Ontwerper(s)
Léon MERCENIER – architect – 1931
Juridisch statuut
Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024
Stijlen
Modernisme
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek Het ontwerp van een onroerend goed (gebouw) door een gerenommeerde kunstenaar (architect) kan maar zeer zelden als criterium worden beschouwd. Om het belang van de selectie van dit onroerend goed te beoordelen, en de plaats dat het inneemt in het oeuvre van een kunstenaar (architect), is dit een criterium dat moet worden afgewogen met de architectonische kwaliteit (compositie en interne structuur), de uitvoering (materialen, technische beheersing), de plaats in de architectuurgeschiedenis dewelke een getuigenis zijn van een fase of aspect van landschapsarchitectuur of de bouwkunst in het verleden. Zodoende gelden koppelingen naar volgende criteria: zeldzaamheid (typologie, stijl, materiaalgebruik, bronnen), representativiteit (idem) en integriteit (idem + kwaliteit van uitvoering).
- Esthetisch Het onroerend goed heeft een esthetische waarde als het de waarnemer zintuigelijk prikkelt op een positieve manier (‘ervaring van schoonheid). Historisch gezien werd deze waarde aangewend om waardevolle natuurlijke of semi-natuurlijke gebieden aan te duiden, maar het kan ook gelden voor grote gehelen van gebouwen in een stedelijk gebied, met of zonder natuurlijke elementen, of monumenten die het stadslandschap markeren. Automatisch dringt een afweging met andere waarden zich op, de artistieke in de eerste plaats, maar ook de landschappelijke (integratie van het werk in het stedelijk landschap, oriëntatiepunten in de stad) en stedenbouwkundige waarde (spontane of rationele stedelijke gehelen), en dienen koppelingen naar selectiecriteria worden gemaakt: representativiteit, ensemblewaarde en contextuele waarde. Criteria die met andere (met name artistieke) criteria moeten worden gecombineerd.
- Historisch Het onroerend goed heeft een historische waarde als het getuigt van een bijzondere periode in de geschiedenis van de streek of de gemeente, of als bijzonder belangrijke ouderdom en zeldzame ontwikkeling voor een periode (bv. tuinstad die representatief is voor een bouwwijze die werd toegepast in het kader van de grote bouwcampagnes na de Tweede Wereldoorlog; dorpskernen die de eerste gegroepeerde bouwwerken van de gemeenten van de tweede ring illustreren; Hallepoort als overblijfsel van de tweede omwalling; enz.), of als getuigenis van een bepaalde stedelijke (en/of landschappelijke) ontwikkeling van de stad (bv. gebouwen aan de centrale boulevards of in de Leopoldswijk), of wanneer het een band vertoont met een belangrijke historische figuur - met inbegrip van persoonlijke huizen van architecten en kunstenaarsateliers (b.v. het geboortehuis van Constantin Meunier, het huis van Magritte), of in verband kan worden gebracht met een belangrijke historische gebeurtenis (b.v. huizen van de wederopbouw na het bombardement van 1695, Congreskolom), of een typologische representativiteit vertoont die kenmerkend is voor een commerciële of culturele beroepsactiviteit (bv. kerken, bioscopen, industriële architectuur, apotheken).
Onderzoek en redactie
2005
id
Urban : 17539
Beschrijving
Modernistische villa n.o.v. arch. Léon Mercenier, 1931.
Rechthoekig volume met dito muuropeningen, drie bouwlagen onder plat dak. Ruw gecementeerdeMet portlandcement bestrijken. gevels op bakstenen onderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen. met benadrukte lintvoegen en hardstenen elementen. Straatgevel met drie terugwijkende traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) en hoekramen. Horizontale accenten door uitstekende kroonlijstenStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). op tweede en derde bouwlaag. Centrale opengewerkte metalen deur onder betonnen luifelAfdak boven de ingang van een huis of handelszaak., toegankelijk via zijdelings geplaatste trap. Ondergrondse garage toegankelijk via inrit. SchrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... vervangen; bewaard geometrisch smeedwerk.
Afsluiting bestaande uit laag bakstenen muurtje met afgeronde hardstenen hoeken en buisreling.
Interieurindeling met duidelijk afgescheiden leef- en dienstruimten voor bewoners en personeel. Centraal trappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht. tot op tweede bouwlaag. Diensttrap toegankelijk via deur in zijgevel en leefruimtes voor personeel in derde bouwlaag.
Rechthoekig volume met dito muuropeningen, drie bouwlagen onder plat dak. Ruw gecementeerdeMet portlandcement bestrijken. gevels op bakstenen onderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen. met benadrukte lintvoegen en hardstenen elementen. Straatgevel met drie terugwijkende traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) en hoekramen. Horizontale accenten door uitstekende kroonlijstenStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). op tweede en derde bouwlaag. Centrale opengewerkte metalen deur onder betonnen luifelAfdak boven de ingang van een huis of handelszaak., toegankelijk via zijdelings geplaatste trap. Ondergrondse garage toegankelijk via inrit. SchrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... vervangen; bewaard geometrisch smeedwerk.
Afsluiting bestaande uit laag bakstenen muurtje met afgeronde hardstenen hoeken en buisreling.
Interieurindeling met duidelijk afgescheiden leef- en dienstruimten voor bewoners en personeel. Centraal trappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht. tot op tweede bouwlaag. Diensttrap toegankelijk via deur in zijgevel en leefruimtes voor personeel in derde bouwlaag.
Bronnen
Archieven
GASPW/DS 87 (1931).