Typologie(ën)
burgerwoning
Ontwerper(s)
Maurice VAN NIEUWENHUYSE – architect – 1928
Stijlen
Art deco
Inventaris(sen)
- Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
- Het monumentale erfgoed van België. Schaarbeek (Apeb - 2010-2015)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek
- Esthetisch
- Historisch
- Stedenbouwkundig
Onderzoek en redactie
2010-2012
id
Urban : 20985
Beschrijving
Burgerhuis in art-decostijl, n.o.v. architect Maurice Van Nieuwenhuyse, 1928.
Gevel in gele baksteen en witsteen van drie bouwlagen onder mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken. en één traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) op de verdiepingen. Benedenverdieping met twee muuropeningen: een garagepoort en een toegangsdeur, elk met een imposante geprofileerde omlijsting en sleutelSluitsteen van een opening; weerhoudt de gewelfstenen in een boog of gewelf.. Trapezoïdale gestapelde erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. geflankeerd door monumentale pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel.. Centrale dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. met pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. en puntgevelGevel waarvan de top driehoekig is.. Gecanneleerd decor. Metalen deuren en hekken van het tuintje bewaard. Schijnwerk en kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). vervangen.
Gevel in gele baksteen en witsteen van drie bouwlagen onder mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken. en één traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) op de verdiepingen. Benedenverdieping met twee muuropeningen: een garagepoort en een toegangsdeur, elk met een imposante geprofileerde omlijsting en sleutelSluitsteen van een opening; weerhoudt de gewelfstenen in een boog of gewelf.. Trapezoïdale gestapelde erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. geflankeerd door monumentale pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel.. Centrale dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. met pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. en puntgevelGevel waarvan de top driehoekig is.. Gecanneleerd decor. Metalen deuren en hekken van het tuintje bewaard. Schijnwerk en kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). vervangen.
Bronnen
Archieven
GAS/DS 274-18.
Huis der Kunsten van Schaarbeek/lokaal fonds.