Onderzoek en redactie
Bekijk de weerhouden gebouwen
Van Lutherstraat naar Leuvensesteenweg. De Inquisitiestraat komt er in uit.
Het tracé is gebaseerd op het rooilijnenplan van de Noord-Oostwijk, ontworpen door architect Gédéon Bordiau, dat werd goedgekeurd bij K.B. van 20.12.1875. Dit tracé liep deels over het terrein van het toen nog in gebruik zijnde kerkhof van de Leopoldswijk, dat zich uitstrekt van de Notelaarsstraat tot de Keizer Karelstraat. Hoewel er sinds 1877 geen begrafenissen meer plaatsvonden, begonnen de ontruiming van het kerkhof en de graafwerken voor de nieuwe straten pas tussen 1890 en 1893.
Net als de meeste straten in de wijk kreeg de Calvijnstraat een naam die verwijst naar de geschiedenis van ons land. Zoals de aanpalende straten – Keizer Karelstraat, Troonsafstandsstraat en Lutherstraat – verwijst de straatnaam naar een regeerperiode van Keizer Karel. Jan Calvijn lag mee aan de basis van de protestantse Reformatie. Deze naam werd goedgekeurd bij de collegebesluiten van de Stad Brussel van 14.04 en 15.05.1877.
De straat werd overwegend bebouwd tussen 1898 en 1903 met eengezinswoningen, meestal in eclectische stijl en met twee of drie bouwlagen.
Architect Édouard Ramaekers ontwierp in deze straat vier gebouwen, thans alle in slechte staat: twee bescheiden huizen op nr. 11 (1898) en 14 (1899), en twee opbrengsthuizen, op de hoeken met de Lutherstraat (nr. 1, 1905) en de Inquisitiestraat (nr. 41-45, 1904). Het huis op nr. 1 werd gebouwd op een perceel dat werd aangekocht van de architect Gustave Strauven. Deze laatste had een hoekperceel verworven waarvan hij slechts een elleboogvormig gedeelte behield voor zijn eigen woning (zie Lutherstraat 28). Voor het nr. 41-45 van de Inquisitiestraat voorzag Ramaekers een gebouw met vier bouwlagen, waarvan de twee hoogste met brede doorlopende erker in ijzer en metselwerk. Hij kreeg hiervoor echter geen bouwtoelating en opteerde toen voor een gebouw met vijf bouwlagen en een hoektravee met balkons.
In het tweede straatgedeelte aan pare kant bevindt zich een geheel van huizen in eclectische stijl dat echter in vrij slechte staat is. Het werd in 1903 ontworpen voor dezelfde opdrachtgever en omvat nr. 24 tot 28, de nr. 36 en 38 van de Inquisitiestraat en de nr. 336-338 en 342 van de Leuvensesteenweg. De hoekgebouwen hebben een handelsruimte op de benedenverdieping.
Nr. 22 van 1902 heeft hetzelfde elleboogvormig grondplan als het huis in de Inquisitiestraat nr. 39.
Het atelier op nr. 7 van voor 1903 werd in 1935 vervangen door een appartementsgebouw met op de benedenverdieping een smidse, ontworpen door architect Jean Weytinck. Het atelier staat in verbinding met nr. 60 van de Lutherstraat. Een lage loods van 1903 op nr. 9 werd verbouwd tot gevel.
Op nr. 23-29 bevindt zich een garage in 1928-1931 ontworpen door architect Henri Profiter. De inkom ervan is ingewerkt in een appartementsgebouw van 1928, dat in 1936 met een verdieping werd verhoogd. Rechts daarvan bevindt zich de eigenlijke garage met één bouwlaag, ontworpen in 1931. De gevel met art-deco-elementen is verfraaid met een pilaster met de inscriptie ‘VERLINDEN'. In 1951-1952 werd de garage naar links uitgebreid. De nieuwe vleugel kreeg in 1959 een verdieping.
Bronnen
SAB/OW 16520 (1887-1891); 1: 2142 (1905), 63239 (1956); 7: 2922 (1903), 44601 (1935); 9: 2933 (1904); 11: 8428 (1898); 14: 8437 (1899); 21: 8430 (1901); 22: 8433 (1902); 24 tot 28: 8442 (1903); 23-29: 47681 (1928-1931), 47326 (1936), 60046 (1951-1952), 69825 (1959); Inquisitiestraat 41-45: 8431 (1904).
SAB/Bulletin communal de Bruxelles, 1877, t. I, p. 316; 1890, t. I, pp. 23-30.
SAB/PP 953 (1875), 956-957 (1879).
Kaarten / plannen
Bruxelles et ses environs, Institut cartographique militaire, 1881 (Koninklijke Bibliotheek van België, Kaarten en Plannen).