Typologie(ën)
werkplaats (ambachtelijk)
kantoorgebouw
kantoorgebouw
Ontwerper(s)
Auguste PISTRAL – architect – 1953-1954
Juridisch statuut
Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024
Stijlen
Art deco
Inventaris(sen)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek Het ontwerp van een onroerend goed (gebouw) door een gerenommeerde kunstenaar (architect) kan maar zeer zelden als criterium worden beschouwd. Om het belang van de selectie van dit onroerend goed te beoordelen, en de plaats dat het inneemt in het oeuvre van een kunstenaar (architect), is dit een criterium dat moet worden afgewogen met de architectonische kwaliteit (compositie en interne structuur), de uitvoering (materialen, technische beheersing), de plaats in de architectuurgeschiedenis dewelke een getuigenis zijn van een fase of aspect van landschapsarchitectuur of de bouwkunst in het verleden. Zodoende gelden koppelingen naar volgende criteria: zeldzaamheid (typologie, stijl, materiaalgebruik, bronnen), representativiteit (idem), authenticiteit (idem + de kwaliteit van de uitvoering) en integriteit (bewaringstoestand, oorspronkelijke elementen)). Een goed bevat ook artistieke waarde als het kunstwerken omvat (beeldhouwwerken, reliëfs ontworpen voor het goed, enz.) of decoratieve elementen uit de oorspronkelijke bouwperiode of met bijzondere kwaliteit (gesigneerd glasramen, sgraffito, lichtbeuk, enz.).
- Esthetisch Historisch gezien werd die waarde aangewend om waardevolle groene ruimten en natuurlijke of halfnatuurlijke gebieden aan te duiden. De waarde kan ook gelden voor grote gehelen van gebouwen in een stedelijk gebied, met of zonder natuurlijke elementen, of monumenten die het stadslandschap markeren. Een afweging met andere waarden dringt zich tevens op: de artistieke, de landschappelijke (integratie van het werk in het stedelijk landschap, oriëntatiepunten in de stad) en de stedenbouwkundige waarde (spontane of rationele stedelijke gehelen). De volgende selectiecriteria worden er eveneens aan gekoppeld: de ensemblewaarde en de contextuele waarde.
- Historisch Het onroerend goed heeft een historische waarde : - als het getuigt van een bijzondere periode in de geschiedenis van de streek of de gemeente; - of als getuigenis van een periode en/of een zeldzame ontwikkeling van een periode (bv. tuinstad die representatief is voor een bouwwijze die werd toegepast in het kader van de grote bouwcampagnes na de Tweede Wereldoorlog; dorpskernen die de eerste gegroepeerde bouwwerken van de gemeenten van de tweede ring illustreren; de Hallepoort als overblijfsel van de tweede omwalling; - of als getuigenis van een bepaalde stedelijke (en/of landschappelijke) ontwikkeling van de stad (bv. gebouwen aan de centrale lanen of in de Leopoldswijk); - of wanneer het een band vertoont met een belangrijke historische figuur – met inbegrip van persoonlijke huizen van architecten en kunstenaarsateliers (bv. het geboortehuis van Constantin Meunier, het huis van Magritte); - of in verband kan worden gebracht met een belangrijke historische gebeurtenis (bv. huizen van de wederopbouw na het bombardement van 1695, de Congreskolom); - of een typologische representativiteit vertoont die kenmerkend is voor een commerciële of culturele beroepsactiviteit (bv. kerken, bioscopen, industriële architectuur, apotheken); - of als het representatief is van het oeuvre van een belangrijke architect in de architectuurgeschiedenis op internationaal, nationaal, regionaal of lokaal niveau (dit betreft zowel befaamde architecten als V. Horta, V. Bourgeois, M. Polak als secundaire architecten, die lokaal verbonden worden aan een gemeente zoals Fernand Lefever in Koekelberg of Emile Hoebeke in Sint-Agatha-Berchem).
Onderzoek en redactie
2016
id
Urban : 36253
Beschrijving
Gelegen op de plaats van
een voormalig politiecommissariaat dat in 1902-1903 in bestaande lokalen werd
gevestigd, geheel in art-decostijl gevormd door een kantoorgebouw en een
achterliggende werkplaats, ontworpen in 1953-1954 door architect Auguste
Pistral i.o.v. de industrieel E. J. H. Mertens, eigenaar van de aanpalende
koffiefabriek (zie nr.4 Dijlestraat).
L-vormig gebouw van drie bouwlagen onder plat dak. Bakstenen gevel, thans wit beschilderd, met hardstenen elementen. Door pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. geritmeerde traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), zes aan de straat en drie aan de kaai, verbonden door een hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw. met drielichtenGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere.. Op de eerste traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), inrijpoort naar het entrepot. Venster van de tweede traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) later verbouwd tot deur. De bredere vijfde traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) bevat de hoofdingang, onder mijterboogBoog gevormd door twee schuin tegen elkaar geplaatste schenkels., bekroond door een hoog drieledig glasraam geflankeerd door smalle venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. (eerste vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. aan de linkerkant gewijzigd). Aan de kaai, centrale inrijpoort naar het entrepot, onder gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. venstersLicht- en/of luchtopening in een muur.. Betonnen kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement).. Geometrisch traliewerk voor de venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op de benedenverdieping. Raamwerk bewaard. Oorspronkelijke smeedijzerenTaai, ‘kneedbaar’ ijzer dat ambachtelijk wordt ‘gesmeed’ (gehamerd bij hoge temperatuur) tot decoratieve bouwonderdelen als tuinhekken, borstweringen… toegangsdeur.
Binnen, oorspronkelijk conciërgewoning op de benedenverdieping van de hoek. Kantoren op de verdiepingen.
Achteraan, voormalige werkplaats onder zadeldakDak met twee hellende dakvlakken. met metalen gebinte, verbouwd tot evenementenzaal in 1987.
L-vormig gebouw van drie bouwlagen onder plat dak. Bakstenen gevel, thans wit beschilderd, met hardstenen elementen. Door pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. geritmeerde traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), zes aan de straat en drie aan de kaai, verbonden door een hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw. met drielichtenGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere.. Op de eerste traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), inrijpoort naar het entrepot. Venster van de tweede traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) later verbouwd tot deur. De bredere vijfde traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) bevat de hoofdingang, onder mijterboogBoog gevormd door twee schuin tegen elkaar geplaatste schenkels., bekroond door een hoog drieledig glasraam geflankeerd door smalle venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. (eerste vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. aan de linkerkant gewijzigd). Aan de kaai, centrale inrijpoort naar het entrepot, onder gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. venstersLicht- en/of luchtopening in een muur.. Betonnen kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement).. Geometrisch traliewerk voor de venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op de benedenverdieping. Raamwerk bewaard. Oorspronkelijke smeedijzerenTaai, ‘kneedbaar’ ijzer dat ambachtelijk wordt ‘gesmeed’ (gehamerd bij hoge temperatuur) tot decoratieve bouwonderdelen als tuinhekken, borstweringen… toegangsdeur.
Binnen, oorspronkelijk conciërgewoning op de benedenverdieping van de hoek. Kantoren op de verdiepingen.
Achteraan, voormalige werkplaats onder zadeldakDak met twee hellende dakvlakken. met metalen gebinte, verbouwd tot evenementenzaal in 1987.
Bronnen
Archieven
SAB/OW 62896 (1953-1954), 93292 (1987).