stijl, materiaalgebruik, bronnen), representativiteit (idem) en integriteit (idem + kwaliteit van uitvoering).
- Esthetisch Het onroerend goed heeft een esthetische waarde als het de waarnemer zintuigelijk prikkelt op een positieve manier (‘ervaring van schoonheid). Historisch gezien werd deze waarde aangewend om waardevolle natuurlijke of semi-natuurlijke gebieden aan te duiden, maar het kan ook gelden voor grote gehelen van gebouwen in een stedelijk gebied, met of zonder natuurlijke elementen, of monumenten die het stadslandschap markeren. Automatisch dringt een afweging met andere waarden zich op, de artistieke in de eerste plaats, maar ook de landschappelijke (integratie van het werk in het stedelijk landschap, oriëntatiepunten in de stad) en stedenbouwkundige waarde (spontane of rationele stedelijke gehelen), en dienen koppelingen naar selectiecriteria worden gemaakt: representativiteit, ensemblewaarde en contextuele waarde. Criteria die met andere (met name artistieke) criteria moeten worden gecombineerd.
- Historisch Het onroerend goed heeft een historische waarde als het getuigt van een bijzondere periode in de geschiedenis van de streek of de gemeente, of als bijzonder belangrijke ouderdom en zeldzame ontwikkeling voor een periode (bv. tuinstad die representatief is voor een bouwwijze die werd toegepast in het kader van de grote bouwcampagnes na de Tweede Wereldoorlog; dorpskernen die de eerste gegroepeerde bouwwerken van de gemeenten van de tweede ring illustreren; Hallepoort als overblijfsel van de tweede omwalling; enz.), of als getuigenis van een bepaalde stedelijke (en/of landschappelijke) ontwikkeling van de stad (bv. gebouwen aan de centrale boulevards of in de Leopoldswijk), of wanneer het een band vertoont met een belangrijke historische figuur - met inbegrip van persoonlijke huizen van architecten en kunstenaarsateliers (b.v. het geboortehuis van Constantin Meunier, het huis van Magritte), of in verband kan worden gebracht met een belangrijke historische gebeurtenis (b.v. huizen van de wederopbouw na het bombardement van 1695, Congreskolom), of een typologische representativiteit vertoont die kenmerkend is voor een commerciële of culturele beroepsactiviteit (bv. kerken, bioscopen, industriële architectuur, apotheken).
- Wetenschappelijk Over het algemeen gebruikt om natuurlijke of semi-natuurlijke gebieden te waarderen in hun botanische kwaliteiten. Binnen de context van een onroerend goed kan het de aanwezigheid van een (bouw)element (bijzonder materiaal, experimenteel materiaal, bouwprocédé of -component) of getuigenis van een ruimtelijk-structurele ruimte (stedenbouwkundig) waarvan het behoud moet worden overwogen met het oog op wetenschappelijk onderzoek.
- Technisch Onder de technische waarde van een onroerend goed kan men het vroeg gebruik van een bepaald materiaal of een bepaalde techniek verstaan (> engineering), ook gebouwen met een constructief of technologisch belang, een technisch hoogstandje of een technologische innovatie kunnen in aanmerking komen. Het kan eveneens industrieel-archeologisch waardevol worden begrepen zoals getuigenissen van verouderde bouwmethodes. Vanzelfsprekend dringt een koppeling zich aan mbt een wetenschappelijke waarde.
- Stedenbouwkundig Sommige bouwkundige goederen spelen, meer dan andere bouwkundige goederen, een prominente rol in de planmatige inrichting van de bebouwde ruimte in het verleden. Meestal determineren zijn andere stedenbouwkundige (plan)vormen zodat er zich een wisselwerking voortdoet tussen bebouwde en niet-bebouwde (of open) ruimte. Die inrichting omvat ook de samenhang tussen verschillende schaalniveaus. Een onroerend goed heeft stedenbouwkundige waarde wanneer het hierin een rol speelt, bijvoorbeeld hoekgebouwen, coherente pleinen of (straatwanden), deskundig ingeplante torens (hoogbouw) en hun relatie tot hun onmiddellijke kwaliteitsvolle omgeving die coherent kan zijn, maar ook contrastrijk, maar ook relicten van stedenbouwkundige concepten en hoe deze architecturaal (en typologisch) zijn of werden ingevuld, zoals bijvoorbeeld de nog bewaarde eclectische stadspaleizen en/of herenhuizen in de Leopoldswijk.
Onderzoek en redactie
id
Beschrijving
Overblijfselen
van een oude spoorwegbrug in eclectische stijl, ontworpen ca. 1900.
Geschiedenis
Op 01.05.1856 werd de zogenoemde Dender-en-Waaslijn tussen Brussel en Gent
in dienst genomen. Ze liep
via een spoorwegbrug over het Kanaal van Willebroek, voordat ze de toenmalige
weg van Brussel naar Temse kruiste, over een tweede brug met een metalen brugdek
en landhoofden in metselwerk. Rond 1900 werd beslist de brug over het kanaal te
vervangen door een nieuw kunstwerk, een hogere draaibrug. Daartoe werd de spoorlijn
wat zuidwestwaarts verplaatst, wat tevens de vernieuwing noodzaakte van de brug
over de toekomstige Paleizenstraat over de Bruggen. De twee nieuwe kunstwerken
werden tussen 1901 en 1908 gebouwd. Gebombardeerd in 1940, werd de brug opnieuw
vanaf 1942 vervangen door een vaste brug ditmaal en op de plaats van de
oorspronkelijke brug, meer noordoostwaarts. Ook in de Paleizenstraat over de
Bruggen werd de oorspronkelijke brug door een nieuwe vervangen, terwijl de
structuur van de brug uit 1900 ernaast bleef bestaan, minstens tot in 1971. Van
de twee bruggen uit het begin van de 20e eeuw zijn thans enkel de landhoofden
bewaard.
Beschrijving
Kunstwerken in hardsteen. Aan de zuidkant van de oude spoorlijn, twee
landhoofden bestaande uit een onderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen. met daarop een paneel versierd met een leeuwenkop
en een sokkel met een friesHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…). van schijven; daarop rust een obeliskMonolithische pijler, naar boven toe smaller en bekroond met piramidale punt. waarvan het
onderste gedeelte is versierd met volutenSpiraalvormig ornament; meestal gebruikt als aanzetstuk van topgevels, bij deur- en vensteromlijstingen of als steunbeer. met bladversiering en het bovenste
met een bronzen spoorweginsigne – een gevleugeld wiel onder een kroon. Tegen de
sokkel van de obeliskMonolithische pijler, naar boven toe smaller en bekroond met piramidale punt., aan de kant van het brugdek, vaas met volutenSpiraalvormig ornament; meestal gebruikt als aanzetstuk van topgevels, bij deur- en vensteromlijstingen of als steunbeer. en guirlandes.
Aan de westkant, gedeeltelijk schuine en gebogen onderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen., waarop een balustrade
met postamenten1. Rechthoekig voetstuk van een standbeeld; - 2. Balkvormige stenen bekroning; - 3. Stenen zijstukken van een balkonborstwering. onder een topsieraad rust.
Bronnen
Archieven
SAB/PP 2710 (1868).
Publicaties en studies
ATTAS, D., PROVOST, M., Bruxelles, sur les traces des ingénieurs bâtisseurs, Éditions CIVA, Brussel, 2011, p. 67.
Brusselse wandelingen. 4. Industrieel erfgoed in Laken, Cel Historisch Erfgoed van de Stad Brussel, Brussel, 1999, pp. 6-7.
CULOT, M. [o.l.v.], Bruxelles Hors Pentagone. Inventaire visuel de l’architecture industrielle à Bruxelles, AAM, Brussel, 1980, fiches 6, 7.
HUBERTY, C., VALENTE SOARES, P., Les canaux bruxellois, coll. Bruxelles, Ville d’Art et d’Histoire, 25, Région de Bruxelles-Capitale, 1998, p. 43.
Tijdschriften
VALCKE, S., « Ponts métalliques sur le canal au nord de Bruxelles », in: Thema & Collecta, 5, 2016, pp. 58-65.
« De spoorbrug over de Paleizenstraat. Een verduidelijking », in: Laca Tijdingen, année 19, 1 septembre-novembre 2007, pp. 35-37.