Typologie(ën)

opbrengsthuis

Ontwerper(s)

Charles DEWYSarchitect1913

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Eclectisme

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

1997-2004

id

Urban : 5383
lees meer

Beschrijving

Op hoek met Antoine Bréartstraat, appartementsgebouw in eclectischeVeel voorkomende stijl (ca. 1850-1914) die inspiratie put uit verschillende architectuurstijlen uit het verleden. Komt door de combinatie van enerzijds verschillende stijlelementen en anderzijds nieuwe technieken en materialen tot een unieke eigentijdse creatie. stijl, gesigneerd en gedateerd ‘Ch(arles). De Wys Architecte 1913'.

Oorspronkelijk vier bouwlagen met drie ongelijke traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) aan Jef Lambeauxlaan waarvan de smalste verspringt (trappenhuis), een hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw. en één traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) aan Antoine Bréartstraat. Bouwlaag toegevoegd in 1967. Bakstenen gevel met elementen in witsteen op breukstenenMetselwerk bestaande uit brokken onregelmatige natuursteen. sokkelHoge plint van een gevel; fungeert als voetstuk in ordonnantie van de gevel. in zand- en hardsteen. Vrij lage benedenverdieping met drielichtenGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere. met traliewerk. Hoekpartij zoals op nr. 21-23 met gestapelde halfronde erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. in tweede en derde bouwlaag, bekroond door terras. DrielichtenGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere. onder steekboogBoog die minder dan een halve cirkel beschrijft; boog in de vorm van een cirkelsegment. Bij vensters spreekt men dan van een getoogd venster of steekboogvenster. in vierde bouwlaag. Dit schema wordt herhaald in de andere traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). SchrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  vervangen. Bewaard smeedwerkTaai, ‘kneedbaar’ ijzer dat ambachtelijk wordt ‘gesmeed’ (gehamerd bij hoge temperatuur) tot decoratieve bouwonderdelen als tuinhekken, borstweringen….

Bronnen

Archieven
GASG/DS 1 (1913), 91 (1967).