Typologie(ën)
Ontwerper(s)
INCONNU - ONBEKEND – 1850-1901
Stijlen
Onderzoek en redactie
id
Beschrijving
Huis in neoclassicistische stijl met symmetrische compositieTypische gevelopstand bestaande uit drie gelijke traveeën; in Brussel komt dit geveltype vaak voor met drie bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie; de centrale travee wordt in vele gevallen rijker uitgewerkt en benadrukt door haar licht te laten uitspringen en/of door één of meerdere balkons; het grondplan bestaat over het algemeen uit een aaneenschakeling van kamers., XIX B.
Oorspronkelijk in ensemble met nr. 96, laatst genoemde met bouwlaag verhoogd (1928). Centraal balkon met gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. VenstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op verdieping met versierde sleutelSluitsteen van een opening; weerhoudt de gewelfstenen in een boog of gewelf.. DakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. toegevoegd. Bewaard schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... , onder andere houten luiken.
Bronnen
Archieven
GASG/DS 96: 478 (1928).