Typologie(ën)

burgerwoning

Ontwerper(s)

Franz DE VESTELarchitect1901-1908

Stijlen

Eclectisme

Inventaris(sen)

  • Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
  • Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
  • Urgentie-inventaris van het bouwkundig erfgoed van de Brusselse agglomeratie (Sint-Lukasarchief 1979)
  • Het monumentale erfgoed van België. Brussel Uitbreiding Zuid (Apeb - 2005-2008)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

2005-2006

id

Urban : 15905
lees meer

Beschrijving

Mooi ensemble van drie burgerwoningen in eclectische stijl, n.o.v. arch. Franz De Vestel, respectievelijk van 1908, 1902 en 1901. Gebouwd voor zelfde eigenaar als vier tegenoverliggende huizen (zie nr. 19, 21, 23 en 25), waarschijnlijk n.o.v. zelfde arch.

Talrijke analogieën tussen drie huizen: gevels in witte baksteen; sokkels en stenen banden met rustica; hekwerk van deuren met vegetaal motief; impostvenstersVenster boven een deur en ervan gescheiden door een stenen dorpel, een entablement of een muurvlak.. In hoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. drielichtenGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere. met deelzuiltjes of -pilasters met fijn gesculpteerd kapiteelKopstuk van een zuil, pijler of pilaster; algemeen om de gedragen last op een smaller draagvlak over te brengen.. In hoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. balkons, die van tweede bouwlaag afgerond. Smeedijzeren borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust., deuren en kroonlijstenStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement)., oorspronkelijk.

Nr. 26. Vier bouwlagen volgens verkleinende grootte; hardstenen elementen. In hoogste bouwlaag zes gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. venstersLicht- en/of luchtopening in een muur., waarboven kenmerkende kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement).. SchrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  vervangen.

Nr. 28 en 30. identiek volgens spiegelbeeldschema; verbonden door doorlopende  gemetseld decor. Gevels met breuksteenMetselwerk bestaande uit brokken onregelmatige natuursteen. van roze zandsteen en hardsteen. HoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. bekroond met puntgevelGevel waarvan de top driehoekig is.. In tweede bouwlaag sgraffiti met jaartal “1902” en bloemguirlandes, vrouwengezichten, acanthusbladeren en groteskenVersiering, samengesteld uit grillige, fantastische figuren en krullen waarin dier- en mensengedaanten zijn verwerkt.. Nr. 30 in 1912 verhoogd met bouwlaag ter hoogte van begin van puntgevelGevel waarvan de top driehoekig is.. In 1988 verbouwd tot appartementen en wijziging van circulatie. Op nr. 30 achteraan in tuin paviljoen in eclectische stijl van 1903 waarvan oorspronkelijke puntgevelGevel waarvan de top driehoekig is. verdwenen.

Bronnen

Archieven
SAB/OW 26: 4606 (1908); 28: 12669 (1901); 30: 12668 (1901, 1903, 1912); 28-30: 95029 (1988).