Typologie(ën)

appartementsgebouw

Ontwerper(s)

Léon CORDIERarchitect1933

L. PARMENTIERaannemer1933

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Art deco

Inventaris(sen)

  • Het monumentale erfgoed van België. Schaarbeek (Apeb - 2010-2015)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2010-2012

id

Urban : 20799
lees meer

Beschrijving

Geheel van twee appartementsgebouwen in art decoTendens tot de geometrisering van vormen en architecturale ornamenten die zich uitdrukt in het materiaal- en kleurgebruik., asymmetrische compositieTypische gevelopstand bestaande uit twee ongelijke traveeën; in Brussel komt dit geveltype vaak voor met drie bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie; de hoofdtravee is meestal breder, rijker uitgewerkt en wordt verder benadrukt door licht vooruit te springen en/of door één of meer balkons; de kelders zijn meestal hoog, wat zich vertaalt in een hoge onderbouw; het grondplan bestaat over het algemeen uit een aaneenschakeling van kamers., identiek volgens spiegelbeeldschema, gesigneerd op elke onderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen. “L(éon). Cordier / arch: / Trazegnies” en “L. Parmentier / Entrepreneur / Bruxelles”, 1933.

Vier bouwlagen onder mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken.. Benedenverdieping in groen gres bekleed met rustica. Bakstenen verdiepingen met bepleisterdeMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen. en witstenen elementen. Deuren onder luifelAfdak boven de ingang van een huis of handelszaak.. DrielichtenGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere. op hoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel.. Gestapelde trapezoïdale erkersRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. bekroond door terras. Driehoekige balkons op toegangstraveeTravee waarin de toegang is ondergebracht.; stenen borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. met zaagtand en traliewerk. GlasdeurenDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat. met uitspringende tussendorpelStenen dorpel die een deur of venster horizontaal in tweeën deelt.. Bakstenen in zaagtand.

Bewaard schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... . BovenlichtenBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden. met verticale of horizontale roedeverdeling, sommige met gekleurd glas. Smeedijzeren traliewerk in art decoTendens tot de geometrisering van vormen en architecturale ornamenten die zich uitdrukt in het materiaal- en kleurgebruik..

Bronnen

Archieven
GAS/DS 76-141; 76-143.