Typologie(ën)

woning

Ontwerper(s)

Antoine AULBURarchitect1903

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Eclectisme

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2006-2008

id

Urban : 18081
lees meer

Beschrijving

Geheel van drie huizen in in eclectischeVeel voorkomende stijl (ca. 1850-1914) die inspiratie put uit verschillende architectuurstijlen uit het verleden. Komt door de combinatie van enerzijds verschillende stijlelementen en anderzijds nieuwe technieken en materialen tot een unieke eigentijdse creatie. stijl, n.o.v. architect Antoine Aulbur, 1903.

Drie bouwlagen met hardstenen elementen. Nr. 78 op hoek in Brabançonnelaan gelijkaardige gevel als die van Troonsafstandsstraat nr. 15, 17, met gevels in spiegelbeeld: asymmetrische compositieTypische gevelopstand bestaande uit twee ongelijke traveeën; in Brussel komt dit geveltype vaak voor met drie bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie; de hoofdtravee is meestal breder, rijker uitgewerkt en wordt verder benadrukt door licht vooruit te springen en/of door één of meer balkons; de kelders zijn meestal hoog, wat zich vertaalt in een hoge onderbouw; het grondplan bestaat over het algemeen uit een aaneenschakeling van kamers. met verspringende bouwlagen; in tweede bouwlaag houten erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. onder drieledig dak en terras. Op hoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. van deze gevel en die van nr. 15 spel van inspringende muurvlakken en muuropeningen onder I-balkIJzeren latei met I-profiel..

Brabançonnelaan nr. 78. Gevel in laan bekroond met grote topgevelHoogste deel van een gevel, vaak driehoekig en/of getrapt. waarin tweelichtTweedelige lichtopening, door deelzuiltje gesplitst.; aandaken belijnd met boogfriesReeks van kleine (decoratieve) bogen, vaak steunend op kraagstenen.. Gevel in Troonsafstandsstraat op hoek inspringend, gevolgd door één traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Op hoek volume van één bouwlaag met dienstingang; tegen hoek in tweede bouwlaag uitspringend toilet. BlindZonder opening; blind venster, schijnopening. muurvlak met kordonsUitspringende, horizontale geleding over de hele breedte van een gevel, om verdiepingen te markeren of als verlenging van de (lek)dorpels. die aanpalend trappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht. evoceren. SchrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  deels bewaard.

Troonsafstandsstraat nr. 15, schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  vervangen met uitzondering van borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. van erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld..

Troonsafstandsstraat nr. 17 traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) geritmeerd door hoekkettingenAfwisselende opeenvolging van lange en korte zijden van natuurstenen hoekblokken of neggen (geprofileerd) in een bakstenen gevel. van gele baksteen. Muuropeningen onder stenen lateiBalkvormig element van hout, steen, beton of metaal dat een muuropening overspant en bovenliggend metselwerk steunt.. Bewaard schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... ; erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. met schuine roedeverdelingDunne houten of metalen staaf in een kozijn waarin glasruiten worden bevestigd. en gekleurd glas in bovenlichtenBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden..

Bronnen

Archieven
SAB/OW 6387 (1903).