Typologie(ën)
historische lift
kantoorgebouw
winkel
kantoorgebouw
winkel
Ontwerper(s)
Fernand DE ROY – architect – 1930-1933
Juridisch statuut
Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024
Stijlen
Art deco
Inventaris(sen)
- Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
- Inventaris van de historische liften (Homegrade - DPC)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Esthetisch Historisch gezien werd die waarde aangewend om waardevolle groene ruimten en natuurlijke of halfnatuurlijke gebieden aan te duiden. De waarde kan ook gelden voor grote gehelen van gebouwen in een stedelijk gebied, met of zonder natuurlijke elementen, of monumenten die het stadslandschap markeren. Een afweging met andere waarden dringt zich tevens op: de artistieke, de landschappelijke (integratie van het werk in het stedelijk landschap, oriëntatiepunten in de stad) en de stedenbouwkundige waarde (spontane of rationele stedelijke gehelen). De volgende selectiecriteria worden er eveneens aan gekoppeld: de ensemblewaarde en de contextuele waarde.
- Historisch Het onroerend goed heeft een historische waarde : - als het getuigt van een bijzondere periode in de geschiedenis van de streek of de gemeente; - of als getuigenis van een periode en/of een zeldzame ontwikkeling van een periode (bv. tuinstad die representatief is voor een bouwwijze die werd toegepast in het kader van de grote bouwcampagnes na de Tweede Wereldoorlog; dorpskernen die de eerste gegroepeerde bouwwerken van de gemeenten van de tweede ring illustreren; de Hallepoort als overblijfsel van de tweede omwalling; - of als getuigenis van een bepaalde stedelijke (en/of landschappelijke) ontwikkeling van de stad (bv. gebouwen aan de centrale lanen of in de Leopoldswijk); - of wanneer het een band vertoont met een belangrijke historische figuur – met inbegrip van persoonlijke huizen van architecten en kunstenaarsateliers (bv. het geboortehuis van Constantin Meunier, het huis van Magritte); - of in verband kan worden gebracht met een belangrijke historische gebeurtenis (bv. huizen van de wederopbouw na het bombardement van 1695, de Congreskolom); - of een typologische representativiteit vertoont die kenmerkend is voor een commerciële of culturele beroepsactiviteit (bv. kerken, bioscopen, industriële architectuur, apotheken); - of als het representatief is van het oeuvre van een belangrijke architect in de architectuurgeschiedenis op internationaal, nationaal, regionaal of lokaal niveau (dit betreft zowel befaamde architecten als V. Horta, V. Bourgeois, M. Polak als secundaire architecten, die lokaal verbonden worden aan een gemeente zoals Fernand Lefever in Koekelberg of Emile Hoebeke in Sint-Agatha-Berchem).
- Technisch Onder de technische waarde van een onroerend goed kan men het vroege gebruik van een bepaald materiaal of een bepaalde techniek verstaan (ingenieur), ook gebouwen met een constructief of technologisch belang, een technisch hoogstandje of een technologische innovatie kunnen in aanmerking komen. Het kan eveneens industrieel-archeologisch waardevol worden begrepen zoals getuigenissen van verouderde bouwmethodes. Vanzelfsprekend dringt een koppeling zich aan m.b.t. een wetenschappelijke waarde.
Onderzoek en redactie
2022
id
Urban : 39262
Beschrijving
Winkel en magazijnen Haüptli. Industrieel pand met commerciële
benedenverdieping in art decoTendens tot de geometrisering van vormen en architecturale ornamenten die zich uitdrukt in het materiaal- en kleurgebruik.. Gebouwd in twee fasen vanaf 1930 tot 1933 naar
een ontwerp van architect Fernand de Roy; eerst bouw van een pand met vier
traveeën (rechts nr. 30-32) met inkom en vitrine, uitgebreid met drie traveeën
links.
Symmetrische gevel van zeven traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) en zeven bouwlagen, de twee hoogste telkens terugwijkend met terrassen. Verdiepingen met Euvillesteen, op benedenverdieping bekleed met Bretoens graniet. Rechthoekige vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. in eerste en tweede bouwlaag in gemeenschappelijke nis, hierboven venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op gecanneleerde borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Centrale portiek1. Open galerij of zuilengang waarvan het dak op zuilen of arcades rust; - 2. Classicistische ruimte vóór een toegangsdeur die terugspringt of niet gelijk is met de voorgevel; - 3. Samenstel van twee zuilen onder architraaf die overgang tussen twee ruimtes accentueert. met mozaïekvloer, marmeren trap en lage lambriseringWandbetimmering, meestal bestaande uit paneelwerk, aangebracht tegen een binnenmuur (vaak het onderste gedeelte ervan); later ook in marmer, stucwerk, … naar ijzeren vleugeldeur, quasi volledig opengewerkt met structuurglas.
Interieur met verzorgde inkom bestaande uit een granitovloer met typerende zwarte kaders en initialen “H.H.” – naar analogie met de opdrachtgever Herman Haeuptli – in sas, leidend naar een in de as geplaatste Schindlerlift in open schachtDe ruimte waarin de liftkooi en/of het tegengewicht bewegen, begrensd door de wanden, het plafond en de bodem van de put. De schacht kan gesloten of gedeeltelijk open zijn. van het trapgatHet vrije, open gedeelte in een trappenhuis. van de granitotrap. Op eerste en tweede verdieping van de eerste vier traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) een zenitaal verlicht magazijn met galerij (dubbele verdieping) en burelen. Op verdiepingen oorspronkelijk kantoren, vandaag appartementen.
Symmetrische gevel van zeven traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) en zeven bouwlagen, de twee hoogste telkens terugwijkend met terrassen. Verdiepingen met Euvillesteen, op benedenverdieping bekleed met Bretoens graniet. Rechthoekige vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. in eerste en tweede bouwlaag in gemeenschappelijke nis, hierboven venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op gecanneleerde borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Centrale portiek1. Open galerij of zuilengang waarvan het dak op zuilen of arcades rust; - 2. Classicistische ruimte vóór een toegangsdeur die terugspringt of niet gelijk is met de voorgevel; - 3. Samenstel van twee zuilen onder architraaf die overgang tussen twee ruimtes accentueert. met mozaïekvloer, marmeren trap en lage lambriseringWandbetimmering, meestal bestaande uit paneelwerk, aangebracht tegen een binnenmuur (vaak het onderste gedeelte ervan); later ook in marmer, stucwerk, … naar ijzeren vleugeldeur, quasi volledig opengewerkt met structuurglas.
Interieur met verzorgde inkom bestaande uit een granitovloer met typerende zwarte kaders en initialen “H.H.” – naar analogie met de opdrachtgever Herman Haeuptli – in sas, leidend naar een in de as geplaatste Schindlerlift in open schachtDe ruimte waarin de liftkooi en/of het tegengewicht bewegen, begrensd door de wanden, het plafond en de bodem van de put. De schacht kan gesloten of gedeeltelijk open zijn. van het trapgatHet vrije, open gedeelte in een trappenhuis. van de granitotrap. Op eerste en tweede verdieping van de eerste vier traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) een zenitaal verlicht magazijn met galerij (dubbele verdieping) en burelen. Op verdiepingen oorspronkelijk kantoren, vandaag appartementen.
Bronnen
Archieven
SAB/OW 54663 (1932); 51042 (1930).