Typologie(ën)

burgerwoning

Ontwerper(s)

Stijlen

Eclectisme

Inventaris(sen)

  • Het monumentale erfgoed van België. Elsene (DMS-DML - 2005-2015)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

2005-2007

id

Urban : 16831
lees meer

Beschrijving

Burgerwoning in eclectische stijl met polychroom parementGangbaar geveltype in België tussen 1890 en 1914, gekenmerkt door een speelse verwerking van kleurrijke materialen en tal van ornamenten; vaak gevels met een asymmetrische compositie. en asymmetrische compositieTypische gevelopstand bestaande uit twee ongelijke traveeën; in Brussel komt dit geveltype vaak voor met drie bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie; de hoofdtravee is meestal breder, rijker uitgewerkt en wordt verder benadrukt door licht vooruit te springen en/of door één of meer balkons; de kelders zijn meestal hoog, wat zich vertaalt in een hoge onderbouw; het grondplan bestaat over het algemeen uit een aaneenschakeling van kamers., 1910.

Maakt deel uit van homogeen eclectisch geheel van nr. 13 tot 29.

Lichtgekleurde bakstenen gevel met witte bakstenen en hardstenen elementen. VenstersLicht- en/of luchtopening in een muur. onder bichrome steek- of rondboogBoog waarvan de kromming een halve cirkel beschrijft.. HoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. met getralied drielichtGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere. in onderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen. met bossageIn oorsprong een gevelbehandeling waarbij ruwgehakte, rechthoekige blokken natuursteen uit de loodlijn steken en de gevel op die manier een fors, rustiek (rustica) karakter verleent; later op gevel vormelijk geïmiteerd door middel van uitspringend al dan niet bepleisterde bakstenen blokken of banden (doorlopende schijnvoegen).; gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. rondboogvensters op benedenverdieping; op verdiepingen balkons volgens verkleinende ordonnantie: op eerste verdieping trapezoïdaal en afgerond balkon voor het rondboogvormig dakvensterUit het dakvlak opgaand stenen venster dat met de gevel in verbinding staat of er enkel door een kroonlijst van gescheiden is.; traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) bekroond door dakvensterUit het dakvlak opgaand stenen venster dat met de gevel in verbinding staat of er enkel door een kroonlijst van gescheiden is. met afgeronde topgevelHoogste deel van een gevel, vaak driehoekig en/of getrapt. met trappen en bolornament. ToegangstraveeTravee waarin de toegang is ondergebracht. met eiken vleugeldeur onder tweeledig impostvensterVenster boven een deur en ervan gescheiden door een stenen dorpel, een entablement of een muurvlak. onder I-balkIJzeren latei met I-profiel.; getande kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). op modillonsRechthoekig kraagstuk, ter versiering van een kroonlijst. en dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap.. Oorspronkelijk schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... , maar gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. vervangen.

Bronnen

Archieven
GAE/DS 138-13.