Typologie(ën)
school
Ontwerper(s)
DE MAEGDT – architect – 1880-1890
Juridisch statuut
Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024
Stijlen
Eclectisme
Neo-Vlaamse renaissance
Inventaris(sen)
- Het monumentale erfgoed van België. Vorst (DPC-DCE - 2014-2020)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek Het ontwerp van een onroerend goed (gebouw) door een gerenommeerde kunstenaar (architect) kan maar zeer zelden als criterium worden beschouwd. Om het belang van de selectie van dit onroerend goed te beoordelen, en de plaats dat het inneemt in het oeuvre van een kunstenaar (architect), is dit een criterium dat moet worden afgewogen met de architectonische kwaliteit (compositie en interne structuur), de uitvoering (materialen, technische beheersing), de plaats in de architectuurgeschiedenis dewelke een getuigenis zijn van een fase of aspect van landschapsarchitectuur of de bouwkunst in het verleden. Zodoende gelden koppelingen naar volgende criteria: zeldzaamheid (typologie, stijl, materiaalgebruik, bronnen), representativiteit (idem) en integriteit (idem + kwaliteit van uitvoering).
- Esthetisch Het onroerend goed heeft een esthetische waarde als het de waarnemer zintuigelijk prikkelt op een positieve manier (‘ervaring van schoonheid). Historisch gezien werd deze waarde aangewend om waardevolle natuurlijke of semi-natuurlijke gebieden aan te duiden, maar het kan ook gelden voor grote gehelen van gebouwen in een stedelijk gebied, met of zonder natuurlijke elementen, of monumenten die het stadslandschap markeren. Automatisch dringt een afweging met andere waarden zich op, de artistieke in de eerste plaats, maar ook de landschappelijke (integratie van het werk in het stedelijk landschap, oriëntatiepunten in de stad) en stedenbouwkundige waarde (spontane of rationele stedelijke gehelen), en dienen koppelingen naar selectiecriteria worden gemaakt: representativiteit, ensemblewaarde en contextuele waarde. Criteria die met andere (met name artistieke) criteria moeten worden gecombineerd.
- Historisch Het onroerend goed heeft een historische waarde als het getuigt van een bijzondere periode in de geschiedenis van de streek of de gemeente, of als bijzonder belangrijke ouderdom en zeldzame ontwikkeling voor een periode (bv. tuinstad die representatief is voor een bouwwijze die werd toegepast in het kader van de grote bouwcampagnes na de Tweede Wereldoorlog; dorpskernen die de eerste gegroepeerde bouwwerken van de gemeenten van de tweede ring illustreren; Hallepoort als overblijfsel van de tweede omwalling; enz.), of als getuigenis van een bepaalde stedelijke (en/of landschappelijke) ontwikkeling van de stad (bv. gebouwen aan de centrale boulevards of in de Leopoldswijk), of wanneer het een band vertoont met een belangrijke historische figuur - met inbegrip van persoonlijke huizen van architecten en kunstenaarsateliers (b.v. het geboortehuis van Constantin Meunier, het huis van Magritte), of in verband kan worden gebracht met een belangrijke historische gebeurtenis (b.v. huizen van de wederopbouw na het bombardement van 1695, Congreskolom), of een typologische representativiteit vertoont die kenmerkend is voor een commerciële of culturele beroepsactiviteit (bv. kerken, bioscopen, industriële architectuur, apotheken).
Onderzoek en redactie
2016-2019
id
Urban : 38823
Beschrijving
Schoolinstelling
in eclectische stijl met invloed van de neo-Vlaamse renaissancestijl, naar
ontwerp van architect De Maegdt, ca. 1890.
Lagere gemeenteschool gebouwd op een doorlopend perceel met nr.32-34 Hallestraat.
Geschiedenis
Vanaf 1822 beschikte het oude dorp Vorst over een eerste “lokale school” die in een huis was ingericht. In 1828 besliste de gemeentelijke overheid om, gezien het groeiende aantal scholieren, een nieuwe instelling te bouwen bestemd voor zowel nieuwe klaslokalen als de gemeentediensten. Het gebouw werd opgetrokken op de plaats van een moestuin gelegen tussen de Barcelonastraat (toen Pastoorstraatje, dan Schoolstraat), de Brusselse Steenweg en een pad evenwijdig aan de Barcelonastraat (VERNIERS, L., 1949, pp. 158, 234).
In 1875 liet de gemeente een school bouwen op de oude weide, de dries, die al verscheidene jaren niet werd gebruikt (plannen uit 1874 door provinciaal architect Hansotte: VERNIERS, L., 1949, pp.243, 244). Deze school is aangegeven op het plan Projet de rues à ouvrir à proximité du Dries opgesteld door J. Poncelet in 1887 en vastgelegd bij K.B. van 11.04.1888. Ze was bestemd voor jongens, terwijl de meisjes in de lokalen van het gemeentehuis aan de Barcelonastraat bleven.
Deze toestand duurde tot in 1893, toen de kinderen werden ondergebracht in een nieuwe gemengde instelling met zes klassen voor de jongens en zes voor de meisjes, gelegen tussen de Hallestraat (nr.34) en de Driesstraat (nr.25-27). De plannen werden uitgewerkt door architect De Maegdt uit Brussel. De onderwijzer en de onderwijzeres beschikten elk over een woning. De lokalen aan de Barcelonastraat werden opnieuw door de gemeentediensten ingenomen.
Beschrijving
Aan de Driesstraat, opstand van twee bouwlagen met negen traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), de eerste met boogvormige deur. Deze gevel wordt geflankeerd door een smalle traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder trapgevel links en door een puntgevelGevel waarvan de top driehoekig is. met rechte aandaken met asymmetrische compositie rechts, de hoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. in risalietRisaliet (Italiaans, van risalto: uitstekend deel), vooruitspringend volume van een gevel dat over de hele hoogte doorloopt en soms hoger is; naar gelang de positie worden er midden-, zij- en hoekrisalieten onderscheiden.. Bakstenen gevels op een sokkel in breuksteen met elementen en banden in witsteen en hardsteen. VenstersLicht- en/of luchtopening in een muur. met stenen moneelStenen vensterstijl.. Lelievormige ankers. Raamwerk vervangen.
Analoge gevel aan de Hallestraat, met uitzondering van de twee zijgevels onder topgevel, die omgekeerd zijn; van de gevel met asymmetrische compositieTypische gevelopstand bestaande uit twee ongelijke traveeën; in Brussel komt dit geveltype vaak voor met drie bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie; de hoofdtravee is meestal breder, rijker uitgewerkt en wordt verder benadrukt door licht vooruit te springen en/of door één of meer balkons; de kelders zijn meestal hoog, wat zich vertaalt in een hoge onderbouw; het grondplan bestaat over het algemeen uit een aaneenschakeling van kamers. is ook de oorspronkelijke geveltop verdwenen.
Plan. Twee rechthoekige hoofdgebouwen met klassen, het ene naar de Driesstraat, het andere naar de Hallestraat. Ze worden van elkaar gescheiden door een binnenplaats waarlangs zich drie vleugels in eclectische stijl bevinden, in baksteen met witstenen elementen. Ze bestaan uit een verdieping op pijlers1. Muurstut zonder entasis (kromming), mogelijk met basis en kapiteel; - 2. Massief gemetseld of betonnen steunelement met gewoonlijk rechthoekige doorsnede (vb. bruggepijler,…) rond speelplaatsen: één vleugel verbindt de twee hoofdgebouwen en twee andere kleinere vleugels zijn respectievelijk tegen de twee hoofdgebouwen aangebouwd.
Lagere gemeenteschool gebouwd op een doorlopend perceel met nr.32-34 Hallestraat.
Geschiedenis
Vanaf 1822 beschikte het oude dorp Vorst over een eerste “lokale school” die in een huis was ingericht. In 1828 besliste de gemeentelijke overheid om, gezien het groeiende aantal scholieren, een nieuwe instelling te bouwen bestemd voor zowel nieuwe klaslokalen als de gemeentediensten. Het gebouw werd opgetrokken op de plaats van een moestuin gelegen tussen de Barcelonastraat (toen Pastoorstraatje, dan Schoolstraat), de Brusselse Steenweg en een pad evenwijdig aan de Barcelonastraat (VERNIERS, L., 1949, pp. 158, 234).
In 1875 liet de gemeente een school bouwen op de oude weide, de dries, die al verscheidene jaren niet werd gebruikt (plannen uit 1874 door provinciaal architect Hansotte: VERNIERS, L., 1949, pp.243, 244). Deze school is aangegeven op het plan Projet de rues à ouvrir à proximité du Dries opgesteld door J. Poncelet in 1887 en vastgelegd bij K.B. van 11.04.1888. Ze was bestemd voor jongens, terwijl de meisjes in de lokalen van het gemeentehuis aan de Barcelonastraat bleven.
Deze toestand duurde tot in 1893, toen de kinderen werden ondergebracht in een nieuwe gemengde instelling met zes klassen voor de jongens en zes voor de meisjes, gelegen tussen de Hallestraat (nr.34) en de Driesstraat (nr.25-27). De plannen werden uitgewerkt door architect De Maegdt uit Brussel. De onderwijzer en de onderwijzeres beschikten elk over een woning. De lokalen aan de Barcelonastraat werden opnieuw door de gemeentediensten ingenomen.
Beschrijving
Aan de Driesstraat, opstand van twee bouwlagen met negen traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), de eerste met boogvormige deur. Deze gevel wordt geflankeerd door een smalle traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder trapgevel links en door een puntgevelGevel waarvan de top driehoekig is. met rechte aandaken met asymmetrische compositie rechts, de hoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. in risalietRisaliet (Italiaans, van risalto: uitstekend deel), vooruitspringend volume van een gevel dat over de hele hoogte doorloopt en soms hoger is; naar gelang de positie worden er midden-, zij- en hoekrisalieten onderscheiden.. Bakstenen gevels op een sokkel in breuksteen met elementen en banden in witsteen en hardsteen. VenstersLicht- en/of luchtopening in een muur. met stenen moneelStenen vensterstijl.. Lelievormige ankers. Raamwerk vervangen.
Analoge gevel aan de Hallestraat, met uitzondering van de twee zijgevels onder topgevel, die omgekeerd zijn; van de gevel met asymmetrische compositieTypische gevelopstand bestaande uit twee ongelijke traveeën; in Brussel komt dit geveltype vaak voor met drie bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie; de hoofdtravee is meestal breder, rijker uitgewerkt en wordt verder benadrukt door licht vooruit te springen en/of door één of meer balkons; de kelders zijn meestal hoog, wat zich vertaalt in een hoge onderbouw; het grondplan bestaat over het algemeen uit een aaneenschakeling van kamers. is ook de oorspronkelijke geveltop verdwenen.
Plan. Twee rechthoekige hoofdgebouwen met klassen, het ene naar de Driesstraat, het andere naar de Hallestraat. Ze worden van elkaar gescheiden door een binnenplaats waarlangs zich drie vleugels in eclectische stijl bevinden, in baksteen met witstenen elementen. Ze bestaan uit een verdieping op pijlers1. Muurstut zonder entasis (kromming), mogelijk met basis en kapiteel; - 2. Massief gemetseld of betonnen steunelement met gewoonlijk rechthoekige doorsnede (vb. bruggepijler,…) rond speelplaatsen: één vleugel verbindt de twee hoofdgebouwen en twee andere kleinere vleugels zijn respectievelijk tegen de twee hoofdgebouwen aangebouwd.
Bronnen
Archieven
VERNIERS,
L., Histoire de Forest-lez-Bruxelles,
A. De
Boeck, Brussel, 1949, pp. 157-159.