Typologie(ën)

burgerwoning
bijgebouwen

Ontwerper(s)

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Traditionalisme

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2005

id

Urban : 17515
lees meer

Beschrijving

Traditioneel getinte burgerwoning, 1911, met tuin, omheining en aansluitend langwerpig volume (garage en opslagruimte) in aanverwante stijl n.o.v. arch. Ernest Fierent, 1921.

Woning met twee bouwlagen en vier traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder zadeldakDak met twee hellende dakvlakken.; wolfeindZadeldak waarvan de nok niet tot de geveleinden doorloopt, maar met korte driehoekige eindschilden (wolfeinden) wordt afgewolfd. aan zijgevel. Bakstenen gevel met simili- en hardstenen elementen. Rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur.. Verdiepte houten vleugeldeur met rondboogvormigBoog waarvan de kromming een halve cirkel beschrijft. bovenlichtBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden.. Houten kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). boven brede simili-band. Vierkant grondplan met symmetrische indeling.

Links van huis bakstenen omheining op hardstenen plintHoge plint van een gevel; fungeert als voetstuk in ordonnantie van de gevel. geritmeerd door hoger oplopende pijlers1. Muurstut zonder entasis (kromming), mogelijk met basis en kapiteel; - 2. Massief gemetseld of betonnen steunelement met gewoonlijk rechthoekige doorsnede (vb. bruggepijler,…) met dekplaatNatuurstenen of keramische plaat, op bijvoorbeeld een geveltop, om het onderliggend metselwerk tegen regen te beschermen.. Aansluitend langwerpig volume met nokNok, hoogste punt van iets (nok of top). Nokbedekking, afdekking van de nok. loodrecht op rooilijn. Twee bouwlagen en vier traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder zadeldakDak met twee hellende dakvlakken. met wolfeindZadeldak waarvan de nok niet tot de geveleinden doorloopt, maar met korte driehoekige eindschilden (wolfeinden) wordt afgewolfd. aan straatkant. Straatgevel met in eerste bouwlaag rechthoekig vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. en een blindZonder opening; blind venster, schijnopening. oculusKlein rond, ovaal of polygonaal venster. in tweede bouwlaag. Tuingevel met centrale uitbouw. Klimmende dakkapellenDakkapel met overkapping die in dezelfde richting helt als het dakvlak. en –vensters.

Bronnen

Archieven
GASPW/DS 117 (1911), 150 (1921).