Typologie(ën)

bijgebouwen
woning
opslagplaats/loods

Ontwerper(s)

BAUDEarchitect1900

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2006-2008

id

Urban : 18384
lees meer

Beschrijving

Koetshuis met woning n.o.v. architect Baude, 1900.

Vierkant gebouw onder schilddakDak met twee driehoekige dakvlakken aan de smalle zijde en twee trapeziumvormige aan de lange zijde.. Benedenverdieping bergplaats voor voertuigen en op verdieping woning. Via binnenplaats gescheiden van achterhuis van één bouwlaag gebruikt als stalling met zes boxen.

In 1903 werd het achterhuis verbreed met twee extra boxen op perceel met nr. 38, dat aan straatzijde is afgescheiden door muur met toegang. Vóór 1922 werd het geheel verbouwd tot garage en de binnenplaats werd overdekt. In 1922 werd het complex opnieuw verbouwd door architect Léon Janlet. Het trappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht. van nr. 36 werd afgeschaft en nr. 38 werd bebouwd met een huis met atelier op de benedenverdieping en met salon-eetkamer op tussenverdiepingLage verdieping tussen twee bouwlagen; vaak boven commerciële benedenverdieping gelegen. en verdieping die communiceren met nr. 36. Dit laatste werd in 2008 gerenoveerd.

Drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) geflankeerd door pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel.. Gevel in thans op benedenverdieping beschilderde baksteen met elementen in similiBepleistering ter imitatie van natuursteen. en hardsteen. Op benedenverdieping muuropeningen onder rondboogBoog waarvan de kromming een halve cirkel beschrijft.: deur geflankeerd door venstersLicht- en/of luchtopening in een muur.; deze laatste onder tweede rondboogBoog waarvan de kromming een halve cirkel beschrijft.; doorlopende  archivoltGeprofileerde of versierde omlijsting van een boog.. Op verdieping venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. met pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel.. SchrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  op benedenverdieping vervangen. Tot in 1922 bevond zich boven de deur een gesculpteerde paardenkop.

Bronnen

Archieven
SAB/OW 21436 (1900), 21437 (1903), 35928 (1922).