Typologie(ën)

burgerwoning

Ontwerper(s)

J.B. TILMANarchitect1921

Stijlen

Eclectisme

Onderzoek en redactie

2010-2012

id

Urban : 20844
lees meer

Beschrijving

Burgerhuis in eclectische stijl, n.o.v. architect J.-B. Tilman in 1921 voor eigen rekening. Gesigneerd en gedateerd op de sokkel.

Gevel met asymmetrische compositieTypische gevelopstand bestaande uit twee ongelijke traveeën; in Brussel komt dit geveltype vaak voor met drie bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie; de hoofdtravee is meestal breder, rijker uitgewerkt en wordt verder benadrukt door licht vooruit te springen en/of door één of meer balkons; de kelders zijn meestal hoog, wat zich vertaalt in een hoge onderbouw; het grondplan bestaat over het algemeen uit een aaneenschakeling van kamers. onder mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken. dat op de hoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. door een dakvensterUit het dakvlak opgaand stenen venster dat met de gevel in verbinding staat of er enkel door een kroonlijst van gescheiden is. wordt onderbroken. Bakstenen gevel met elementen in similiBepleistering ter imitatie van natuursteen. en hardsteen. OnderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen. met breuksteenMetselwerk bestaande uit brokken onregelmatige natuursteen. in groene zandsteen. Deur in smeedijzerTaai, ‘kneedbaar’ ijzer dat ambachtelijk wordt ‘gesmeed’ (gehamerd bij hoge temperatuur) tot decoratieve bouwonderdelen als tuinhekken, borstweringen… en glas, gekoppeldTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. aan klein langwerpig getralied vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. onder gemeenschappelijk rond impostvensterVenster boven een deur en ervan gescheiden door een stenen dorpel, een entablement of een muurvlak.; zuilvormige deurstijl. VenstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op de benedenverdieping en op de onderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen. met dubbele moneelStenen vensterstijl.. Trapezoïdale erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. onder geleed dak; schuine borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. bekleed met leisteen. DakvensterUit het dakvlak opgaand stenen venster dat met de gevel in verbinding staat of er enkel door een kroonlijst van gescheiden is. met puntgevelGevel waarvan de top driehoekig is. en bolvormige acroteriën. SchrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  op de benedenverdieping en op het dak bewaard; kroonlijstenStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). gewijzigd.

Bronnen

Archieven
GAS/DS 114-43.