Typologie(ën)

appartementsgebouw

Ontwerper(s)

Raphaël DELVILLEarchitect1928

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Art deco

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2005-2007

id

Urban : 16402
lees meer

Beschrijving

Imposant appartementsgebouw in art decoTendens tot de geometrisering van vormen en architecturale ornamenten die zich uitdrukt in het materiaal- en kleurgebruik. i.o.v. Eugène Ysaÿe-Bourdeau (Luik, 1858 – Brussel, 1931), beroemd violist en hofkapelmeester, gesigneerd op sokkel ‘R(afaël). Delville / archi.', 1928.

Zeven bouwlagen waarvan tweede als tussenverdiepingLage verdieping tussen twee bouwlagen; vaak boven commerciële benedenverdieping gelegen.. Drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) aan weerszijden van de afgeronde hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw.. Bakstenen gevel met betonnen elementen (achter witte crépi) op hardstenen sokkel met banden, borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. en lateien in staand metselwerk; erkersRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. en twee hoogste bouwlagen in wit geschilderd crèpi. Rechthoekige muuropeningen, getralied op benedenverdieping en in hoogste bouwlaag met centrale spuwerUitmonding van een goot of waterbekken waarlangs overtollig water wordt afgevoerd.. Twee hoogste bouwlagen tussen twee kroonlijstenStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement)., waarvan hoogste met met muizentand.

Emile Bouilliotstraat 2 - Emmanuel Van Driesschestraat 1, opstand, GAE/DS 110-2 (1928).

Gevel E. Bouilliotstraat. Portaal1. In muur uitgespaarde ruimte voor een deur of toegang; - 2. Meer gesloten, voor of achter een gebouw geplaatste beschutting (voorbouw, vestibule). met deels opgewerkte en getraliede vleugeldeur tussen gebogen hardstenen dagkantenBinnenkant (tussen muurvlak en kozijn) van de stijlen van een muuropeningen; soms geprofileerd of afgeschuind. en onder getrapte latei uit staand metselwerk; rechtse dagkantBinnenkant (tussen muurvlak en kozijn) van de stijlen van een muuropeningen; soms geprofileerd of afgeschuind. getrapte en met venstertjes. Boven portaal1. In muur uitgespaarde ruimte voor een deur of toegang; - 2. Meer gesloten, voor of achter een gebouw geplaatste beschutting (voorbouw, vestibule).: links venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op getrapte bakstenen borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. en rechts ter verlichting van trappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht., hoog rechthoekig vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. op zware dorpelHorizontaal bouwonderdeel van een venster of deur (onderdorpel, tussendorpel, bovendorpel). en getrapt versmallend in twee hoogste bouwlagen.
Tweede traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) met in tweede bouwlaag smal en breder vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. aan weerszijden van getrapte cilindrische kraagsteen van bovenliggende erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld.. Vervolgens brede gestapelde en stelselmatig overkragende erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. met afgeschuinde zijden en telkens drie venstersLicht- en/of luchtopening in een muur.; erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. in zesde bouwlaag als loggia'sOverdekte, halfopen ruimte; schaduwrijke inham in de gevel van een gebouw. uitgewerkt en in zevende bouwlaag als terras met betonnen borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust..
Laatste traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) met brede venstersLicht- en/of luchtopening in een muur., in drie middelste bouwlagen met borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. bestaande uit viertal betonnen balken.

Afgeronde hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw. met twee venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. met borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. uit betonnen balken op tussenverdiepingLage verdieping tussen twee bouwlagen; vaak boven commerciële benedenverdieping gelegen. en stelselmatig uitkragende halfronde erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. met telkens drie venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. in volgende bouwlagen.

Gevel E. Van Driesschestraat. In eerste traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op getrapte bakstenen borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Volgende traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) vergelijkbaar met laatste traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) in E. Bouilliotstraat, nl. erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. met slechts twee venstersLicht- en/of luchtopening in een muur., naast venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. met borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. uit betonnen balken.

Interieur. Op benedenverdieping conciërgewoning naast trappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht. en achterliggend grote overdekte garage (in oorsprong met draaiend platform) bereikbaar via E. Van Driesschestraat. Bouwheer en eigenaar, Eugène Ysaÿe, woonde op volledige tussenverdiepingLage verdieping tussen twee bouwlagen; vaak boven commerciële benedenverdieping gelegen., met onder meer repetitieruimte (‘studio') en opslagplaats voor partituren. TussenverdiepingLage verdieping tussen twee bouwlagen; vaak boven commerciële benedenverdieping gelegen. later opgesplitst in twee appartementen (arch. Robert Genard, 1932). Op andere verdiepingen telkens twee (huur)appartementen.

Bronnen

Archieven
GAE/DS 110-2.

Websites
http://www.componisten.net/