Onderzoek en redactie
2013-2014
Bekijk de weerhouden gebouwen
De Kesselsstraat verbindt de Wijnheuvelenstraat, ter hoogte van de Henry Villardstraat, met de Louis Bertrandlaan. De Edouard Fiersstraat begint er aan onpare zijde.
De veertien meter brede straat werd aangelegd op een overwelfd gedeelte van de Maalbeek, die op die plaats ook de Molenbeek werd genoemd. Stroomopwaarts en stroomafwaarts valt de loop van deze beek samen met het tracé van respectievelijk de Wijnheuvelenstraat en de Hermanstraat. De rooilijn van de Kesselsstraat werd goedgekeurd bij K.B. van 19.12.1863. Ze mondde toen uit in de Korte Bosstraat, de huidige Edouard Fiersstraat, ter hoogte van wat toen het Sint-Servaasplein was. De bestratingswerken werden in 1864-1865 uitgevoerd. In het kader van de heraanleg van de wijk Teniers-Josaphat, goedgekeurd bij K.B. van 10.02.1902, werd de straat tot aan de nieuwe Louis Bertrandlaan verlengd.
De naam van de straat werd toegekend tijdens de gemeenteraadszitting van 21.06.1864 en is een eerbetoon aan de Belgische beeldhouwer Mattheus Kessels (Maastricht, 1784 – Rome, 1836).
Vóór de overwelving stond langs het deel van de Maalbeek dat met de toekomstige Kesselsstraat overeenstemt in het westen een molen die al is aangegeven op het plan van Deventer uit 1550-1565 en die in 1864 werd afgebroken. In het oosten liep de beek langs een vijver, de Molenvijver, die tussen 1858 en 1876 werd gedempt en op de hoek met de Korte Bosstraat werd vervangen door een groot eigendom met een Engelse tuin met vijvers. Dit eigendom bleef tot de vroege jaren 1900 bestaan.
De eerste huizen van de straat, in neoclassicistische stijl, werden tussen 1867 en 1870 gebouwd: het ging om slechts enkele gebouwen aan het begin van de straat, onpare zijde, en om nr. 58-60 tot 76. Vermelden we hieronder nr. 66 (zie dit nummer) en 68. De bouw werd nadien pas in de loop van de jaren 1880 hervat, tot in de jaren 1900. Het ging vaak om woningen met neoclassicistische invloed, zoals nr. 45 (n.o.v. architect E. Vander Weghe, 1911) of de huizenrij gevormd door nr. 61 (1904), 63 (n.o.v. architect Clément Verhas, 1904), 65 (1903) en 67 (1903). Andere huizen, hoofdzakelijk van latere datum, zijn opgetrokken in eclectische stijl, zoals nr. 40 tot 46 (1893), 75 (1905), 79 (ca. 1905), of nog 92 tot 96 (1906), met op nr. 92 een etalage in art-decostijl (n.o.v. architect Edmond Boileau, 1925). Vermelden we, op nr. 82-84 tot 88, een fraaie huizenrij met art-nouveau-invloed (zie deze nummers).
In het huizenblok aan pare zijde vestigden zich talrijke opslagplaatsen en werkplaatsen, zoals nr. 34 (ca. 1899), waarin zich de bureaus en de opslagplaats van een houtskoolhandelaar bevonden. Vaak werden ze aan de achterzijde van het perceel gebouwd, zoals nr. 56 (1898). Op nr. 14, achter nr. 16 tot 34, stond brouwerij Saint-Servais uit ca. 1880, die na de Tweede Wereldoorlog een drukkerij werd en in 2012 moest wijken voor een complex van woningen en een crèche. Aan pare zijde, ten slotte, werden in 1903-1904 de gemeentebaden gebouwd binnen het huizenblok gelegen op een deel van het eigendom dat de hoek met de Korte Bosstraat innam. Ze werden rond 1950 gesloopt en vervangen door de Robinsontuin, een pedagogische speeltuin. Aan de straatkant is enkel het oude toegangsgebouw bewaard (zie nr. 51).
De veertien meter brede straat werd aangelegd op een overwelfd gedeelte van de Maalbeek, die op die plaats ook de Molenbeek werd genoemd. Stroomopwaarts en stroomafwaarts valt de loop van deze beek samen met het tracé van respectievelijk de Wijnheuvelenstraat en de Hermanstraat. De rooilijn van de Kesselsstraat werd goedgekeurd bij K.B. van 19.12.1863. Ze mondde toen uit in de Korte Bosstraat, de huidige Edouard Fiersstraat, ter hoogte van wat toen het Sint-Servaasplein was. De bestratingswerken werden in 1864-1865 uitgevoerd. In het kader van de heraanleg van de wijk Teniers-Josaphat, goedgekeurd bij K.B. van 10.02.1902, werd de straat tot aan de nieuwe Louis Bertrandlaan verlengd.
De naam van de straat werd toegekend tijdens de gemeenteraadszitting van 21.06.1864 en is een eerbetoon aan de Belgische beeldhouwer Mattheus Kessels (Maastricht, 1784 – Rome, 1836).
Vóór de overwelving stond langs het deel van de Maalbeek dat met de toekomstige Kesselsstraat overeenstemt in het westen een molen die al is aangegeven op het plan van Deventer uit 1550-1565 en die in 1864 werd afgebroken. In het oosten liep de beek langs een vijver, de Molenvijver, die tussen 1858 en 1876 werd gedempt en op de hoek met de Korte Bosstraat werd vervangen door een groot eigendom met een Engelse tuin met vijvers. Dit eigendom bleef tot de vroege jaren 1900 bestaan.
De eerste huizen van de straat, in neoclassicistische stijl, werden tussen 1867 en 1870 gebouwd: het ging om slechts enkele gebouwen aan het begin van de straat, onpare zijde, en om nr. 58-60 tot 76. Vermelden we hieronder nr. 66 (zie dit nummer) en 68. De bouw werd nadien pas in de loop van de jaren 1880 hervat, tot in de jaren 1900. Het ging vaak om woningen met neoclassicistische invloed, zoals nr. 45 (n.o.v. architect E. Vander Weghe, 1911) of de huizenrij gevormd door nr. 61 (1904), 63 (n.o.v. architect Clément Verhas, 1904), 65 (1903) en 67 (1903). Andere huizen, hoofdzakelijk van latere datum, zijn opgetrokken in eclectische stijl, zoals nr. 40 tot 46 (1893), 75 (1905), 79 (ca. 1905), of nog 92 tot 96 (1906), met op nr. 92 een etalage in art-decostijl (n.o.v. architect Edmond Boileau, 1925). Vermelden we, op nr. 82-84 tot 88, een fraaie huizenrij met art-nouveau-invloed (zie deze nummers).
In het huizenblok aan pare zijde vestigden zich talrijke opslagplaatsen en werkplaatsen, zoals nr. 34 (ca. 1899), waarin zich de bureaus en de opslagplaats van een houtskoolhandelaar bevonden. Vaak werden ze aan de achterzijde van het perceel gebouwd, zoals nr. 56 (1898). Op nr. 14, achter nr. 16 tot 34, stond brouwerij Saint-Servais uit ca. 1880, die na de Tweede Wereldoorlog een drukkerij werd en in 2012 moest wijken voor een complex van woningen en een crèche. Aan pare zijde, ten slotte, werden in 1903-1904 de gemeentebaden gebouwd binnen het huizenblok gelegen op een deel van het eigendom dat de hoek met de Korte Bosstraat innam. Ze werden rond 1950 gesloopt en vervangen door de Robinsontuin, een pedagogische speeltuin. Aan de straatkant is enkel het oude toegangsgebouw bewaard (zie nr. 51).
Bronnen
Archieven
GAS/DS 14: 163-14; 40 tot 46: 163-40; 45: 163-43; 56: 163-56; 61: 163-61; 63: 163-63; 65: 163-65; 67: 163-67; 75: 163-75; 92 tot 96: 163-92-96.
GAS/OW Infrastructuur 46, 87.
GAS/Bulletin communal de Schaerbeek, 1864, pp. 185-186.
GAS/Bulletin communal de Schaerbeek, Rapport sur la situation et l'administration des affaires de la commune pendant l'exercice 1863-1864, p. 351.
GAS/Bulletin communal de Schaerbeek, Rapport sur la situation et l'administration des affaires de la commune pendant l'exercice 1864-1865, p. 343.
Publicaties en studies
CULOT, M. [red.], Schaerbeek. Inventaire visuel de l'architecture industrielle à Bruxelles, AAM, Brussel, 1980-1982, fiche 9.
DEKOSTER, J.-A., Les rues de Schaerbeek, Brussel, 1981, p. 70.
GUILLAUME, A., MEGANCK, M., Atlas van de archeologische ondergrond van het Gewest Brussel. 16. Schaarbeek, Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, Brussel, 2006, pp. 65-66.
MERTENS, A., ROZEZ, “Kessels (rue)”, Annuaire du Commerce et de l'Industrie de Belgique, Province de Brabant, Bruxelles et sa banlieue, Brussel, Établissements généraux d'imprimerie, 1866, 1868, 1870, 1899.
QUINTENS, P., Bier en brouwerijen te Brussel. Van de Middeleeuwen tot vandaag, Archief en Museum van het Vlaams Leven te Brussel, Brussel, 1996, p. 197.
Kaarten / plannen
DE DEVENTER, J., Plan de Schaerbeek et de Saint-Josse-ten-Noode, 1550-1565.
POPP, P. C., Atlas du Royaume de Belgique, plan parcellaire de la commune de Schaerbeek, ca. 1858.
Plan de la commune de Schaerbeek 1876, Nationaal Geografisch Instituut.
Bruxelles et ses environs, Militair Cartografisch Instituut, 1881.
Bruxelles et ses environs, Militair Cartografisch Instituut, 1893.
Plan de la commune de Schaerbeek 1899.
GAS/Bulletin communal de Schaerbeek, Rapport sur la situation et l'administration des affaires de la commune pendant l'exercice 1863-1864, p. 351.
GAS/Bulletin communal de Schaerbeek, Rapport sur la situation et l'administration des affaires de la commune pendant l'exercice 1864-1865, p. 343.
Publicaties en studies
CULOT, M. [red.], Schaerbeek. Inventaire visuel de l'architecture industrielle à Bruxelles, AAM, Brussel, 1980-1982, fiche 9.
DEKOSTER, J.-A., Les rues de Schaerbeek, Brussel, 1981, p. 70.
GUILLAUME, A., MEGANCK, M., Atlas van de archeologische ondergrond van het Gewest Brussel. 16. Schaarbeek, Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, Brussel, 2006, pp. 65-66.
MERTENS, A., ROZEZ, “Kessels (rue)”, Annuaire du Commerce et de l'Industrie de Belgique, Province de Brabant, Bruxelles et sa banlieue, Brussel, Établissements généraux d'imprimerie, 1866, 1868, 1870, 1899.
QUINTENS, P., Bier en brouwerijen te Brussel. Van de Middeleeuwen tot vandaag, Archief en Museum van het Vlaams Leven te Brussel, Brussel, 1996, p. 197.
Kaarten / plannen
DE DEVENTER, J., Plan de Schaerbeek et de Saint-Josse-ten-Noode, 1550-1565.
POPP, P. C., Atlas du Royaume de Belgique, plan parcellaire de la commune de Schaerbeek, ca. 1858.
Plan de la commune de Schaerbeek 1876, Nationaal Geografisch Instituut.
Bruxelles et ses environs, Militair Cartografisch Instituut, 1881.
Bruxelles et ses environs, Militair Cartografisch Instituut, 1893.
Plan de la commune de Schaerbeek 1899.