Typologie(ën)
appartementsgebouw
Ontwerper(s)
Pierre VAN EYCK – architect – 1960
Stijlen
naoorlogs modernisme
Inventaris(sen)
- Het monumentale erfgoed van België. Schaarbeek (Apeb - 2010-2015)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek
- Esthetisch
- Historisch
- Stedenbouwkundig
Onderzoek en redactie
2010-2012
id
Urban : 20801
Beschrijving
Modernistisch appartementsgebouw n.o.v. architect Pierre Van Eyck, 1960.
Vijf bouwlagen. Op benedenverdieping, hardstenen rustica, pijler1. Muurstut zonder entasis (kromming), mogelijk met basis en kapiteel; - 2. Massief gemetseld of betonnen steunelement met gewoonlijk rechthoekige doorsnede (vb. bruggepijler,…) en zuil in gebouchardeerd beton. Inrijpoort afgesloten met hek. Op verdiepingen, betonnen structuur bedekt met kwartsietbetontegels; houten raamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. en sandwichpanelenKunststoffen gevelplaat, bestaande uit een isolerende kern tussen twee platen (vandaar 'sandwich'). Bekendste uitvoering, Glasal, gemaakt op basis van cement en versterkingsvezels, met een glad zijdeglans oppervlakte en verkrijgbaar in een tiental verschillende kleuren. in Glasal. Typerende polychromie: vast raamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. grijs geschilderd, opengaand raamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. wit, in laatste bouwlaag links vervangen. Witte panelen op muurdammen en borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. van eerste verdieping; zwarte borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. in hogere bouwlagen.
Vijf bouwlagen. Op benedenverdieping, hardstenen rustica, pijler1. Muurstut zonder entasis (kromming), mogelijk met basis en kapiteel; - 2. Massief gemetseld of betonnen steunelement met gewoonlijk rechthoekige doorsnede (vb. bruggepijler,…) en zuil in gebouchardeerd beton. Inrijpoort afgesloten met hek. Op verdiepingen, betonnen structuur bedekt met kwartsietbetontegels; houten raamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. en sandwichpanelenKunststoffen gevelplaat, bestaande uit een isolerende kern tussen twee platen (vandaar 'sandwich'). Bekendste uitvoering, Glasal, gemaakt op basis van cement en versterkingsvezels, met een glad zijdeglans oppervlakte en verkrijgbaar in een tiental verschillende kleuren. in Glasal. Typerende polychromie: vast raamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. grijs geschilderd, opengaand raamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. wit, in laatste bouwlaag links vervangen. Witte panelen op muurdammen en borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. van eerste verdieping; zwarte borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. in hogere bouwlagen.
Bronnen
Archieven
GAS/DS 76-146-150.