Typologie(ën)

burgerwoning

Ontwerper(s)

Pol ONGENAEingenieur-architect1920-1924

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Beaux-Artsstijl
Art nouveau

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2010-2012

id

Urban : 21126
lees meer

Beschrijving

Groot burgerhuis in Beaux-ArtsstijlArchitectuurstroming (ca. 1905-1930) met reminiscenties aan de grote Franse architectuurstijlen uit de 18e eeuw. Rijk en zorgvuldig gedecoreerde gevels in natuursteen en/of simili of in combinatie met baksteen. Borstweringen en poorten in fraai uitgewerkt smeedwerk. met invloeden van art nouveauInternationale beweging (1893 - ca. 1914) als reactie op de ‘neo’-stijlen, maar met sterk lokale verschillen. In België kent de stijl twee stromingen, namelijk de florale art nouveau met Victor Horta als boegbeeld en anderzijds de geometrische art nouveau beïnvloed door Paul Hankar of de Wiener Secession., het resultaat van de grondige verbouwing en de uitbreiding in 1920 en 1924 van een bestaand gebouw door zijn eigenaar, ingenieur-architect Pol Ongenae.

Drie bouwlagen en twee gelijke traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), elk met een ronde bekroning onder doorlopende  kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement).. SimiliBepleistering ter imitatie van natuursteen. gevel met hardstenen elementen. OnderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen. met elementen in breuksteenMetselwerk bestaande uit brokken onregelmatige natuursteen. (grès de la Gileppe).

Elk van de traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) op de verdiepingen is gevat in een korfboogvormige arcadeEén of meerdere bogen, steunend op zuilen of pijlers; kan ook blind zijn.. Per twee gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. muuropeningen onder doorlopende  archivoltGeprofileerde of versierde omlijsting van een boog. op de benedenverdieping; inrijpoort rechts. Op de linkertravee, glasdeurDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat. van de eerste verdieping achter klein balkon met postamenten1. Rechthoekig voetstuk van een standbeeld; - 2. Balkvormige stenen bekroning; - 3. Stenen zijstukken van een balkonborstwering.. Borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. van het vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. op de tweede verdieping versierd met een mozaïekpaneel met plantenmotief. Op de rechtertravee, erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. met bolle zijvlakken bekroond door een terras met postamenten1. Rechthoekig voetstuk van een standbeeld; - 2. Balkvormige stenen bekroning; - 3. Stenen zijstukken van een balkonborstwering.. Smeedijzeren beglaasde deur. SchrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  met bovenlichtenBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden. met roedeverdeling en glas-in-loodramen. Smeedijzeren traliewerk in art-nouveaustijl met vlindermotieven. Bijpassend ijzerwerkVerzameling van alle metalen elementen van een gebouw. van de voetenschraper.

Bronnen

Archieven
GASLW/DS 1401 (1920-1924).