Typologie(ën)
herenhuis
Ontwerper(s)
Paul SAINTENOY – architect – 1904
Stijlen
Beaux-Artsstijl
Inventaris(sen)
- Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
- Het monumentale erfgoed van België. Brussel Uitbreiding Zuid (Apeb - 2005-2008)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek
- Esthetisch
- Historisch
- Stedenbouwkundig
Onderzoek en redactie
2005-2006
id
Urban : 16208
Beschrijving
Herenhuis in Beaux-ArtsstijlArchitectuurstroming (ca. 1905-1930) met reminiscenties aan de grote Franse architectuurstijlen uit de 18e eeuw. Rijk en zorgvuldig gedecoreerde gevels in natuursteen en/of simili of in combinatie met baksteen. Borstweringen en poorten in fraai uitgewerkt smeedwerk. met symmetrische compositieTypische gevelopstand bestaande uit drie gelijke traveeën; in Brussel komt dit geveltype vaak voor met drie bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie; de centrale travee wordt in vele gevallen rijker uitgewerkt en benadrukt door haar licht te laten uitspringen en/of door één of meerdere balkons; het grondplan bestaat over het algemeen uit een aaneenschakeling van kamers., n.o.v. arch. Paul Saintenoy, 1904.
Witstenen gevel met centrale erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. in tweede bouwlaag. Benedenverdieping met bossageIn oorsprong een gevelbehandeling waarbij ruwgehakte, rechthoekige blokken natuursteen uit de loodlijn steken en de gevel op die manier een fors, rustiek (rustica) karakter verleent; later op gevel vormelijk geïmiteerd door middel van uitspringend al dan niet bepleisterde bakstenen blokken of banden (doorlopende schijnvoegen).; eiken koetspoort onder rondboogBoog waarvan de kromming een halve cirkel beschrijft.. Rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur., sommige met kunstig bewerkte smeedijzeren leuning. Typisch decor van medaillonsRonde of ovale cartouche. en guirlandes. DakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. van latere datum. Oorspronkelijk schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... .
Interieur grondig gewijzigd (1950 en 1965).
Witstenen gevel met centrale erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. in tweede bouwlaag. Benedenverdieping met bossageIn oorsprong een gevelbehandeling waarbij ruwgehakte, rechthoekige blokken natuursteen uit de loodlijn steken en de gevel op die manier een fors, rustiek (rustica) karakter verleent; later op gevel vormelijk geïmiteerd door middel van uitspringend al dan niet bepleisterde bakstenen blokken of banden (doorlopende schijnvoegen).; eiken koetspoort onder rondboogBoog waarvan de kromming een halve cirkel beschrijft.. Rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur., sommige met kunstig bewerkte smeedijzeren leuning. Typisch decor van medaillonsRonde of ovale cartouche. en guirlandes. DakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. van latere datum. Oorspronkelijk schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... .
Interieur grondig gewijzigd (1950 en 1965).
Bronnen
Archieven
SAB/OW 2445 (1904), 59194, 60459 (1950), 82665 (1965).