Haachtsesteenweg 531, 533-535

Geheel van twee verschillende huizen in eclectische stijl, nr. 531 als burgerhuis, nr. 533-535 als opbrengsthuis met commerciële benedenverdieping, n.o.v. architect G. Veldeman, 1912.

Opstanden van drie bouwlagen onder mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken.. Gevels in oranjekleurige of lichtgekleurde baksteen, met hardstenen elementen. Bewaarde smeedijzeren borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust..

Op nr. 531, opstand van twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), symmetrisch op de verdiepingen. Muuropeningen op de benedenverdieping onder I-balkIJzeren latei met I-profiel.. GlasdeurenDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat. elk achter een balkon met consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. in art-nouveaustijl. HoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel. met boogfriesReeks van kleine (decoratieve) bogen, vaak steunend op kraagstenen. en kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). op lange gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief.. Bewaard schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  met roedeverdeling, behalve het raamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. van de dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap..

Op nr. 533-535, benedenverdieping met pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. onder doorlopende  I-balkIJzeren latei met I-profiel., oorspronkelijk als etalage geflankeerd door twee deuren. Verdiepingen met symmetrische compositieTypische gevelopstand bestaande uit drie gelijke traveeën; in Brussel komt dit geveltype vaak voor met drie bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie; de centrale travee wordt in vele gevallen rijker uitgewerkt en benadrukt door haar licht te laten uitspringen en/of door één of meerdere balkons; het grondplan bestaat over het algemeen uit een aaneenschakeling van kamers., centrale traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) met balkons met consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. in art-nouveaustijl, bekroond door een dakvensterUit het dakvlak opgaand stenen venster dat met de gevel in verbinding staat of er enkel door een kroonlijst van gescheiden is. met tweelicht en ontlastingsboogjes, onder aediculaVersieringsmotief, ontleend aan de klassieke bouwkunst, vormt samenstel van pijlers en een klassieke bekroning. met frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening. als topstuk. KroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). vereenvoudigd, op consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. met volutes. Private deur bewaard, de rest van het schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  vervangen.

Oorspronkelijk hadden de twee huizen toegang tot een gemeenschappelijke werkplaats achteraan, thans verdwenen.