Typologie(ën)
opbrengsthuis
Ontwerper(s)
Jean VERGULT – architect – 1912
Juridisch statuut
Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024
Stijlen
Eclectisme
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek Het ontwerp van een onroerend goed (gebouw) door een gerenommeerde kunstenaar (architect) kan maar zeer zelden als criterium worden beschouwd. Om het belang van de selectie van dit onroerend goed te beoordelen, en de plaats dat het inneemt in het oeuvre van een kunstenaar (architect), is dit een criterium dat moet worden afgewogen met de architectonische kwaliteit (compositie en interne structuur), de uitvoering (materialen, technische beheersing), de plaats in de architectuurgeschiedenis dewelke een getuigenis zijn van een fase of aspect van landschapsarchitectuur of de bouwkunst in het verleden. Zodoende gelden koppelingen naar volgende criteria: zeldzaamheid (typologie, stijl, materiaalgebruik, bronnen), representativiteit (idem) en integriteit (idem + kwaliteit van uitvoering).
- Esthetisch Het onroerend goed heeft een esthetische waarde als het de waarnemer zintuigelijk prikkelt op een positieve manier (‘ervaring van schoonheid). Historisch gezien werd deze waarde aangewend om waardevolle natuurlijke of semi-natuurlijke gebieden aan te duiden, maar het kan ook gelden voor grote gehelen van gebouwen in een stedelijk gebied, met of zonder natuurlijke elementen, of monumenten die het stadslandschap markeren. Automatisch dringt een afweging met andere waarden zich op, de artistieke in de eerste plaats, maar ook de landschappelijke (integratie van het werk in het stedelijk landschap, oriëntatiepunten in de stad) en stedenbouwkundige waarde (spontane of rationele stedelijke gehelen), en dienen koppelingen naar selectiecriteria worden gemaakt: representativiteit, ensemblewaarde en contextuele waarde. Criteria die met andere (met name artistieke) criteria moeten worden gecombineerd.
- Historisch Het onroerend goed heeft een historische waarde als het getuigt van een bijzondere periode in de geschiedenis van de streek of de gemeente, of als bijzonder belangrijke ouderdom en zeldzame ontwikkeling voor een periode (bv. tuinstad die representatief is voor een bouwwijze die werd toegepast in het kader van de grote bouwcampagnes na de Tweede Wereldoorlog; dorpskernen die de eerste gegroepeerde bouwwerken van de gemeenten van de tweede ring illustreren; Hallepoort als overblijfsel van de tweede omwalling; enz.), of als getuigenis van een bepaalde stedelijke (en/of landschappelijke) ontwikkeling van de stad (bv. gebouwen aan de centrale boulevards of in de Leopoldswijk), of wanneer het een band vertoont met een belangrijke historische figuur - met inbegrip van persoonlijke huizen van architecten en kunstenaarsateliers (b.v. het geboortehuis van Constantin Meunier, het huis van Magritte), of in verband kan worden gebracht met een belangrijke historische gebeurtenis (b.v. huizen van de wederopbouw na het bombardement van 1695, Congreskolom), of een typologische representativiteit vertoont die kenmerkend is voor een commerciële of culturele beroepsactiviteit (bv. kerken, bioscopen, industriële architectuur, apotheken).
Onderzoek en redactie
2016-2017
id
Urban : 37605
Beschrijving
Op de hoek met de
Gustave Schildknechtstraat, opbrengstgebouw in eclectische stijl, ontworpen
door architect Jean Vergult voor eigen rekening, 1912. Dezelfde architect
ontwierp een jaar eerder ook het aanpalende geheel (zie nr.133 tot 139).
Net als dat geheel werd dit gebouw bekroond in de gevelwedstrijd die de
gemeente Laken voor de jaren 1911-1912 organiseerde.
Dit huis sluit een bijzonder homogene huizenrij in dezelfde stijl, vanaf nr.127.
Gevel in geelgekleurde baksteen versierd met enkele witte bakstenen voor de ontlastingsbogen en met hardstenen elementen. Opstand van vier bouwlagen, de tweede als tussenverdiepingLage verdieping tussen twee bouwlagen; vaak boven commerciële benedenverdieping gelegen., met twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) aan de straat, een brede hoektravee, en drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) aan de laan.
Muuropeningen onder latei, als I-balkIJzeren latei met I-profiel. op de benedenverdieping en in steen in de hogere bouwlagen, getand op de verdiepingen. Balkons met gietijzeren borstweringen. Op de hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw., pui met dichtgemaakte centrale toegang. Gekoppelde muuropeningen in de middelste bouwlagen. In de laatste, twee muuropeningen met moneel achter een gemeenschappelijk boogvormig balkon. Gemetseld dakvenster onder boogvormige kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement).. Aan de laan, op de eerste traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), deur en etalage op de benedenverdieping, muuropeningen met twee monelenStenen vensterstijl. in de middelste bouwlagen. Verspringende laatste traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), met de toegang. KroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). bewaard. Schrijnwerk vervangen.
Aan de straat, omheiningsmuur in hetzelfde materiaal, opengewerkt met een poort.
Dit huis sluit een bijzonder homogene huizenrij in dezelfde stijl, vanaf nr.127.
Gevel in geelgekleurde baksteen versierd met enkele witte bakstenen voor de ontlastingsbogen en met hardstenen elementen. Opstand van vier bouwlagen, de tweede als tussenverdiepingLage verdieping tussen twee bouwlagen; vaak boven commerciële benedenverdieping gelegen., met twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) aan de straat, een brede hoektravee, en drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) aan de laan.
Muuropeningen onder latei, als I-balkIJzeren latei met I-profiel. op de benedenverdieping en in steen in de hogere bouwlagen, getand op de verdiepingen. Balkons met gietijzeren borstweringen. Op de hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw., pui met dichtgemaakte centrale toegang. Gekoppelde muuropeningen in de middelste bouwlagen. In de laatste, twee muuropeningen met moneel achter een gemeenschappelijk boogvormig balkon. Gemetseld dakvenster onder boogvormige kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement).. Aan de laan, op de eerste traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), deur en etalage op de benedenverdieping, muuropeningen met twee monelenStenen vensterstijl. in de middelste bouwlagen. Verspringende laatste traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), met de toegang. KroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). bewaard. Schrijnwerk vervangen.
Aan de straat, omheiningsmuur in hetzelfde materiaal, opengewerkt met een poort.
Bronnen
Archieven
SAB/IP II 684 (1903-1915).
SAB/OW Laken 4913 (1912).