Typologie(ën)

appartementsgebouw
garage (show room)

Ontwerper(s)

Julien ROGGENarchitect1931

Jozef MANNEBACKarchitect1956

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Art deco

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2016, 2019

id

Urban : 36327
lees meer

Beschrijving

Appartementsgebouw in art-decostijl, met garage op de benedenverdieping, n.o.v. architect Julien Roggen, 1931.

OpstandBouwkundige tekening op schaal van een verticaal vlak van een gevel, een binnenmuur,…; in ruime zin het verticaal vlak van een gevel of muur. van vier bouwlagen onder plat dak en drie symmetrische traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) op de verdiepingen, de centrale smaller. Op de benedenverdieping bevonden zich oorspronkelijk de etalage van een toonzaal links, een voetgangersingang in het midden en de ingang naar een garage rechts die de hele achterzijde van het perceel innam, onder plat dak met daklichten. Terwijl tegelijkertijd een aanpalend gebouw werd opgetrokken (nr. 24), werd de benedenverdieping volledig verbouwd in 1956, met dezelfde bestemming, door architect J. Manneback, die zijn signatuur op de onderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen. aanbracht.
Verdiepingen in oranjekleurige baksteen versierd met hardstenen elementen en met similiBepleistering ter imitatie van natuursteen. hardsteen en witsteen met bekraste afwerking. Middentravee in risalietRisaliet (Italiaans, van risalto: uitstekend deel), vooruitspringend volume van een gevel dat over de hele hoogte doorloopt en soms hoger is; naar gelang de positie worden er midden-, zij- en hoekrisalieten onderscheiden.. Op de zijtraveeën, rechthoekige gestapelde erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. onder plat dak en met venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. met twee monelenStenen vensterstijl.. StijlenVerticale zijden van een opening waarop een boog of latei rust. en monelenStenen vensterstijl. waarvan het ondergedeelte is behandeld als gecanneleerdeParallelle, gootvormige decoratieve groeven op een zuil of pilaster. colonnetCilindervormig steunpunt; vaak voorzien van basis en kapiteel. De kleine en/of dunne variant ervan wordt colonnet genoemd. met bolvormig topstuk. Op de eerste twee verdiepingen, muuropeningen onder centraal paneel1. Dunne (houten) plaat, gevat in een omlijsting van stijlen en regels van deuren, lambriseringen en plafonds; - 2. Gevelversiering in de vorm van een in- (spiegel) of uitspringende (paneel) rechthoekige omlijsting. met gebeeldhouwd decor van gestileerde planten. HoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel. met dekplaatNatuurstenen of keramische plaat, op bijvoorbeeld een geveltop, om het onderliggend metselwerk tegen regen te beschermen. op kubusvormige kraagstenen, centraal bekroond door een getraptGevel met een driehoekige bekroning die trapsgewijs versmalt. muurtje versierd met bas-reliëfs, aan weerszijden geflankeerd door vier bollen. SchrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  vervangen; oorspronkelijk moest het met glas-in-loodramen zijn versierd.

Twee appartementen per verdieping.

Bronnen

Archieven
GAA/DS 23824 (1931), 211245 (15.04.1956).