Typologie(ën)

burgerwoning

Ontwerper(s)

F. LAUREYSarchitect1864-1872

INCONNU - ONBEKEND1864-1872

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Neoclassicisme

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

1993-1995

id

Urban : 10814
lees meer

Beschrijving

Ensemble van elf neoclassicistischArchitectuurstroming (vanaf eind 18e eeuw tot ca. 1914) met voorliefde voor orde en symmetrie, gekenmerkt door bepleisterde en wit beschilderde lijstgevels die het stadsbeeld uniformiseren. Verhoudingen en vormentaal van deze stroming evolueren met de tijd. geïnspireerde burgerwoningen, gebouwd tussen 1864 (nr. 39) en 1872 (nr. 51). Enkel de plannen van nr. 55 zijn getekend door arch. F. LAUREYS.

Imposante voorgevels van telkens drie in de hoogte afnemende bouwlagen en drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Gevelverhoging met één verdieping bij nr. 37 (1921) en nr. 41 (1932) of constructie van mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken. (nr. 41). Toevoeging van vierde traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) (nr. 57).
Bepleisterde lijstgevels, gedeeltelijk bedekt met parementGevel- of muurbekleding. in baksteen (nr. 53) of afgebikt (nr. 59). PlintenHoge plint van een gevel; fungeert als voetstuk in ordonnantie van de gevel. of onderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen. (nr. 51, 53) in blauwe hardsteen met schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren. en kelderopeningen. Rechthoekige houten deuren, waaronder vleugeldeuren, met bovenlichtBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden.. Nr. 53 voorzien van een rondbogige inrijpoort onder uitstralende schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren. met geometrische smeedijzerwerk. VenstersLicht- en/of luchtopening in een muur. van eerste bouwlaag in arduinen rechthoekige omlijsting, al dan niet geriemd. De bovenste verdieping met rechte of getoogdeBoog die minder dan een halve cirkel beschrijft; boog in de vorm van een cirkelsegment. Bij vensters spreekt men dan van een getoogd venster of steekboogvenster. (nr. 41, 45 en 51) muuropeningen, al dan niet geriemd, met orenUitstekend deel van sommige bouwelementen of -constructies, meestal louter decoratief. (nr. 37, 51), sleutelsSluitsteen van een opening; weerhoudt de gewelfstenen in een boog of gewelf. en guirlandesGehouwen of gesneden slinger van bloemen, bladen of vruchten. Als festoen, vaak met linten en opgehangen aan strikken met neerhangende uiteinden.  (nr. 51), onder waterlijstVooruitspringende rand in het gevelvlak die regenwater buiten gevel laat afdruppelen. (nr. 41) of entablementHoofdgestel of onderdeel ervan (vb. kroonlijst) als bekroning van muuropening; entablement vaak op consoles. op consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. (nr. 37, 45). Centraal balkon op bewerkte voluutconsoles in tweede en soms ook derde bouwlaag, zij het van kleinere afmetingen. Nr. 53 met moderne gebuikteMet een buik staand; welvend oppervlak dat een ongelijkmatige boogwerking vertoont. ijzeren leuningen; nr. 57 met balkon dat over twee centrale traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) loopt. Overige traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) versierd met casementen of panelen1. Dunne (houten) plaat, gevat in een omlijsting van stijlen en regels van deuren, lambriseringen en plafonds; - 2. Gevelversiering in de vorm van een in- (spiegel) of uitspringende (paneel) rechthoekige omlijsting. op borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. KroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). op fraai bewerkte uitgelengde consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief..

Nr. 37 verbouwd tot appartementen in 1922 en vergroot richting Hamerstraat volgens L-plan van arch. R. INGHELBRECHT en de aannemers A. BRASSINE en LE ROY. Bakstenen achtergevel met binnenplaats en overdekte doorgang naar Hamerstraat, afgesloten door deur in barokstijl.

Bronnen

Archieven

GASJ/DS/OW 586 (1864), 382 (1866), 504, 514, 546, 554 (1867), 605, 646 (1868), 804, 827 (1869), 1271 (1872), 1334 (1873), 9280, 9305 (1921), 9451 (1922), 11816 (1932), 12901 (1937).