Typologie(ën)

kunstencentrum/cultureel centrum

Ontwerper(s)

Jacques CUISINIERarchitect1981

Édouard PELSENEERarchitect1938

FERRIEREarchitect1992

François SCHUITENtekenaar/ontwerper1992

INCONNU - ONBEKEND1923

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Postmodernisme
Regionalisme

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2022-2023

id

Urban : 38985
lees meer

Beschrijving

Franstalig cultureel centrum van de gemeente Jette, opgericht in 1981 na grondige verbouwingswerken (architect Jacques Cuisinier) aan een villa van 1923 en een opbrengstwoning van 1938 (architect Edouard Pelseneer). In 1992 werd het hoekgebouw in postmodernistischeTegenbeweging (sinds ca. 1980) van het modernisme. Het functionalisme wordt in vraag gesteld, terwijl vormelementen uit het verleden (classicisme, art deco, enz.) opnieuw en op eigentijdse wijze worden toegepast. stijl toegevoegd naar ontwerp van het architectuurbureau Atelier Arcane (architecten Jean-Philippe Ferrière en Danhier) en in samenwerking met de tekenaar François Schuiten voor de monumentaleZuilen of pilasters die over de volle hoogte of over meer dan één verdieping opgaan, onafhankelijk van de door vensters en bouwlagen gegeven maten. armillairsfeer die de hoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. bekroond. Zo vormt het hoekgebouw een symbolisch element in de wijk dat tevens verwijst naar de strips van de ‘Duistere Steden’ van Fr. Schuiten.

De villa (1923) aan de rechterzijde van het perceel werd oorspronkelijk ontworpen als een ensemble van twee symmetrische villa’s in eclectischeVeel voorkomende stijl (ca. 1850-1914) die inspiratie put uit verschillende architectuurstijlen uit het verleden. Komt door de combinatie van enerzijds verschillende stijlelementen en anderzijds nieuwe technieken en materialen tot een unieke eigentijdse creatie. stijl met pittoreskeCottagestijl (eind 19e tot midden 20e eeuw): Verwijst naar de Engelse ‘cottage’ en is aldus geinspireerd op landelijke architectuur. Gekenmerkt door het decoratief aanwenden van hout in puntgevels, balkons, loggia’s, enz. Pittoreske vormgeving en volumewerking vaak benadrukt in het dakenspel. invloeden. Deze tweede villa werd echter sterk verbouwd in 1938 tot opbrengstwoning in eclectischeVeel voorkomende stijl (ca. 1850-1914) die inspiratie put uit verschillende architectuurstijlen uit het verleden. Komt door de combinatie van enerzijds verschillende stijlelementen en anderzijds nieuwe technieken en materialen tot een unieke eigentijdse creatie. stijl. Ook in de jaren 1980 en 1990 werden grondige verbouwings-en uitbreidingswerken uitgevoerd aan het geheel. In 1992 werd het hoekgebouw toegevoegd.

Hoekgebouw met de Paul Michielsstraat van 1992: geelgepleisterde gevel met hardstenen elementen onder plat dak, drie bouwlagen. Eén traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) langs de de Smet de Naeyerlaan en 6 traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) langs de Paul Michielsstraat. HoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. gemarkeerd door cirkelvormige glazen toren bekroond door een monumentaleZuilen of pilasters die over de volle hoogte of over meer dan één verdieping opgaan, onafhankelijk van de door vensters en bouwlagen gegeven maten. ijzeren armillairsfeer. Zijgevel met rechthoekige, per twee gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. muuropeningen die over de twee verdiepingen reiken. TraveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) van elkaar gescheiden door smalle groeven die verderlopen in de kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement)..

Centraal gebouw van 1938 met wijzigingen van 1981: vijf traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), de drie eerste telkens wijkend zodoende het boogvormig tracé van de laan te volgen. BreukstenenMetselwerk bestaande uit brokken onregelmatige natuursteen. plintHoge plint van een gevel; fungeert als voetstuk in ordonnantie van de gevel.. ErkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. op de benedenverdieping van de vierde traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Centrale traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) met toegangsdeur onder luifelAfdak boven de ingang van een huis of handelszaak. en smal, verticaal vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. op de verdiepingen.

Voormalige villa van 1923: gepleisterde, bakstenen gevel met elementen in hardsteen. OpstandBouwkundige tekening op schaal van een verticaal vlak van een gevel, een binnenmuur,…; in ruime zin het verticaal vlak van een gevel of muur. van twee bouwlagen en twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder hoog schilddakDak met twee driehoekige dakvlakken aan de smalle zijde en twee trapeziumvormige aan de lange zijde.. Korfboogvormige en rechthoekige muuropeningen. Staande erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. in de tweede traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) van de benedenverdieping. HoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw. met ingang, oorspronkelijk een loggiaOverdekte, halfopen ruimte; schaduwrijke inham in de gevel van een gebouw.. Uitkragende kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement)..

Interieur: Volgens de plannen van 1992 zijn de drie gebouwen intern met elkaar verbonden en omvatten ze een theaterzaal, tentoonstellingszaal, ateliers, vergaderzalen, cafetaria en burelen. Het hoekgebouw is in de gangen voorzien van zenithaal licht dat de twee bovenste bouwlagen verlicht.


Bronnen

Archieven
GAJ/DS 145-147: 3931 (1923), 8704 (1938), J6459 (1992), J7085 (1994), J7352 (2000).

Publicaties en studies
Paulus, G., Jette, Guides des communes de la Région Bruxelloise, CFC-éditions, Bruxelles, 2000: p. 15.