Typologie(ën)

burgerwoning

Ontwerper(s)

Henri VAN MASSENHOVEarchitect1912

Stijlen

Beaux-Artsstijl
Neo-Lodewijk XVI

Inventaris(sen)

  • Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
  • Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
  • Het monumentale erfgoed van België. Schaarbeek (Apeb - 2010-2015)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Landschappelijk
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

2010-2012

id

Urban : 20781
lees meer

Beschrijving

Geheel van drie huizen in Beaux-ArtsstijlArchitectuurstroming (ca. 1905-1930) met reminiscenties aan de grote Franse architectuurstijlen uit de 18e eeuw. Rijk en zorgvuldig gedecoreerde gevels in natuursteen en/of simili of in combinatie met baksteen. Borstweringen en poorten in fraai uitgewerkt smeedwerk. met Lodewijk XVI-elementen n.o.v. architect Henri Van Massenhove voor eigen rekening, 1912.

Gevels van drie bouwlagen, in witsteen en similiBepleistering ter imitatie van natuursteen. met hardstenen elementen. Benedenverdieping met doorlopende  schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren.. Rijk gebeeldhouwd decor: cartouchesOmlijsting van een uitspringend vlak in de vorm van ingesneden en omkrullend papier of leer; vaak met opschrift of intern versierd., medaillonsRonde of ovale cartouche., guirlandes. Smeedijzeren glasdeurenDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat., borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. en vensterleuningenLage, versierde leuning boven een onderdorpel, meestal in metaal.. Bewaard schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  met gewelfde tussendorpelStenen dorpel die een deur of venster horizontaal in tweeën deelt..

Emile Maxlaan nr. 57 - Victor Oudartstraat nr. 29. Burgerwoning met twee ongelijke traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) aan weerzijden van hoek en onder mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken.. Kant E. Maxlaan: toegangsdeur; trapezoïdale erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. bekroond door terras. Kant Oudartstraat: inrijpoort; balkons volgens verkleinende ordonnantie, eerste gebogen en voor drielichtGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere.. Stenen dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap..
Kant Maxlaan, tuintje omheind door muur in 1924; garagepoort van latere datum.

Victor Oudartstraat nr. 25. Inrijpoort naast vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. op benedenverdieping, twee gelijke venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. met smeedijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust., drie gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. op tweede.

Victor Oudartstraat nr. 27. Symmetrische gevel: twee venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. en toegangsdeur op benedenverdieping, glasdeurDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat. voor in- en uitzwenkend balkon op eerste verdieping, drielichtGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere. op tweede. Kolossale pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. onder gebogen frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening.; boogveldEen vlak omsloten door de binnenbegrenzing van een boog en de horizontale lijn die de aanzetten verbindt; meestal boven muuropeningen en soms versierd (beeldhouwwerk, blinde traceringen, cementtegels, …). met gebeeldhouwde cartoucheOmlijsting van een uitspringend vlak in de vorm van ingesneden en omkrullend papier of leer; vaak met opschrift of intern versierd. tussen hoorns des overvloedsGedraaide hoorn met bloemen, vruchten en andere voorwerpen gevuld om overvloed te symboliseren..

Bronnen

Archieven
GAS/DS 280-25-29; 76-57.