Typologie(ën)

appartementsgebouw

Ontwerper(s)

Albert JEANNINarchitect1902-1905

Gabriel VAN DIEVOETsgraffitoschilder1902

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Art nouveau

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2016, 2019

id

Urban : 34841
lees meer

Beschrijving

Vier gebouwen in eclectischeVeel voorkomende stijl (ca. 1850-1914) die inspiratie put uit verschillende architectuurstijlen uit het verleden. Komt door de combinatie van enerzijds verschillende stijlelementen en anderzijds nieuwe technieken en materialen tot een unieke eigentijdse creatie. stijl met art-nouveau-invloed, ontworpen door architect Albert Jeannin voor Charles Rensonnet, eigenaar van een reclamebureau gespecialiseerd in muurreclames.

In juli 1902 liet de opdrachtgever zijn persoonlijke woning ontwerpen, op nr. 10, versierd met sgraffitiSgraffito (Italiaans, van sgraffiare: krabben), decoratieve muurtechniek waarbij men een donkere pleisterlaag (doorgaans zwart, roetbruin of grijs) met een lichtgekleurde pleisterlaag bedekt; door de bovenste, nog niet verharde, laag weg te nemen volgens een vooraf bepaald grafisch ontwerp ontstaat een verdiepte tekening; de lichtgekleurde pleisterlaag kan bovendien gekleurd worden ‘al fresco’ (op de verse pleister) of ‘al secco’ (op de droge pleister). toegeschreven aan Gabriel Van Dievoet, alsook een atelier van één bouwlaag op nr. 6-8. In oktober van datzelfde jaar werd het plan voor een atelier vervangen door een voor twee dubbelhuizenGebouw waarvan de kamers geordend zijn langs beide zijden van de centrale toegangsas.. Rensonnet vestigde zijn kantoren en ateliers in de drie gebouwen. In maart 1903 bestelde hij bij dezelfde architect, op nr. 2-4, een opbrengstpand op de hoek, met commerciële benedenverdieping die in 1905 werd voorzien van een markies1. Beglaasde metalen of houten afdak; 2. Opvouwbaar zonnescherm boven raam of deur.  uitgevoerd door bouwmeester H. Vander Elst, thans verdwenen.

Gebouwen van drie bouwlagen, met tussenverdiepingLage verdieping tussen twee bouwlagen; vaak boven commerciële benedenverdieping gelegen. op de hoek, onder mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken.. Bakstenen gevels versierd met witsteen en hardsteen. Bewerkte stenen consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief..

Op nr. 13-15 Rossinistraat – 2-4 Gevaertstraat, drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) aan elke straat, verbonden door een hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw.. De benedenverdieping wordt geritmeerd door hardstenen pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. met groeven in het bovengedeelte en met knoppenkapiteel, onder een doorlopende  I-balkIJzeren latei met I-profiel. met bewerkte bevestigingen. Winkelpuien aan de uiteinden (rechts verbouwd in 1969) en brasserie op de hoek, met deur op de hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw.; op de tweede traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), brede muuropening met de private deur links en een tweede deur voor de brasserie rechts. Op de verdiepingen, traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) geflankeerd door kolossaleZuilen of pilasters die over de volle hoogte of over meer dan één verdieping opgaan, onafhankelijk van de door vensters en bouwlagen gegeven maten. pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. die op de voorlaatste traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) boven de bekronende kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). uitkomen, rond een schoorsteenpijpHet boven het metselwerk of dak uitstekende deel van een schoorsteen. met vleugelstukkenZijstuk, veelal in voluutvorm, van een topgevel, dakkapel of dakvenster.. Op de uiterste traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), balkon op de eerste verdieping en minder diep balkon op de tweede, op hoge consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. die de aanzetsteenGeprofileerd of versierd blok (natuur)steen waarop een boog of een strek steunt. vormen voor de onderliggende muuropening. GietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust., aan de Gevaertstraat vervangen. Op de twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) die de hoek flankeren, venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. van de tussenverdiepingLage verdieping tussen twee bouwlagen; vaak boven commerciële benedenverdieping gelegen. en van de eerste verdieping onder lateiBalkvormig element van hout, steen, beton of metaal dat een muuropening overspant en bovenliggend metselwerk steunt. die een kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). op consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. vormt, die op de eerste onder de aanzet van een boogvormig frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening. met volutenSpiraalvormig ornament; meestal gebruikt als aanzetstuk van topgevels, bij deur- en vensteromlijstingen of als steunbeer.. Op de hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw., gestapelde houten erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. op hoge consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. die het vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. van de tussenverdiepingLage verdieping tussen twee bouwlagen; vaak boven commerciële benedenverdieping gelegen. flankeren. Bekronende kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). onder een veelhoekig torentje met dakraam en spits . Gewone venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. in de rest van het onderschild. Oorspronkelijke kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement).. SchrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  vervangen, behalve de meeste bovenlichtenBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden. met roedeverdelingDunne houten of metalen staaf in een kozijn waarin glasruiten worden bevestigd. van de etalages.

Op nr. 6 tot 10 Gevaertstraat, opstandenBouwkundige tekening op schaal van een verticaal vlak van een gevel, een binnenmuur,…; in ruime zin het verticaal vlak van een gevel of muur. met asymmetrische compositieTypische gevelopstand bestaande uit twee ongelijke traveeën; in Brussel komt dit geveltype vaak voor met drie bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie; de hoofdtravee is meestal breder, rijker uitgewerkt en wordt verder benadrukt door licht vooruit te springen en/of door één of meer balkons; de kelders zijn meestal hoog, wat zich vertaalt in een hoge onderbouw; het grondplan bestaat over het algemeen uit een aaneenschakeling van kamers.. Onderbouwen in breuksteenMetselwerk bestaande uit brokken onregelmatige natuursteen. van zandsteen (beschilderd op nr. 6 en 8). Balkon in de tweede bouwlaag, glasdeurenDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat. met borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. in de eerste en derde. Traliewerk van de keldervensters, borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. van de benedenverdiepingen en die van de verdiepingen op nr. 10 in smeedijzerTaai, ‘kneedbaar’ ijzer dat ambachtelijk wordt ‘gesmeed’ (gehamerd bij hoge temperatuur) tot decoratieve bouwonderdelen als tuinhekken, borstweringen…, de overige borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. in gietijzerHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons.. Ankers(Smeedijzeren) bouwonderdeel waarmee de uiteinden van een balk in een muur worden bevestigd; soms ook louter decoratief. tussen de verdiepingen, in palmetvorm op nr. 10. MansardedakenGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken. niet volgens de oorspronkelijke plannen. Oorspronkelijke kroonlijstenStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement)..
Op nr. 6 en 8, muuropeningen op de verdiepingen bekroond door respectievelijk rechthoekige spiegels1. Dunne (houten) plaat, gevat in een omlijsting van stijlen en regels van deuren, lambriseringen en plafonds; - 2. Gevelversiering in de vorm van een in- (spiegel) of uitspringende (paneel) rechthoekige omlijsting. en timpanenMonumentaal driehoekig of segmentvormig boogveld, meestal besloten in een fronton; vaak rijkelijk versierd. versierd met sgraffitiSgraffito (Italiaans, van sgraffiare: krabben), decoratieve muurtechniek waarbij men een donkere pleisterlaag (doorgaans zwart, roetbruin of grijs) met een lichtgekleurde pleisterlaag bedekt; door de bovenste, nog niet verharde, laag weg te nemen volgens een vooraf bepaald grafisch ontwerp ontstaat een verdiepte tekening; de lichtgekleurde pleisterlaag kan bovendien gekleurd worden ‘al fresco’ (op de verse pleister) of ‘al secco’ (op de droge pleister). met plantenmotieven in art-nouveaustijl. VenstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op de toegangstraveeTravee waarin de toegang is ondergebracht. met gewelfde onderdorpel. De overige muuropeningen tussen inspringende stijlenVerticale zijden van een opening waarop een boog of latei rust.. Gevel thans beschilderd op nr. 8. SchrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  vervangen.
Op nr. 10, deur tussen geriemde stijlenVerticale zijden van een opening waarop een boog of latei rust. met volutenSpiraalvormig ornament; meestal gebruikt als aanzetstuk van topgevels, bij deur- en vensteromlijstingen of als steunbeer. onder onregelmatig uitgesnedenVerdiept aanbrengen, beitelen,… lateiBalkvormig element van hout, steen, beton of metaal dat een muuropening overspant en bovenliggend metselwerk steunt., bekroond door een grote oculusKlein rond, ovaal of polygonaal venster. met fraai bewerkte omlijsting. De meeste venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op kussenblokken1. Dekplaat dat ligt tussen de drager (kapiteel) en het gedragene (balk of boog); 2. Kwartronde kraagsteen van een venster- of deurboog. met volutenSpiraalvormig ornament; meestal gebruikt als aanzetstuk van topgevels, bij deur- en vensteromlijstingen of als steunbeer. waarop een onregelmatig uitgesnedenVerdiept aanbrengen, beitelen,… hardstenen lateiBalkvormig element van hout, steen, beton of metaal dat een muuropening overspant en bovenliggend metselwerk steunt. die op de eerste verdieping een kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). vormt, onder een entablementHoofdgestel of onderdeel ervan (vb. kroonlijst) als bekroning van muuropening; entablement vaak op consoles. met blindZonder opening; blind venster, schijnopening. paneel1. Dunne (houten) plaat, gevat in een omlijsting van stijlen en regels van deuren, lambriseringen en plafonds; - 2. Gevelversiering in de vorm van een in- (spiegel) of uitspringende (paneel) rechthoekige omlijsting., en op de tweede een gegroefde friesHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…).. Balkon met gewelfde balkonvloer, hoge consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. en geprofileerde postamenten1. Rechthoekig voetstuk van een standbeeld; - 2. Balkvormige stenen bekroning; - 3. Stenen zijstukken van een balkonborstwering.. Panelen1. Dunne (houten) plaat, gevat in een omlijsting van stijlen en regels van deuren, lambriseringen en plafonds; - 2. Gevelversiering in de vorm van een in- (spiegel) of uitspringende (paneel) rechthoekige omlijsting. versierd met sgraffitiSgraffito (Italiaans, van sgraffiare: krabben), decoratieve muurtechniek waarbij men een donkere pleisterlaag (doorgaans zwart, roetbruin of grijs) met een lichtgekleurde pleisterlaag bedekt; door de bovenste, nog niet verharde, laag weg te nemen volgens een vooraf bepaald grafisch ontwerp ontstaat een verdiepte tekening; de lichtgekleurde pleisterlaag kan bovendien gekleurd worden ‘al fresco’ (op de verse pleister) of ‘al secco’ (op de droge pleister). met plantenmotief in art-nouveaustijl onder het balkon, op de borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. van de eerste verdieping en tussen de consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. of gegroefde pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. op de hoge friesHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…). van het hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel.; op deze friesHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…)., centraal medaillonRonde of ovale cartouche. met de Gorgo Medusa links en medaillonRonde of ovale cartouche. met het monogram van de opdrachtgever “CR” rechts. Oorspronkelijk schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... ; deur met stootstang en opening van de brievenbus in bewerkt metaal, oculusKlein rond, ovaal of polygonaal venster. met glas-in-loodraam, en opmerkelijk raamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. met gebogen elementen, op de benedenverdieping eveneens met glas-in-loodramen.

Interieur. Decor grotendeels bewaard. In de voorkamer, plafond met ronde sierlijst en schoorsteen in grijs marmer. In het achterste vertrek, schoorsteen met mantelHouten of natuurstenen bekleding rond de opening of mond van een schouw. in art-nouveaustijl en lambriseringWandbetimmering, meestal bestaande uit paneelwerk, aangebracht tegen een binnenmuur (vaak het onderste gedeelte ervan); later ook in marmer, stucwerk, … met motieven in dezelfde stijl, vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. met glas-in-loodraam met plantendecor en plafond met achthoekige sierlijst.


Bronnen

Archieven
GAA/DS 10160 (20.01.1905); 2-4: 9460 (12.06.1903), 10287 (28.04.1905), 
43716 (11.06.1969)6 tot 10: 9221 (09.01.1903).

Publicaties en studies
SCHOONBROODT, B., Anderlecht. Les Chemins du Patrimoine, Cultureel Centrum van Anderlecht, s.d., pp. 53-54.

Tijdschriften
Almanach du Commerce et de l’Industrie, “Gevaert (rue)”, 1905.