Typologie(ën)

school

Ontwerper(s)

G. SAINTENOY1874

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Eclectisme
Neoclassicisme

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2016

id

Urban : 30401
lees meer

Beschrijving

Zo genaamd sinds 1938, naar Henriette Dachsbeck, eerste directrice van de hier op 2/10/1876 opengestelde lekenschool voor meisjes, aanvankelijk onder de benaming Cour d’Education B.

In oorsprong drie parallelle vleugels met verbindingsgangen, oostwestelijk ingeplant tussen de Strostraat en de Sint-Annastraat. Herhaaldelijk uitgebreid en aangepast (onder meer in 1890, 1914, 1941, 1953, ca. 1975-1985 met incorporatie van het pand in de Ruisbroekstraat nr. 35, zie aldaar).

Hoekvormend gebouw op geknikte rooilijn, n.o.v. architect G. Saintenoy, 1874.
Totaal van acht traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) waaronder hoger opgetrokken middenpartij met risaliet van drie bouwlagen en drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder tentdak; twee bouwlagen aan weerszij, onder plat dak. BepleisterdeMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen. opstanden met neoclassicistische inslag. Registers met supergeposeerde geblokte pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel., geaccentueerd door hoofdgestellenHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel. en gelede kordons. Getoogde of rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. met geknikte bovenhoeken, in profielomlijsting of ingeschreven in een geriemde. Rechthoekige ooromlijsting; in de zijgevel gedicht op de verdiepingen, in sobere bandomlijsting beneden. Trapezoïdale sluitstenen en doorgetrokken lekdrempels boven panelendecor op de tweede bouwlaag. Deuren in de zijtraveën, vensterentablementen op de hoofdverdieping en decoratieve trigliefenfriezen in de rijkere risalietgevel.
Aanleunend rechts, uitbreiding met drie bouwlagen en drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) n.o.v. architect P.V. Jamaer, 1890. Natuurstenen parementGevel- of muurbekleding. verwerkt met arduin voor druiplijsten met voluutsluitsteen boven de getoogde venstersLicht- en/of luchtopening in een muur., voor sokkel, afzaten en kordons; rechthoekige bovenste venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. en vernieuwd raamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn.. Oorspronkelijke binneninrichting met gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. colonnetten, I-balkenIJzeren latei met I-profiel. en mozaïekdecor.

In Sint-Annastraat nr. 7. Schoolvleugel met twee en een halve bouwlaag en negen traveeën onder zadeldakDak met twee hellende dakvlakken. n.o.v. architect G. Saintenoy, 1874. Met arduin verwerkte witbepleisterde straatgevel in eclectische stijl: licht centraal risaliet met getoogde nissen op de hoofdverdieping, kordongeleding en doorgetrokken lekdrempels op de verdiepingen, fantasierijke druiplijsten en sluitstenen aan de getoogde venstersLicht- en/of luchtopening in een muur., tweelichtenTweedelige lichtopening, door deelzuiltje gesplitst. met deelpilaster op de halve bovenste verdieping.
Aanleunend rechts, schoolvleugel van 1914-1919 n.o.v. architect P. Bonduelle. Drie bouwlagen en zeven traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder zadeldakDak met twee hellende dakvlakken.. Effectvolle voor- en achtergevel in combinatie van gele- en rode baksteen, Euville- en blauwe hardsteen en met decoratieve metselverbanden. Verder brede rondboogarcade met zware consolevormende sluitstenen in drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) op de benedenverdieping, verdiepte rechthoekige en getoogde venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. tussen pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel., sterk overkragende kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). op gegroefde houten gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. en behouden raamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn..
Oorspronkelijke binneninrichting: staalconstructie met gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. colonnetten en smeedijzeren trapleuningen.


Bronnen

Archieven
SAB/OW 3395 (1890), 58071 en 58074 (1914); NPP, R 5 ; AA, 1874, rep. 69-70, 200.

Publicaties en studies
Discours prononcé à l’occasion du septante-cinquième anniversaire du Lycée Dachsbeck, 24 rue de la Paille, Bruxelles. Théâtre de la Monnaie, 20 janvier 1952.

Tijdschriften
L'Emulation, 1932, 9, p. 279.

Persartikels
Le Soir, 11/2/1985, p. 7.